Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een taakstraf voor de duur van 180 uren, waarvan 60 uren voorwaardelijk, met een proeftijd van 3 jaren met als bijzondere voorwaarden dat de verdachte zich houdt aan een meldplicht, een ambulante behandeling volgt en meewerkt aan budgetbeheer of schuldhulpverlening.
4..Waardering van het bewijs
- artikel 62 Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (geldend van 22-12-2008 t/m 31-12-2009);
- artikel 3:74 Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (geldend van 01-01-2010 t/m 31-12-2014);
- artikel 3:74 Wet arbeidsongeschiktheidsvoorzieningen jonggehandicapten (geldend van 01-01-2015 t/m 31 maart 2016),
opzettelijk heeft nagelaten tijdig de benodigde gegevens te verstrekken aan het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV), en dit feit kon strekken tot bevoordeling van zichzelf,
.
5..Strafbaarheid feit
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straf
8..Toepasselijke wettelijke voorschriften
9..Bijlagen
10.. Beslissing
180 (honderdtachtig) uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
- artikel 62 Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (geldend van 22-12-2008 t/m 31-12-2009);
- artikel 3:74 Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (geldend van 01-01-2010 t/m 31-12-2014);
- artikel 3:74 Wet arbeidsongeschiktheidsvoorzieningen jonggehandicapten (geldend van 01-01-2015 t/m 31 maart 2016),
opzettelijk heeft nagelaten tijdig de benodigde gegevens te verstrekken aan het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV), en dit feit kon strekken tot bevoordeling van zichzelf of een ander,
.