ECLI:NL:RBROT:2020:5788

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
12 juni 2020
Publicatiedatum
3 juli 2020
Zaaknummer
8508322 CV EXPL 20-14038
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van onbetaalde tandartsfacturen met verzoek om betalingsregeling

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 12 juni 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen Famed B.V. en een vennootschap onder firma, vertegenwoordigd door een bewindvoerder. Famed B.V. vorderde betaling van onbetaalde tandartsfacturen die waren ontstaan uit behandelingen die de onder bewind gestelde had ondergaan. De behandelingen vonden plaats in 2016 en de facturen werden door Dental Facilities aan Famed overgedragen. Famed vorderde een totaalbedrag van € 519,23, inclusief wettelijke rente en proceskosten. De gedaagde partij, [naam bewindvoeringskantoor] q.q., heeft de hoogte van de vordering niet betwist, maar stelde dat er een schuldhulpverleningstraject was gestart, waardoor een betalingsregeling niet mogelijk was. De kantonrechter oordeelde dat de vordering tot betaling van de hoofdsom van € 424,84 werd toegewezen, evenals de gevorderde wettelijke rente. De kantonrechter wees erop dat Famed niet verplicht kon worden in te stemmen met een betalingsregeling zonder instemming van Famed. De gedaagde partij werd veroordeeld in de proceskosten van Famed, die in totaal op € 585,85 werden begroot. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

zaaknummer: 8508322 CV EXPL 20-14038
uitspraak: 12 juni 2020 (bij vervroeging)
vonnis van de kantonrechter, zitting houdende te Rotterdam,
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Famed B.V.
gevestigd te Amersfoort,
eiseres,
gemachtigde: Yards deurwaardersdiensten B.V. te Almere,
tegen
de vennootschap onder firma
[naam bewindvoeringskantoor] , in haar hoedanigheid van bewindvoerder van de onder bewind gestelde [naam onder bewind gestelde] (hierna: [naam onder bewind gestelde] ).gevestigd te Barendrecht,
gedaagde,
gemachtigde: [naam gemachtigde] (bewindvoerder).
Partijen worden hierna aangeduid als ‘Famed’ en ‘ [naam bewindvoeringskantoor] q.q.’.

1..Het verloop van de procedure

1.1
Het verloop van de procedure volgt uit de volgende processtukken, waarvan de kantonrechter kennis heeft genomen:
  • het exploot van dagvaarding van 8 april 2020, met producties;
  • de conclusie van antwoord.
1.2
De kantonrechter heeft de uitspraak van dit vonnis bepaald op heden.

2..De vaststaande feiten

Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend, dan wel niet of onvoldoende gemotiveerd weersproken, staat tussen partijen, voor zover van belang, het volgende vast.
2.1
[naam onder bewind gestelde] heeft bij Dental Facilities te Capelle aan den IJssel twee tandheelkundige behandelingen ondergaan. De eerste behandeling van 4 juli 2016 is gefactureerd met factuurnummer [nummer factuur 1] voor een bedrag van in totaal € 117,82. De tweede behandeling van 3 augustus 2016 is gefactureerd met factuurnummer [nummer factuur 2] voor een bedrag van in totaal € 307,02.
2.2
Dental Facilities heeft haar vordering overgedragen aan Famed.

3..De vordering

3.1
Famed heeft bij dagvaarding gevorderd bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, [naam bewindvoeringskantoor] q.q. te veroordelen aan haar te betalen een bedrag van € 519,23 te vermeerderen met de wettelijke rente over € 424,84 vanaf 23 maart 2020 tot de dag der algehele voldoening, met veroordeling van [naam bewindvoeringskantoor] q.q. in de proceskosten en de wettelijke rente over deze proceskosten ingaande de 15e dag na de datum van betekening van het vonnis tot de dag van volledige betaling.
3.2
Aan haar vordering heeft Famed – zakelijk weergegeven en voor zover thans van belang – het volgende ten grondslag gelegd.
3.2.1
[naam bewindvoeringskantoor] q.q., is ondanks aanmaning en sommatie, in gebreke gebleven met de tijdige en volledige betaling van de door Famed aan haar verzonden factuur van 28 juli 2016 en 25 augustus 2016 voor een totaalbedrag van € 424,84 verschuldigd aan Famed.
3.2.2
Door de wanbetaling van [naam bewindvoeringskantoor] q.q. zag Famed zich genoodzaakt haar vordering ter incasso uit handen te geven en buitengerechtelijke incassokosten te maken. Op 28 februari 2020 heeft de gemachtigde van Famed [naam bewindvoeringskantoor] q.q. aangemaand. De gemaakte kosten van € 63,73 komen op grond van artikel 6:96 lid 5 Burgerlijke Wetboek voor rekening van [naam bewindvoeringskantoor] q.q.
3.2.3
Voorts maakt Famed aanspraak op de wettelijke rente, waaronder een bedrag van € 30,66 aan vervallen rente berekend tot 23 maart 2020.

4..Het verweer

[naam bewindvoeringskantoor] q.q. heeft de hoogte en verschuldigdheid van de hoofdsom voor de tandheelkundige behandelingen niet betwist. Op dit moment is het niet mogelijk om een betalingsregeling vast te stellen omdat voor [naam onder bewind gestelde] een schuldhulpverleningstraject wordt opgestart waarbij deze vordering als concurrente vordering in het traject wordt verwerkt. [naam bewindvoeringskantoor] q.q. zullen vervolgens trachten een betalingsregeling voor te stellen welke voor beide partijen acceptabel is.

5..De beoordeling van de vordering

5.1
[naam bewindvoeringskantoor] q.q. heeft de hoogte en verschuldigdheid van de vordering van Famed niet betwist. De vordering tot betaling van de hoofdsom van € 424,84 wordt door de kantonrechter dan ook toegewezen.
5.2
[naam bewindvoeringskantoor] q.q. heeft gesteld de vordering middels een betalingsregeling te willen voldoen zodra het schuldhulpverleningstraject is gestart. Op grond van artikel 6:29 Burgerlijk Wetboek kan Famed niet worden verplicht in te stemmen met een betalingsregeling en is de kantonrechter niet gerechtigd om een betalingsregeling vast te stellen zonder instemming van Famed. Voor het (eventueel alsnog) treffen van een betalingsregeling met Famed wordt [naam bewindvoeringskantoor] q.q. verwezen naar de gemachtigde van Famed.
5.3
De gevorderde vervallen wettelijke rente van € 30,66 zal als onweersproken en op de wet gegrond worden toegewezen. De gevorderde rente vanaf 23 maart 2020 wordt toegewezen zoals onder de beslissing vermeld.
5.4
Als de in het ongelijk gestelde partij wordt [naam bewindvoeringskantoor] q.q. veroordeeld in de proceskosten van Famed, die tot aan deze uitspraak worden begroot op € 585,85 aan verschotten (bestaande uit € 499,00 griffierecht en € 86,85 aan explootkosten) en € 120,00 aan salaris voor de gemachtigde van Famed. Tevens wordt de gevorderde wettelijke rente over de proceskosten, als onweersproken, toegewezen.

6..De beslissing

De kantonrechter:
veroordeelt [naam bewindvoeringskantoor] q.q. om aan Famed tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen € 519,23 aan hoofdsom, buitengerechtelijke incassokosten en vervallen rente, te vermeerderen met de wettelijke rente in de zin van artikel 6:119 Burgerlijk Wetboek over € 424,84 vanaf 23 maart 2020 tot de dag van algehele voldoening;
veroordeelt [naam bewindvoeringskantoor] q.q. in de proceskosten, tot aan deze uitspraak aan de zijde van Famed begroot op € 585,85 aan verschotten en € 120,00 aan salaris voor de gemachtigde, voornoemde bedragen te vermeerderen met de wettelijke rente in de zin van artikel 6:119 Burgerlijk Wetboek ingaande veertien dagen na de datum van dit vonnis tot de dag van de algehele voldoening;
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad en wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. W.J.J. Wetzels en uitgesproken ter openbare terechtzitting.
44485