Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
Procesverbaal van de mondelinge uitspraak van de voorzieningenrechter van
14 januari 2020 op het verzoek om voorlopige voorziening en het beroep in de zaken tussen
[verzoeker] , verzoeker,
de burgemeester van de gemeente Hendrik-Ido-Ambacht, verweerder,
[echtgenote van verzoeker] , echtgenote van verzoeker,
[naam minderjarige 1] , geboren op [geboortedatum minderjarige 1] 2005 te [geboorteplaats minderjarige 1] en
Ontstaan en loop van de procedure
Beslissing
Overwegingen
Thans ligt de vraag voor of verweerder bevoegd was het huisverbod te verlengen. De rechtbank dient daartoe te toetsen of er ten tijde van de verlenging sprake was van gewijzigde omstandigheden op grond waarvan het gevaar dan wel het ernstig vermoeden daarvan was geweken. De rechter beoordeelt vol of het gevaar blijkt uit de door verweerder geduide feiten of omstandigheden. Het aanvaarden van een aanbod tot hulpverlening, het beginnen met die hulpverlening en de reële verwachting dat betrokkene blijft meewerken daaraan, zijn indicaties dat het gevaar niet langer bestaat. Als blijkt van dat gevaar, dan was verweerder bevoegd het huisverbod te verlengen tot ten hoogste vier weken.