Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..[naam gedaagde 1] ,
[naam gedaagde 2],
[naam gedaagde 3],
[naam gedaagde 4],
1..[naam gedaagde 1] ,
[naam gedaagde 2],
[naam gedaagde 3],
[naam gedaagde 4],
1..De procedure
In de zaak 15-28
- het tussenvonnis van 19 september 2018 (hierna ook aangeduid als ‘tussenvonnis III’), alsmede de daaraan ten grondslag liggende stukken,
- de conclusie na tussenvonnis III van Lionex c.s., met producties 331 en 332,
- de antwoordconclusie na derde tussenvonnis van [gedaagden] , met producties 234 tot en met 245,
- de akte uitlating producties van Lionex c.s., met producties 333 tot en met 339,
- de antwoordakte van [gedaagden] ,
- het proces-verbaal van het op 18 februari 2020 gehouden (derde) pleidooi en de daarin vermelde pleitaantekeningen van mrs. Gispen, Heems en Van Uden,
- de brief van mr. Van Uden van 12 maart 2020, met opmerkingen over het proces-verbaal,
- het faxbericht van mr. Heems van 18 maart 2020, in reactie op de brief van mr. Van Uden.
- het vonnis in het incident van 19 juni 2019, alsmede de daarin vermelde stukken,
- de conclusie van antwoord, met een productie,
- de brief van de rechtbank aan partijen van 27 november 2019, waarbij een comparitie van partijen is bepaald,
- het proces-verbaal van comparitie van 18 februari 2020, en de daarin vermelde pleitaantekeningen van mrs. Gispen, Heems en Van Uden,
- de brief van mr. Van Uden van 12 maart 2020, met opmerkingen over het proces-verbaal,
- het faxbericht van mr. Heems van 18 maart 2020, in reactie op de brief van mr. Van Uden.
2..De beoordeling
in de zaak 15-28
tort of conspiracy, waarbij gebruik is gemaakt van
unlawful meansin het kader van de
agreementmet
intention to injureop het gebied van het overnemen van werknemers (a), het overnemen van klanten (b) en het schaden van de relatie met de bank (f).
tort of conspiracyvoortvloeiende schade van Lionex moeten vergoeden.
unlawful means(werknemers, klanten en bankrelatie) zal een vergelijking gemaakt moeten worden tussen de situatie mèt de
tort of conspiracyen de situatie zonder de
tort of conspiracy(ook aangeduid als de Soll-positie). Daarbij zal de gederfde winst na belasting berekend moeten worden.
tort of conspiracyen de winst (c.q. het verlies) in de hypothetische situatie zonder de
tort of conspiracy. Eventueel verder verlies dient voor rekening van Lionex te blijven omdat dat ook zou zijn ontstaan als de
tort of conspiracyniet was gepleegd.
contributory negligencehierin niet wordt meegenomen, zodat deze kwesties aldus geen bespreking meer behoeven.
unlawful means‘bankrelatie’ geoordeeld dat – samengevat weergegeven – Lionex c.s. onvoldoende concreet hebben gesteld en onderbouwd dat het ECR-krediet is ingetrokken als gevolg van de
tort of conspiracyen dat Lionex als gevolg van het gesprek tussen [naam 1] en HSBC in augustus 2012 over de financiering van Blue Roots schade heeft geleden. Onder die omstandigheden achtte de rechtbank het niet meer aannemelijk dan onaannemelijk dat Lionex als gevolg van de
tort of conspiracyop het punt van de bankrelatie schade heeft geleden. De rechtbank heeft de schade op dit punt daarom op nihil begroot.
unlawful means‘werknemers’ heeft de rechtbank Lionex c.s. in de gelegenheid gesteld te reageren op het door [gedaagden] bij antwoordconclusie na tussenvonnis II overgelegde rapport van Alvarez & Marsal. Met betrekking tot de
unlawful means‘klanten’ heeft de rechtbank Lionex c.s. in de gelegenheid gesteld hun stellingen aangaande het doorleiden van de onder 2.40 van tussenvonnis II vermelde klanten naar Blue Roots nader te bewijzen. In dat verband heeft de rechtbank Lionex c.s. in de gelegenheid gesteld te reageren op de door [gedaagden] overlegde verklaringen van de klanten waaruit zou volgen dat deze klanten niet zouden zijn ‘doorgeleid’ naar Blue Roots. Daarnaast mocht Lionex c.s. op het punt van de ‘klanten’ nog reageren op het hiervoor vermelde rapport van Alvarez & Marsal.
unlawful meansafzonderlijk beoordeeld. Dit is volgens Lionex c.s. niet juist. Dat gebruik is gemaakt van (een of meer)
unlawful meansleidt tot het oordeel dat een
tort of conspiracyis gepleegd. Dan moet de schade als gevolg van de
tort of conspiracyworden vergoed, en niet de schade als gevolg van de afzonderlijke
unlawful means. Naar Maleisisch recht dient die schade
at largete worden begroot. Het gaat om alle schade die het gevolg is van enige en iedere handeling waaruit de
conspiracyheeft bestaan. Daarom dienen alle handelingen, feiten en gebeurtenissen die onderdeel uitmaken van de
tort of conspiracyniet alleen zelfstandig, maar ook in onderlinge samenhang te worden beschouwd, evenals alle feiten en gebeurtenissen die daarvan het gevolg zijn. Daarbij dient de rechtbank de
yardstick of a reasonable mante hanteren. De schade moet op een redelijk bedrag worden vastgesteld met in achtneming van alle daarvoor relevante feiten en omstandigheden, aldus Lionex c.s.
unlawful means‘bankrelatie’. De rechtbank veronderstelt volgens Lionex c.s. dat HSBC het ECR-krediet ook zou hebben opgezegd indien [naam 1] op 14 augustus 2012 geen gesprek met die bank zou hebben gevoerd. De
tort of conspiracyziet echter niet op het voeren van één enkel gesprek, maar op de omstandigheid dat [namen] hun positie in de relatie tot HSBC hebben misbruikt, als gevolg waarvan die relatie ernstig is geschaad. Door de
conspiracyis Lionex' vermogen om het door toedoen van [namen] ernstig geschonden vertrouwen bij HSBC te herstellen gefrustreerd. Als de
tort of conspiracyniet zou zijn gepleegd, dan had Lionex op basis van deugdelijke informatie en zonder dat het vertrouwen van de bank in Lionex door de gedragingen van [namen] ernstig was geschaad, wél tijdig maatregelen kunnen treffen om de relatie met HSBC te continueren c.q. te normaliseren. Bij het begroten van de schade moeten de onrechtmatige gedragingen worden weggedacht. Ten aanzien van overige omstandigheden moet ervan worden uitgegaan dat deze hetzelfde zouden zijn gebleven. Dat leidt er volgens Lionex c.s. toe dat de kredietrelatie zonder
tort of conspiracyniet zou zijn opgezegd.
tort of conspiracy. Voorts is niet gebleken van zodanige nieuwe inzichten, argumenten en/of juridische ontwikkelingen dat het eerdere oordeel van de rechtbank evident berust op een onjuiste juridische grondslag, zodat de overwegingen onder 2.8 hier van overeenkomstige toepassing zijn.
tort of conspiracyop het punt van de bankrelatie schade heeft geleden, zodat de schade op dit punt nihil bedraagt.
unlawful means‘werknemers’ betrekking heeft op het overnemen van [namen] als werknemers door Blue Roots en dat de Soll-positie de situatie is zoals die was geweest wanneer de volgende uitvoeringshandelingen niet zouden hebben plaatsgevonden:
agreementhebben ervoor gezorgd dat diverse (belangrijke) personeelsleden van Lionex (zoals [naam 1] ) konden overstappen naar Blue Roots,
tort of conspiracyniet was gepleegd (zie 2.2 van dit vonnis).
tort of conspiracyen de schade op het punt van de werknemers ontbreekt, omdat [namen] vanwege de uitzichtloze situatie bij Lionex ook waren vertrokken indien de
tort of conspiracyniet had plaatsgevonden. Het aandeelhoudersbeleid zou ook zonder de
tortzo geweest zijn, het was een voortzetting van een reeds eerder ingezette lijn.
“”…) If you don’t solve this, we/lionex will not have a future. I am not threatening but I am informing you that I will also move on to save my own reputation and to have a future and career. Many will follow. Please take this seriously and do something!!!!!!!! (…)”.
“(…) (1) Zoals bekend ontstaat mid Augustus een enorm liquiditeitsprobleem. Het maakt jou kennelijk niets uit dat daarmee de toekomst van Lionex en haar personeel op het spel wordt gezet. Daarnaast wordt o.a. mijn reputatie bij de banken en leveranciers te grabbel gegooid (…). Kortom: er wordt van mij verwacht een onderneming te leiden, maar dit wordt mij door DPW/Stolk onmogelijk gemaakt. Ik trek aan een dood paard zonder dat er een oplossing wordt geboden. Je begrijpt dat dan op enig moment de maat vol is en ik mij op mijn positie moet beraden (…)”.De omstandigheid dat [naam 1] op dat moment reeds betrokken was bij de
conspiracy, is, in het licht van bovenvermelde omstandigheden, onvoldoende om te twijfelen aan de juistheid van zijn verklaring. Vaststaat dat de aandeelhouder van Lionex vervolgens in augustus 2012 bezuinigingsmaatregelen heeft getroffen in de vorm van vermindering van de inkoop en het afbouwen van de voorraad. Inkoop mocht alleen nog plaatsvinden met toestemming van de aandeelhouder (zie 2.20 tussenvonnis I). Achtergrond hiervan was dat Lionex er volgens [naam 5] (die verantwoordelijk was voor de hele DPW Groep) bij gebaat was dat Stolk Internatio goed zou draaien en dat het aflossen van haar schuld aan Lionex daarom geen prioriteit had. Verder was Indofin niet bereid om te investeren in de DPW Groep (zie 4.81 en 4.82 tussenvonnis I). Ook bij de volgende aflossing van het ECR-krediet werd Stolk Internatio ontzien (zie 4.81 tussenvonnis I). Uit de e-mail van [naam 5] aan [naam 1] van 30 augustus 2012:
“ [naam 1] , het riekt ergens naar en mijn zorgen worden niet alleen groter, maar ik krijg gigantisch het gevoel dat het niet klopt. Waar gaat dit naar toe? Ondanks jou[w] toezeggingen telkens dat je mij wilt helpen krijg ik nogmaals het gevoel dat er zaken gebeuren die absoluut dodelijk kunnen zijn voor onze organisatie. Heb je het nog wel in de hand, [naam 1] ?(…)”kan naar het oordeel van de rechtbank niet, zeker niet zonder meer, worden afgeleid dat, zoals Lionex c.s. stellen, het gehele beleid van de aandeelhouder (bezuinigen en het niet financieren van Lionex) louter was ingegeven door een slecht ‘onderbuikgevoel’. Hetgeen de Maleisische rechtbank heeft overwogen, maakt dat niet anders. Zoals reeds is overwogen in tussenvonnis II moet hetgeen de Maleisische rechtbank heeft overwogen worden gezien in de context van de wezenlijk andere grondslagen van de vorderingen in die procedure. Voor het overige zijn er geen aanknopingspunten op grond waarvan, met inachtneming van de Maleisische bewijsmaatstaf, vastgesteld kan worden dat het beleid van de aandeelhouder (louter) was ingegeven door het gedrag van [naam 1] .
tort of conspiracy. Tussen partijen is niet in geschil is dat Lionex door het intrekken van het ECR-krediet verstoken raakte van werkkapitaal.
conspiracy,in het licht van bovenvermelde omstandigheden onvoldoende is om aan de juistheid van die verklaringen te twijfelen.
tort of conspiracyeveneens en op ongeveer hetzelfde moment zouden hebben opgezegd. Dat betekent dat Lionex ook in de situatie zonder
tort of conspiracygeconfronteerd was geweest met, zoals door dr. Joling becijferd (zie 2.17 tussenvonnis III) een toename van
administrative expensesin verband met hogere kosten voor interim-managers en kosten voor het werven van een nieuwe directeur, die op zijn beurt een nieuw management zou hebben moeten formeren. Voor zover de schadevordering van Lionex c.s. betrekking heeft op deze kosten, is deze niet toewijsbaar.
tort of conspiracyte maken zou hebben gehad met omzetdaling om deze redenen.
tort of conspiracyte maken zou hebben gekregen met hogere inkoopprijzen vanwege het verlies van inkoopexpertise, hetgeen zou hebben geresulteerd in lagere verkoopmarges en dus tot een afname van de brutowinst.
agreementdateert uit 2011, toen [gedaagden] met [naam 1] plannen maakten over een nieuw op te zetten houtonderneming aangeduid als ‘Sinco’ (zie 2.12 tussenvonnis I). In dat kader werd besproken dat ook [naam 2] bij de nieuwe onderneming moest worden betrokken (zie 2.12 tussenvonnis I). De uit de
agreementvoortvloeiende uitvoeringshandelingen hebben echter met name in 2012 plaatsgevonden (zie 2.14, 2.18, 2.22 tot en met 2.25 en 2.27 tussenvonnis I), zodat de rechtbank (evenals dr. Joling) als ingangsdatum voor de berekening van bovenvermelde schade uit gaat van 1 januari 2012.
unlawful means‘werknemers’ op MYR 600.000,00.
unlawful means‘klanten’ ziet op het ‘doorleiden’ van de onder 2.40. van tussenvonnis II vermelde klanten naar Blue Roots en dat de Soll positie de situatie is dat de onder 2.40 van tussenvonnis II vermelde klanten niet naar Blue Roots zouden zijn ‘doorgeleid’.
unlawful means‘klanten’ op een bedrag van MYR 860.561,00 en verwijzen ter onderbouwing hiervan naar de rapporten van dr. Joling waarin de berekening van dit bedrag is uiteengezet. Bij de berekening van dit bedrag heeft dr. Joling tot uitgangspunt genomen dat de betreffende klanten gedurende drie jaren niet bij Lionex zouden hebben afgenomen. Daarna zou de omzet van Lionex weer gelijk zijn aan de Soll-positie. Lionex c.s. gaan derhalve uit van een looptijd van de schade van drie jaar.
tort of conspiracy, is een looptijd van drie jaar naar het oordeel van de rechtbank niet aannemelijk. Een looptijd van drie tot zes maanden – of zelfs korter – waarvan [gedaagden] onder verwijzing naar het rapport van
'longterm supply agreements' worden gesloten, maar kortlopende contracten. Houthandelsondernemingen hebben geen exclusieve relaties met klanten. Klanten doen zaken met meerdere houtexporteurs. Tussen partijen is ook niet in geschil dat de houthandel als gevolg van de noodzaak tot het aanvoeren, drogen en bewerken van het hout aanvoerlijnen van ongeveer zes maanden kent. Deze zijn dus zo lang dat de meeste klanten uit voorraad willen kopen; om die reden houden exporteurs (zoals Lionex) voorraden aan (zie 2.20 tussenvonnis I). Die voorraden dienen, om tegemoet te komen aan de wensen van de klanten, gevarieerd te zijn. Lionex hield ook dergelijke voorraden aan, maar was die voorraden vanaf augustus 2012 aan het afbouwen (zie hiervoor onder 2.18).
court orderis gewezen, waarbij [namen] zijn veroordeeld tot betaling van € 80.505,36 en $ 128.127,30 aan gederfde nettowinst wegens
“diversion of other business”. Lionex c.s. hebben niet betwist dat dit mede omvat de onder 2.40 van tussenvonnis II vermelde klanten.
unlawful means‘klanten’ geen bespreking meer hoeven.
legal opinionovergelegd ter beantwoording van de vraag wat het Maleisisch recht inhoudt op het punt van (buitengerechtelijke) kosten ter vaststelling van de aansprakelijkheid van [gedaagden]
legal opinionsvolgt, kort samengevat, dat de toewijzing van deze kosten een discretionaire bevoegdheid is van de rechtbank. Uit de door [gedaagden] in het geding gebrachte
legal opinionvan Shearn Delamore volgt dat de rechtbank bij de uitoefening van die bevoegdheid
Order 59van de
Malaysian Court Rules 2012in acht moet nemen. Lionex c.s. hebben dat op zich niet betwist en hebben
Order 59zelf ook (zonder toelichting) als ‘annexure 16’ bij productie 332 overgelegd.
Order 59van de
Malaysian Court Rules 2012bepaalt:
“If the Court in the exercise of its discretion sees fit to make any order as to the costs of or incidental to any proceedings, the Court shall, subject to this Order, order the costs to follow the event, except when it appears to the Court that in the circumstances of the case some other order should be made as to the whole or any part of the costs”.
“On an assessment of costs on the standard basis, there shall be allowed a reasonable amount in respect of all costs reasonably incurred and any doubts which the Court may have as to whether the costs were reasonably incurred or were reasonable in amount shall be resolved in favour of the paying party; and in these Rules, the term "the standard basis", in relation to the determination of costs, shall be construed accordingly”.
tort of conspiracytoegewezen. Daarnaast worden [gedaagden] veroordeeld tot vergoeding van schade, zij het tot aanzienlijk lagere bedragen dan gevorderd.
Rule 3(2)(zie 2.34.1) in beginsel plaats is voor in elk geval enige vergoeding van kosten ter vaststelling van de aansprakelijkheid van [gedaagden] De rechtbank zal hierna per kostenpost beoordelen of en in hoeverre de door Lionex c.s. gevorderde kosten voor toewijzing in aanmerking komen.
tort of conspiracyvan belang was. Ook de hoogte van deze kosten acht de rechtbank redelijk gelet op de omvang van het onderzoek dat is verricht. Dat betekent dat die kosten ad € 6.161,94 de toets bedoeld onder 2.34.2 kunnen doorstaan en integraal voor vergoeding in aanmerking komen.
tort of conspiracyis immers dat sprake is van daadwerkelijke schade die het gevolg is van de samenzwering (zie 4.23 tussenvonnis I)
.
tort of conspiracyin het algemeen en naar aanleiding van de door de rechtbank geformuleerde uitgangspunten ter beoordeling van de schade in het bijzonder, acht de rechtbank de kosten voor de helft redelijk. Een bedrag van € 48.396,26 zal daarom worden toegewezen.
general loss of businessals gevolg van de
tort of conspiracy. Hiertoe was prof. dr. Koelewijn als hoogleraar Corporate Finance bij uitstek toegerust. De kosten daarvan ad € 14.300,00 dienen integraal door [gedaagden] te worden voldaan, aldus Lionex c.s.
tort of conspiracyte onderbouwen. Ook deze kosten zullen op vergelijkbare gronden als weergegeven onder 2.42 voor wat betreft de hoogte naar redelijkheid worden toegewezen tot 50% van het gevorderde bedrag, derhalve tot een bedrag van € 7.150,00.
tort of conspiracy.De reeds gelegde beslagen boden voldoende zekerheid.
agreementzijn aangemerkt. Nu [gedaagden] hebben aangegeven dat het Maleisisch recht zich niet verzet tegen hoofdelijke veroordeling, en de gezamenlijke deelname aan de
torthoofdelijkheid rechtvaardigt, zullen zij, zoals gevorderd, hoofdelijk worden veroordeeld.
agreement.
sham transactionis (4.90 van tussenvonnis I) en niet voldoende is toegelicht op welke basis de Maleisische pandakte nietig is, zodat nadere voorlichting noodzakelijk is (4.92 van tussenvonnis I).
tort of conspiracyhebben geleden, zal worden toegewezen voor zover het [naam gedaagde 1] , [naam gedaagde 2] , [naam gedaagde 3] , [naam gedaagde 4] , Van Uden Holding en [handelsnaam] betreft. Partijen zullen hoofdelijk worden veroordeeld tot vergoeding van de schade tot een bedrag van MYR 763.395,50 en een bedrag van € 92.349,22 (zie 2.58), vermeerderd met rente zoals hierna in het dictum vermeld. Ten aanzien van Van Uden Group en V-Wood Beheer worden de vorderingen afgewezen.
De vordering onder 3) is nihil.) zal de vordering onder 3) van DPW worden afgewezen.
tort of conspiracy. Van misbruik van procesrecht door Lionex c.s. is dan ook geen sprake.
5.121,00(3,0 punten × tarief € 1.707,00)
3..De beslissing
tort of conspiracy,