In deze beschikking van de Rechtbank Rotterdam, uitgesproken op 19 augustus 2020, heeft de kinderrechter het verzoek van de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond (GI) toegewezen om het gezag over de minderjarige [voornaam minderjarige] gedeeltelijk toe te kennen aan de GI, specifiek voor de aanmelding bij een onderwijsinstelling. De minderjarige, geboren in 2008, woont bij haar vader en heeft ouders die gezamenlijk het ouderlijk gezag uitoefenen. De kinderrechter heeft de zaak behandeld met gesloten deuren, waarbij de minderjarige, de ouders en een vertegenwoordigster van de GI zijn gehoord. De moeder en vader hebben verschillende standpunten ingenomen over de schoolkeuze van de minderjarige, waarbij de moeder de voorkeur gaf aan het Thorbecke Rotterdam en de vader aan het Thorbecke Nieuwerkerk.
De kinderrechter heeft vastgesteld dat de ouders niet tot overeenstemming konden komen over de schoolkeuze en dat de minderjarige reeds was aangemeld bij zowel het Thorbecke Nieuwerkerk als het Grafisch Lyceum. De bijzondere curator heeft een advies uitgebracht over de schoolkeuze, waarbij de kinderrechter het belang van de minderjarige vooropstelde. De kinderrechter oordeelde dat de plaatsing van de minderjarige bij het Thorbecke Nieuwerkerk het beste zou zijn voor haar toekomst, gezien de mogelijkheden die deze school biedt in vergelijking met het Grafisch Lyceum.
De kinderrechter heeft vervolgens bepaald dat de GI gedeeltelijk het gezag over de minderjarige uitoefent met betrekking tot de aanmelding bij het Thorbecke Nieuwerkerk. De bijzondere curator is ontslagen van haar benoeming, en de beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld door de verzoekers en andere belanghebbenden binnen drie maanden na de uitspraak.