Op 10 juli 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in een zaak betreffende een zorgmachtiging op verzoek van de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam. Het verzoekschrift van de officier, ingekomen op 24 juni 2020, was vergezeld van diverse bijlagen, waaronder een medische verklaring van een psychiater en een zorgplan. Tijdens de mondelinge behandeling, die plaatsvond op dezelfde datum, werd betrokkene gehoord, bijgestaan door haar advocaat, mr. S.C. Dikkers. Ook een psychiater van Antes was aanwezig via een beeld- en geluidverbinding. De officier van justitie was niet ter zitting aanwezig, omdat hij geen nadere toelichting op het verzoek nodig achtte.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de situatie van betrokkene in positieve zin is veranderd. Hoewel betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, is er op dat moment geen ernstig nadeel meer te verwachten. Betrokkene accepteert zorg en er is geen sprake van ernstige verwaarlozing. Ze heeft een ondersteunend netwerk van familieleden en is vrijwillig opgenomen in een zorginstelling, waar ze medicatie gebruikt. De rechtbank concludeert dat het niet voorzienbaar is dat er in de toekomst opnieuw ernstig nadeel zal optreden.
Op basis van deze overwegingen heeft de rechtbank het verzoek om zorgmachtiging afgewezen. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open. De beschikking is mondeling gegeven door rechter mr. P. Vrolijk en schriftelijk uitgewerkt en getekend op 14 juli 2020.