Op 22 september 2020 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in de zaak van een minderjarige, hierna te noemen [naam kind], die sinds 9 november 2015 onder voogdij staat van de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond. De kinderrechter heeft een verzoek tot machtiging gesloten jeugdhulp behandeld, ingediend door de GI, met als doel [naam kind] voor een periode van zes maanden in een gesloten accommodatie te plaatsen. Dit verzoek volgde op eerdere incidenten waarbij [naam kind] grensoverschrijdend gedrag vertoonde en niet gemotiveerd was voor behandeling. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de jeugdhulp noodzakelijk is vanwege ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen die de ontwikkeling van [naam kind] ernstig belemmeren.
Tijdens de zitting is [naam kind] gehoord, bijgestaan door zijn advocaat mr. J.J.A. Bosch. De kinderrechter heeft ook de instemmende verklaring van een gedragswetenschapper in overweging genomen. [naam kind] heeft aangegeven dat hij de verlenging van de machtiging niet nodig acht, maar begrijpt dat er geen andere mogelijkheid is. Hij heeft positieve veranderingen in zijn gedrag laten zien en is bereid om mee te werken aan therapieën. De kinderrechter heeft geconcludeerd dat, gezien de omstandigheden en de noodzaak voor begeleiding, de machtiging gesloten jeugdhulp voor de duur van zes maanden wordt verleend, ingaande op 26 september 2020.
De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken door de kinderrechter, met de griffier aanwezig. Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld door de verzoekers en belanghebbenden binnen drie maanden na de uitspraak.