ECLI:NL:RBROT:2020:9179

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
25 september 2020
Publicatiedatum
13 oktober 2020
Zaaknummer
8505301 CV EXPL 20-13846
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot vervanging van een niet-conforme douchewand in consumentenkoop

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 25 september 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen een consument, aangeduid als [eiser], en de besloten vennootschap Van Noort B.V. [eiser] had bij Van Noort sanitaire artikelen gekocht, waaronder een douchevloer en een inloopdouche. Na levering op 15 juli 2019, heeft [eiser] geconstateerd dat de inloopdouche niet de juiste maatvoering had ten opzichte van de douchevloer. Hij vorderde vervanging van de afgeleverde inloopdouche op grond van non-conformiteit, omdat de douchewand volgens hem vier centimeter korter was dan overeengekomen.

Van Noort B.V. betwistte de vordering en stelde dat de geleverde douchewand wel degelijk paste bij de douchevloer van 120 cm. De kantonrechter oordeelde dat [eiser] niet had aangetoond dat de douchewand niet voldeed aan de overeenkomst. De rechter benadrukte dat de afgeleverde douchewand aan de overeenkomst voldeed, omdat deze paste bij de douchevloer die [eiser] had aangeschaft. De kantonrechter concludeerde dat er geen sprake was van non-conformiteit en wees de vordering van [eiser] af. Tevens werd [eiser] veroordeeld in de proceskosten, vastgesteld op € 240,- aan salaris voor de gemachtigde van Van Noort.

De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van de koper in een consumentenkoop en de noodzaak om bij twijfel over de eigenschappen van een product vragen te stellen aan de verkoper. De kantonrechter heeft de vordering afgewezen en verklaarde het vonnis uitvoerbaar bij voorraad.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

zaaknummer: 8505301 CV EXPL 20-13846
uitspraak: 25 september 2020
vonnis van de kantonrechter, zitting houdende te Rotterdam,
in de zaak van
[eiser],
wonende te [woonplaats] ,
eiser bij exploot van dagvaarding van 30 april 2020,
gemachtigde: [naam gemachtigde 1] , thans procederend in persoon,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Van Noort B.V.,
gevestigd te Zuidland, gemeente Nissewaard,
gedaagde,
gemachtigde: [naam gemachtigde 2] .
Partijen worden hierna aangeduid als “ [eiser] ” respectievelijk “Van Noort”.

1..Het verloop van de procedure

1.1
Het verloop van de procedure volgt uit de volgende processtukken:
 de dagvaarding, met producties;
 de conclusie van antwoord (door Van Noort abusievelijk aangeduid als “conclusie van repliek”), met producties;
 de conclusie van repliek, met producties;
 de conclusie van dupliek.
1.2
De kantonrechter heeft de uitspraak van dit vonnis bepaald op heden.

2..De vaststaande feiten

Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend, dan wel niet of onvoldoende gemotiveerd weersproken, staat tussen partijen, voor zover van belang, het volgende vast.
2.1
Op 13 april 2019 heeft [eiser] sanitaire artikelen gekocht bij Van Noort, waaronder een douchevloer en een inloopdouche.
2.2
Van Noort heeft de bestelde artikelen geleverd op 15 juli 2019. [eiser] heeft de artikelen bij aflevering met pin betaald, te weten een bedrag van € 7.140,08.
2.3
Bij e-mail van 7 augustus 2019 heeft [eiser] , onder verwijzing naar drie bijgevoegde foto’s, aan Van Noort bericht dat de inloopdouche niet de juiste maatvoering heeft ten opzichte van de douchevloer.

3..Het geschil

3.1
[eiser] heeft bij dagvaarding gevorderd bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, Van Noort te veroordelen tot vervanging van de afgeleverde zaak (inloopdouche Atelier 120x30x200cm) als bedoeld in artikel 7:21 lid 1 sub c BW, met veroordeling van Van Noort in de proceskosten.
3.2
Aan zijn vordering heeft [eiser] - samengevat en voor zover thans van belang - het volgende ten grondslag gelegd. De door Van Noort geleverde glaswand is vier centimeter korter dan overeengekomen. Op de tekening (productie 2 bij de dagvaarding) is te zien dat de lengtemaat van de inloopdouche gelijk eindigt met de vloer. De lengte van de glasplaat is echter onvoldoende om deze in de stellijst te verschuiven. [eiser] is ervan uitgegaan dat de douchewand gelijk zou zijn aan de douchevloer. Tijdens het adviesgesprek is niet aan de orde gekomen dat wordt gewerkt met stelmaten. Met de maximale stelruimte komt de douchewand uit op 117,5 cm. Het artikel is dus niet conform de orderbevestiging en factuur geleverd.
3.3
Van Noort heeft de vordering betwist en heeft daartoe - samengevat en voor zover thans van belang - het volgende aangevoerd. Van Noort heeft [eiser] een douchewand verkocht die past bij een douchevloer van 120 cm. Dat is een wand met een tenaamstelling “120” en die in afmeting kleiner is dan de douchevloer. Het cijfer 120 betekent dus niet dat de douchewand exact 120 centimeter breed is. Van Noort heeft deze werkwijze ook uitgewerkt op de tekening, waarop de lijn van de douchewand valt binnen de lijn van de douchevloer. Van Noort heeft alle informatie verschaft die tijdens een goed verkoopgesprek moet worden verschaft en heeft correct gehandeld door [eiser] een douchewand te verkopen met een stelbreedte die net iets kleiner is dan de lengte van de douchevloer. Van Noort is haar verplichtingen uit de overeenkomst dus correct nagekomen. [eiser] heeft niet aangeven dat hij een douchewand van exact 120 centimeter wilde aanschaffen. Van Noort zou een wand van exact 120 centimeter ook enkel op risico van [eiser] hebben geplaatst, omdat het in de ogen van Van Noort niet correct zou zijn en een dergelijke wand een stuk duurder zou zijn.
3.4
Op hetgeen partijen verder nog hebben aangevoerd, wordt hierna, voor zover voor de uitkomst van de procedure van belang, teruggekomen.

4..De beoordeling

4.1
Van Noort handelt in de uitoefening van een bedrijf en [eiser] is een natuurlijk persoon, die met de aankoop van de inloopdouche niet heeft gehandeld in de uitoefening van een beroep of bedrijf. Er is dus sprake van consumentenkoop als bedoeld in artikel 7:5 lid 1 BW.
4.2
Op grond van artikel 7:17 BW moet een afgeleverde zaak aan de overeenkomst beantwoorden. Een zaak beantwoordt niet aan de overeenkomst indien zij, mede gelet op de aard van de zaak en de mededelingen die de verkoper over de zaak heeft gedaan, niet de eigenschappen bezit die de koper op grond van de overeenkomst mocht verwachten. De koper mag verwachten dat de zaak de eigenschappen bezit die voor een normaal gebruik daarvan nodig zijn en waarvan hij de aanwezigheid niet behoefde te betwijfelen, alsmede de eigenschappen die nodig zijn voor een bijzonder gebruik dat bij de overeenkomst is voorzien.
4.3
Gelet op het bepaalde in artikel 150 Rv rusten op [eiser] de stelplicht en bewijslast dat sprake is van non-conformiteit. Pas als sprake is van non-conformiteit, komt de kantonrechter toe aan de vraag of Van Noort op grond van artikel 7:21 lid 1 onder c BW gehouden is de aan [eiser] geleverde inloopdouche te vervangen.
4.4
De kantonrechter stelt voorop dat [eiser] zijn standpunt dat sprake is van non-conformiteit uitsluitend baseert op de breedtemaat van de douchewand, die volgens [eiser] exact 120 centimeter had moeten zijn.
4.5
De vraag of een zaak voldoet aan de conformiteitseis van artikel 7:17 BW moet worden beantwoord aan de hand van alle relevante omstandigheden van het geval. De verkoper moet rekening houden met het normale gebruik van de zaak en met wat hij weet of moet weten over het bijzondere gebruik dat de koper voor ogen staat. Hij heeft een mededelingsplicht indien hij weet of moet weten dat de zaak voor dit normale of bijzondere gebruik ongeschikt is. De koper mag alleen die eigenschappen verwachten waarvan hij de aanwezigheid niet behoeft te betwijfelen. Waar hij twijfelt of moet twijfelen, dient hij de verkoper vragen te stellen of zelf onderzoek te verrichten.
4.6
De eerste omstandigheid die van belang is, is dat [eiser] gelijktijdig met de inloopdouche/douchewand ook een douchevloer van Van Noort heeft gekocht. Deze douchevloer heeft volgens de orderbevestiging een afmeting van 120x90 centimeter. Normaal gebruik van de douchewand houdt naar het oordeel van de kantonrechter onder meer in dat deze qua afmetingen bij de douchevloer past.
4.7
Verder is van belang de als productie 2 bij de dagvaarding gevoegde door Van Noort gemaakte tekeningen van de door [eiser] bestelde badkamermeubelen. Op de eerste tekening, de plattegrond, is de douchevloer aangegeven als de rechthoek rechtsboven. Zoals Van Noort terecht stelt, is op die tekening ook te zien dat de douchewand is getekend
binnende afmetingen van de douchevloer. Op de tekening zijn namelijk duidelijk twee lijnen te onderscheiden. De binnenste, dikkere lijn is de douchewand.
Naar het oordeel van de kantonrechter moet het ervoor worden gehouden dat [eiser] tijdens het verkoopgesprek aan de hand van deze tekening dus al had kunnen zien dat de douchewand zou vallen binnen de afmetingen van de douchevloer en niet exacte dezelfde afmetingen zou hebben als de douchevloer.
4.8
Ook in de van de fabrikant afkomstige montagehandleiding (bij productie 10 bij de dagvaarding) is te zien dat de douchewand dient te worden gemonteerd op de rand van de douchevloer en dat de douchewand niet exacte dezelfde afmeting heeft als die douchevloer, maar er iets binnen valt.
4.9
Het standpunt van Van Noort, dat dit de gebruikelijke manier is om een douchewand op een douchevloer te monteren, heeft [eiser] niet gemotiveerd betwist. De verwijzing door [eiser] naar een Spaanstalige website ter onderbouwing van zijn stelling dat het standpunt van Van Noort geen algemeen aanvaard standpunt lijkt te zijn, merkt de kantonrechter niet aan als een zodanige betwisting.
4.1
Tussen partijen is niet komen vast te staan of tijdens het verkoopgesprek aan de orde is geweest dat de aanduiding “120” niet betekent dat de douchewand exact 120 cm lang is, maar enkel dat deze geschikt is voor een douchevloer van 120 cm lang. Evenmin is tussen partijen komen vast te staan wat de uiterste stelmaat van de douchewand is, nu [eiser] stelt dat de stelmaat maximaal 117,5 centimeter is en dus 2,5 centimeter korter is dan de douchevloer, terwijl Van Noort stelt van de fabrikant te hebben vernomen dat de stelmaat 116,3 - 118,3 centimeter is en dus 1,7 centimeter korter is dan de douchevloer.
4.11
Uit het voorgaande volgt naar het oordeel van de kantonrechter niet dat de door Van Noort geleverde douchewand niet de eigenschappen bezit die [eiser] op grond van de overeenkomst mocht verwachten. De afgeleverde douchewand beantwoordt aan de overeenkomst, nu deze past bij de gelijktijdig aangeschafte douchevloer.
4.12
Gelet op het voorgaande komt de kantonrechter niet toe aan de vraag of Van Noort op grond van artikel 7:21 lid 1 onder c BW gehouden is de aan [eiser] geleverde inloopdouche te vervangen. Wat partijen hierover hebben aangevoerd, blijft daarom onbesproken.
4.13
De kantonrechter komt tot de conclusie dat de vordering zal worden afgewezen.
4.14
[eiser] wordt als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten, die tot aan deze uitspraak aan de zijde van Van Noort worden vastgesteld op € 240,- aan salaris voor de gemachtigde (2 punten à € 120,- per punt).

5..De beslissing

De kantonrechter:
wijst de vordering af;
veroordeelt [eiser] in de proceskosten, tot aan deze uitspraak aan de zijde van Van Noort vastgesteld op € 240,- aan salaris voor de gemachtigde;
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.I. Mentink en uitgesproken ter openbare terechtzitting.
44478