Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van de onder 1 impliciet primair ten laste gelegde poging tot doodslag;
- bewezenverklaring van het onder 2 ten laste gelegde openlijk geweld;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 15 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 5 maanden voorwaardelijk en met een proeftijd van 2 jaar.
4..Waardering van het bewijs
5..Strafbaarheid feiten
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straffen
8..Vorderingen benadeelde partijen en de schadevergoedingsmaatregelen
9..Toepasselijke wettelijke voorschriften
10..Bijlagen
11..Beslissing
taakstraf voor de duur van 240 uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
120 dagen;
gevangenisstraf voor de duur van 184 dagen;
€ 559,68 (zegge: vijfhonderdnegenenvijftig euro en achtenzestig cent), bestaande uit € 209,68 aan materiële schade en € 350,00 aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 26 oktober 2018 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de Staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam slachtoffer 2] te betalen € 559,68
(hoofdsom, zegge: vijfhonderdnegenenvijftig euro en achtenzestig cent),vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 26 oktober 2018 tot aan de dag van de algehele voldoening, bij gebreke van betaling en verhaal van de hoofdsom te vervangen door
11 dagen gijzeling. De toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
€ 1.632,53 (zegge: zestienhonderdtweeëndertig euro en drieënvijftig cent), bestaande uit € 632,53 aan materiële schade en € 1.000,00 aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 26 oktober 2018 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de Staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam slachtoffer 1] te betalen
€ 1.632,53 (hoofdsom, zegge: zestienhonderdtweeëndertig euro en drieënvijftig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 26 oktober 2018 tot aan de dag van de algehele voldoening, bij gebreke van betaling en verhaal van de hoofdsom te vervangen door
26 dagen gijzeling. De toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;