In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 3 september 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen Derks Lease B.V. en een gedaagde, die in persoon procedeerde. De eiseres, Derks Lease, vorderde een bedrag van € 12.500,00 van de gedaagde, die een leaseovereenkomst had afgesloten voor een Mercedes-Benz Sprinter. De leaseovereenkomst was aangegaan voor een periode van 60 maanden, maar de gedaagde had meer kilometers gereden dan was toegestaan en had verschillende termijnbedragen niet betaald. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedaagde in gebreke was gebleven en dat hij de boete voor een snelheidsovertreding en de kosten voor extra gereden kilometers verschuldigd was. De gedaagde had de leaseovereenkomst in juli 2019 beëindigd, maar de kantonrechter oordeelde dat hij nog steeds verplicht was om een percentage van de resterende termijnbedragen te betalen. De kantonrechter heeft de vordering van Derks Lease grotendeels toegewezen, met uitzondering van het eigen risico voor schade, dat niet in rekening mocht worden gebracht omdat de schade door de verzekering was vergoed. De gedaagde werd veroordeeld in de proceskosten en de wettelijke handelsrente werd toegewezen vanaf de dag van dagvaarding.