Op 26 oktober 2021 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven inzake een verzoek tot rechterlijke machtiging tot opname en verblijf van een cliënt met een psychogeriatrische aandoening, specifiek dementie. Het verzoek is ingediend door het CIZ en betreft een cliënte die niet meer in staat is tot zelfzorg. De rechtbank heeft vastgesteld dat de cliënte lijdt aan een uitgebreide neurocognitieve stoornis, wat leidt tot ernstig nadeel, waaronder het risico op ernstige psychische schade en verwaarlozing. De cliënte ontvangt al maximale thuiszorg, maar deze is niet meer afdoende en het steunsysteem is overbelast.
Tijdens de mondelinge behandeling zijn verschillende betrokkenen gehoord, waaronder de cliënte zelf, haar advocaat, en casemanagers van Laurens Zorg aan Huis. De rechtbank heeft geconcludeerd dat opname in een 24-uurs accommodatie noodzakelijk is om het ernstig nadeel te voorkomen. Ondanks het verzet van de cliënte tegen opname, heeft de rechtbank geoordeeld dat aan de wettelijke criteria voor een machtiging tot opname is voldaan. De machtiging is verleend voor de duur van zes maanden, tot en met 26 april 2022.
Deze beschikking is mondeling gegeven door rechter C.N. Melkert en schriftelijk uitgewerkt op 28 oktober 2021. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.