Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
- de dagvaarding (op verkorte termijn) van 13 september 2021, met producties 1 t/m 11
- de akte overlegging producties aan de zijde van Lozenge en Garnet, met producties 1 t/m 6
- de incidentele conclusie tot voeging van HBR, met producties 1 t/m 6b
- de pleitnotities van mrs. Groen en Hoovers, namens Grace en Expander
- de incidentele conclusie houdende exceptie van onbevoegdheid, tevens conclusie van antwoord in het voegingsincident, tevens pleitaantekeningen van mr. Jacobs namens Lozenge en Garnet.
2..De feiten
injunctionsopgenomen.
skeleton crewen het betalen van kosten van de noodzakelijke bunkers, proviand en vuilophaal.
3..Het geschil
4..De beoordeling
5..De beslissing
voor de duur van zes maandenmet ingang van heden verlof om de navolgende maatregelen te treffen ten aanzien van de [naam schip 2] en de [naam schip 1]:
- het repatriëren van de huidige bemanning van beide schepen, onder gelijktijdige aanstelling door Grace respectievelijk Expander van een nieuwe bemanning;
- het verplaatsen van de schepen naar een alternatieve (goedkopere) ligplaats elders in Nederland, inclusief alle maatregelen die daartoe operationeel en/of met het oog op het (deugdelijk continueren van het) liggen of meren noodzakelijk zijn,
- Grace en Expander op uiterlijk 23 september 2021 om 16.00 uur de vordering van de bemanning van de [naam schip 2] respectievelijk de [naam schip 1] tot het betalen van achterstallige gages, inclusief gemaakte (veiling)kosten, hebben voldaan;
- Grace en Expander voordat de schepen daadwerkelijk worden verplaatst regelingen treffen met Steinweg en HBR;
- de schepen, afgezien van de noodzakelijke verplaatsing naar de alternatieve ligplaats dan wel eventueel onderzoek of onderhoud, niet worden verplaatst;
- Grace en Expander een toereikende verzekering voor de schepen sluiten en de kosten betalen die samenhangen met de nieuwe situatie, waaronder in elk geval gages, liggelden en verzekeringspremies;