In deze beschikking van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 5 november 2021, is het verzoek om een zorgmachtiging afgewezen. De zaak betreft een betrokkene die een zelfbindingsverklaring heeft opgesteld en akkoord is gegaan met de gestelde voorwaarden. De psychiater heeft aangegeven dat er op dit moment geen noodzaak is voor een zorgmachtiging. De procedure is gestart op verzoek van de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam, die op 15 oktober 2021 een verzoekschrift heeft ingediend. Bij dit verzoekschrift zijn verschillende bijlagen gevoegd, waaronder een medische verklaring van de psychiater en een zorgplan.
De mondelinge behandeling vond plaats op 26 oktober 2021, waarbij de advocaat van de betrokkene aanwezig was. De officier van justitie was niet aanwezig, omdat hij geen nadere toelichting op het verzoek nodig achtte. Tijdens de behandeling werd duidelijk dat de betrokkene een zelfbindingsverklaring had opgesteld, maar deze was nog niet aan de rechtbank toegezonden. Na ontvangst van de zelfbindingsverklaring op 28 oktober 2021, waarin de betrokkene akkoord ging met de voorwaarden van Antes, heeft de rechtbank besloten het verzoek om een zorgmachtiging af te wijzen.
De rechtbank concludeert dat de Wvggz de mogelijkheid biedt voor betrokkenen om zelf afspraken te maken over medicatie, waardoor een zorgmachtiging niet noodzakelijk is. De beschikking is gegeven door rechter mr. C.N. Melkert, in tegenwoordigheid van griffier S.M. Plaisier-van Welie. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.