Bij brief van 18 mei 2021 heeft Atlas Copco onder meer het volgende bericht aan [gedaagde] :
“Hierbij bevestigen wij hetgeen op 12 mei 2021 met u is besproken ten kantore van Atlas Copco te Zwijndrecht. Bij het gesprek van omstreeks 10.00 uur tot omstreeks 11.30 uur waren naast u aanwezig [naam 1] , [functie] , en ondergetekende.
Op vrijdag 7 mei 2021 ontvingen wij een melding van onze klant [naam klant]
over uw betrokkenheid bij een onregelmatigheid, door hen bestempeld als diefstal. U zult begrijpen dat wij een dergelijke melding zeer serieus nemen. Naar aanleiding van deze melding hebben wij u dan ook op diezelfde dag geschorst, zodat wij de tijd zouden hebben om gedegen onderzoek te doen naar het voorval. De schorsing is u telefonisch medegedeeld en per e-mail bevestigd in de avond van 7 mei 2021. Tegelijkertijd hebben wij u uitgenodigd voor het gesprek van heden.
(…)
Kort en goed ontkent u dat u de koperen spullen in een doos hebt opgeborgen om deze weg te nemen voor uw eigen gewin. Wij achten uw verklaring voor uw gedragingen niet geloofwaardig. Het feit dat wij van een klant een dergelijke melding krijgen is bovendien op zichzelf al zeer onwenselijk. Dit temeer nu u zeer recentelijk, in februari 2021, een schriftelijke waarschuwing hebt ontvangen voor schending van de bedrijfsregels van een andere klant. Bij deze klant mag u tijdelijk niet op het terrein komen. Ook [naam klant] heeft op de dag van het incident al aangegeven dat u niet meer welkom bent op hun bedrijfslocatie. Dergelijke gedragingen door een werknemer van Atlas Copco, onder werktijd, op het terrein van een klant, stralen slecht af op Atlas Copco als werkgever en hebben mogelijk gevolgen voor onze reputatie en onze relatie met de klant en derden.
Wij achten uw handelen dan ook onacceptabel, maar zien in uw lange staat van dienst bij Atlas Copco aanleiding om u nog een laatste keer het voordeel van de twijfel te geven. Dit betekent dat wij bereid zijn u een laatste kans te geven en het nu bij een officiële laatste waarschuwing te laten. Daarbij geven wij uitdrukkelijk aan dat u ons vertrouwen dient terug te winnen, nu dit door de recente gebeurtenissen geschaad is.
Mochten zich in de toekomst opnieuw incidenten voordoen, dan zal dit leiden tot maatregelen als ontslag, waarbij een ontslag op staande voet niet wordt uitgesloten.
Zoals in de afsluiting van ons gesprek aangegeven zullen wij de aan u opgelegde schorsing na vandaag opheffen. Wij hebben met u afgesproken dat u tijdelijk intern wordt geplaatst. Tijdens deze periode vervalt de dagvergoeding en heeft u geen serviceauto tot uw beschikking. Wel zal u gedurende deze periode de reguliere reiskostenvergoeding voor woon-werkverkeer worden toegekend. U had al een vakantieperiode gepland staan tot dinsdag 25 mei a.s. [naam 1] zal u tijdens uw vakantie nog berichten hoe laat en waar u die dag wordt verwacht.
(…)”