Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..Het verloop van de procedure
- het exploot van dagvaarding van 21 december 2020, met producties;
- de conclusie van antwoord, tevens houdende eis in reconventie, met producties;
- het tussenvonnis van 11 maart 2021 waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
- de conclusie van antwoord in reconventie;
- de aantekening dat op 21 juni 2021 de mondelinge behandeling is gehouden.
2..De vaststaande feiten
1. Scheuren in de troffelvloer […]
Vanwege de vochtintreding en het gebrek aan expansie zijn niet alleen de mozaïektegels van de muur gedrukt, maar is de plint van de troffelvloer eveneens weggedrukt en ontzet geraakt. Plaatselijk herstel van de douchewanden is niet mogelijk. De tegels moeten verwijderd worden, de achterwand moet worden gerepareerd en na droging moeten nieuwe tegels worden aangebracht. […]
6. Vlekken op de stenen.
7. Elektrische installatie.De wederpartij heeft aanpassingen en een uitbreiding aan de elektra-installatie verricht. Zover te beoordelen zijn deze werkzaamheden verricht door niet daartoe gecertificeerde personen. Indien de werkzaamheden door een niet gecertificeerd persoon plaatsvinden, moet er een keuring plaatsvinden om te beoordelen of de installatie veilig is en voldoet aan NEN 1010. Om dat vast te stellen moet een gecertificeerd bedrijf een NEN 3140-keuring uitvoeren. Na overleg met u is daarvoor [naam bedrijf 2] geselecteerd. Op 5 februari 2021 is de keuring uitgevoerd. Kort samengevat ontbreekt de groepenverklaring en een schema, er zijn gebreken aan de aarding geconstateerd, er is sprake van losse bedrading op de vloer etc.
3..De vordering, de grondslag en het verweer
in conventie
[eiser 1] heeft zijn vordering als volgt gespecificeerd:
21220 21-01-2020 € 4.369,31 - € 4.369,31
21220 21-01-2020 € 6.864,25 - € 6.864,25
21219 21-01-2020 € 15.488,00
-16-07-2019 € 4.961,00
29-07-2019 € 4.961,00 € 5.566,00
21220 21-01-2020 € 3.025,00 - € 3.025,00
212211 21-01-2020 € 3.872,00 - € 3.872,00
21220 21-01-2020 € 181,50 - € 181,50 +TOTAAL: € 24.532,67
in reconventie
[eiser 2] heeft zijn vordering als volgt gespecificeerd:
betegeling van de badkamer € 6.400,00
dakramen € 1.500,00
egalinevlekken op de stenen € 200,00
elektriciteit € 500,00 +€ 21.940,00
4..De beoordeling van het geschil
in conventie:
uitgegaan. Na aftrek van de twee reeds door hem betaalde facturen van in totaal € 9.922,- is [gedaagde] aan [eiser 1] dan ook nog een bedrag van € 7.078,- verschuldigd.
Deze posten van in totaal € 1.350,- exclusief btw, zijnde € 1.633,50 inclusief btw, is [gedaagde] dan ook verschuldigd.
is derhalve in beginsel toewijsbaar. Nu [gedaagde] zich beroept op verrekening met door hem in reconventie gevorderde schade wegens door [eiser 1] gebrekkig uitgevoerde werkzaamheden, zal eerst beoordeeld moeten worden of daarvan sprake is.
5..De beslissing
- dat sprake is van schade aan de vloer en dat de vermeende schade samenhangt met de door [verweerder] uitgevoerde werkzaamheden;
- dat het tegelwerk en de dilataties in de badkamer niet correct door [verweerder] zijn uitgevoerd;
- dat [verweerder] de aarding niet op correcte wijze heeft aangelegd en dat dit tot de gestelde schade heeft geleid;
schriftelijkmoet meedelen of en, zo ja, op welke wijze van de bewijsmogelijkheid gebruik zal worden gemaakt;
in tweevouddient te worden ingestuurd en dat deze
uiterlijk de dag vóór genoemde rolzitting om 12.00 uurter griffie ontvangen moet zijn;
schriftelijkaan de kantonrechter en de wederpartij moeten worden aangezegd;