Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 23 november 2021 in de zaak tussen
[naam eiseres] h.o.d.n. [naam zaak], te [woonplaats eiseres], eiseres
De Minister voor Medische zorg, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
In die uitspraak heeft de voorzieningenrechter – samengevat en voor zover van belang – echter geoordeeld dat hoofdstuk III ziet op uitzonderingen op hoofdstuk I, dat in het algemeen geldt, zodat het niet in de rede ligt die uitzonderingen ruim op te vatten, dat het magazijn van eiseres alleen onder hoofdstuk III valt indien de bedrijfsruimte in ieder geval wat betreft tijdelijkheid vergelijkbaar is met een tent of marktkraam en dat het magazijn van eiseres daar niet aan voldoet, omdat dit al sinds 2016 duurzaam wordt gebruikt als plek om voedsel te bereiden (inclusief het voorbereidende werk). Evenmin kan de omstandigheid dat het magazijn niet is voorzien van een geschikte horecakeuken met zich brengen dat het magazijn moet worden aangemerkt als een tijdelijke bedrijfsruimte. De toezichthouder van de NVWA heeft tijdens de inspectie dan ook terecht met inachtneming van hoofdstuk I beoordeeld of de bedrijfsruimte voor levensmiddelen schoon was, aldus de voorzieningenrechter.