Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
2..De feiten
Ter zekerheid van nakoming van de huidige en toekomstige verplichtingen van Debiteur jegens Crediteur verstrekt Debiteur:
Het onherroepelijke recht tot koop van de door hem gehouden aandelen CDP [Cardatapool; toevoeging rechtbank] (de "Aandelen") tegen nominale waarde indien na de looptijd van de Lening deze niet volledig is afgelost, inclusief volledige betaling van de verschuldigde rente hierover. Debiteur verklaart dat de Aandelen vrij overdraagbaar zijn, vrij van rechten of verpandingen en dat hij niets zal doen om de Aandelen te bezwaren anders dan het verpanden van de Aandelen aan Crediteur op eerste verzoek van Crediteur ter securering van dit recht tot koop op aandelen. (…) Het recht tot koop op de Aandelen duurt voort zolang Crediteur nog iets te vorderen (hoofdsom en niet betaalde rente) heeft uit hoofde van deze overeenkomst en komt te vervallen zodra Debiteur de Lening en rente volledig heeft betaald aan Crediteur.
De pandrechten en zekerheidsstellingen ten aanzien van art 7 lid 1 en 2 zullen bij de notaris worden vastgelegd.”
Indien de Schuldenaar in verzuim is met de voldoening van het aan Pandhouder verschuldigde tot zekerheid waarvan het pandrecht strekt, heeft de Pandhouder het recht om terstond en zonder rechterlijke tussenkomst de Aandelen te verkopen overeenkomstig artikel 3:248 BW, zulks onverminderd het bepaalde in artikel 3:251 BW.”
3..Het geschil
in conventie
4..De beoordeling
op rechtmatige wijzede voertuiggegevens in te brengen in Cardatapool. De samenwerkingsovereenkomst bevat de zojuist cursief weergegeven tekst weliswaar niet met zoveel woorden, maar redelijkerwijs moet worden aangenomen dat dit wel de strekking van de overeenkomst en de bedoeling van partijen was. Gegevens die niet op rechtmatige wijze worden ingebracht, mogen immers niet worden gebruikt. A2SP heeft dat ook niet weersproken.
Partijen doen afstand van het recht de Overeenkomst te ontbinden of te vernietigen, om welke reden dan ook.” Deze bepaling vermeldt niet expliciet of partijen (ook) afstand doen van het recht om ontbinding door de rechter te vorderen. De uitleg die naar het oordeel van de rechtbank het meest voor de hand ligt, is dat partijen hebben afgesproken dat de overeenkomst niet ontbonden zal worden, op welke wijze dan ook. Het is immers niet logisch om zonder duidelijke aanwijzingen daarvoor aan te nemen dat een partij mag vorderen dat de rechter doet wat die partij zelf niet mag doen, namelijk het ontbinden van de overeenkomst. In commerciële (samenwerkings)contracten is dit bovendien geen uitzonderlijke bepaling, gezien de ingrijpende en/of complexe ongedaanmakingsverplichtingen die kunnen ontstaan als gevolg van ontbinding. [naam eiseres] heeft geen verklaringen of gedragingen van A2SP gesteld waaruit kan volgen dat [naam eiseres] desondanks mocht verwachten dat deze bepaling niet in de weg zou staan aan het instellen van een vordering tot ontbinding.
5..De beslissing
woensdag 12 januari 2022voor het nemen van een akte door [naam eiseres] zoals omschreven in overweging 4.8, op basis van de in overweging 4.11.3 vermelde vergelijking;