ECLI:NL:RBROT:2021:12544
Rechtbank Rotterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot bekrachtiging schriftelijke aanwijzing in jeugdzorgzaak
In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam op 23 november 2021 uitspraak gedaan in een jeugdzorgkwestie waarbij de William Schrikker Stichting Jeugdbescherming & Jeugdreclassering (GI) een verzoek heeft ingediend tot bekrachtiging van een schriftelijke aanwijzing (SA) aan de moeder van twee kinderen, [naam kind 1] en [naam kind 2]. De moeder heeft het ouderlijk gezag over beide kinderen en de GI heeft hen onder toezicht gesteld tot 9 augustus 2022. De schriftelijke aanwijzing was gericht op het waarborgen van de zorg en opvoeding van de kinderen, waarbij de moeder werd verzocht om de jeugdzorgwerker toegang te verlenen tot haar woning.
Tijdens de zitting op 5 november 2021 heeft de kinderrechter de moeder en vertegenwoordigers van de GI gehoord. De GI heeft aangegeven dat de moeder niet meewerkt aan de hulpverlening en afspraken niet nakomt, wat leidt tot onvoldoende zicht op de ontwikkeling van de kinderen. De moeder heeft echter verklaard dat zij bereid is om de jeugdbeschermer een kans te geven en voortaan de deur voor haar open te doen.
De kinderrechter heeft vastgesteld dat de SA niet kan worden bekrachtigd, omdat deze betrekking heeft op een specifieke datum in het verleden. Het verzoek van de GI is afgewezen, maar de kinderrechter heeft wel de noodzaak van de hulpverlening benadrukt en afspraken vastgelegd die de moeder moet nakomen. De kinderrechter heeft bepaald dat de moeder voortaan alle afspraken met de jeugdbeschermer moet nakomen en andere hulpverleners binnen moet laten, met uitzondering van uiterste noodgevallen voor het afzeggen van afspraken.