ECLI:NL:RBROT:2021:12544

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
23 november 2021
Publicatiedatum
20 december 2021
Zaaknummer
C/10/626420 / JE RK 21-2624
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot bekrachtiging schriftelijke aanwijzing in jeugdzorgzaak

In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam op 23 november 2021 uitspraak gedaan in een jeugdzorgkwestie waarbij de William Schrikker Stichting Jeugdbescherming & Jeugdreclassering (GI) een verzoek heeft ingediend tot bekrachtiging van een schriftelijke aanwijzing (SA) aan de moeder van twee kinderen, [naam kind 1] en [naam kind 2]. De moeder heeft het ouderlijk gezag over beide kinderen en de GI heeft hen onder toezicht gesteld tot 9 augustus 2022. De schriftelijke aanwijzing was gericht op het waarborgen van de zorg en opvoeding van de kinderen, waarbij de moeder werd verzocht om de jeugdzorgwerker toegang te verlenen tot haar woning.

Tijdens de zitting op 5 november 2021 heeft de kinderrechter de moeder en vertegenwoordigers van de GI gehoord. De GI heeft aangegeven dat de moeder niet meewerkt aan de hulpverlening en afspraken niet nakomt, wat leidt tot onvoldoende zicht op de ontwikkeling van de kinderen. De moeder heeft echter verklaard dat zij bereid is om de jeugdbeschermer een kans te geven en voortaan de deur voor haar open te doen.

De kinderrechter heeft vastgesteld dat de SA niet kan worden bekrachtigd, omdat deze betrekking heeft op een specifieke datum in het verleden. Het verzoek van de GI is afgewezen, maar de kinderrechter heeft wel de noodzaak van de hulpverlening benadrukt en afspraken vastgelegd die de moeder moet nakomen. De kinderrechter heeft bepaald dat de moeder voortaan alle afspraken met de jeugdbeschermer moet nakomen en andere hulpverleners binnen moet laten, met uitzondering van uiterste noodgevallen voor het afzeggen van afspraken.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK ROTTERDAM

Team Jeugd
zaakgegevens: C/10/626420 / JE RK 21-2624
datum uitspraak: 23 november 2021

beschikking

in de zaak van
de gecertificeerde instelling William Schrikker Stichting Jeugdbescherming & Jeugdreclassering,
hierna te noemen de GI, gevestigd te Amsterdam,
betreffende

[naam kind 1],

geboren op [geboortedatum kind 1] 2017 te [geboorteplaats kind 1], hierna te noemen [naam kind 1],
[naam kind 2],
geboren op [geboortedatum kind 2] 2019 te [geboorteplaats kind 2], hierna te noemen [naam kind 2].
De kinderrechter merkt als belanghebbende aan:

[naam moeder],

hierna te noemen de moeder, wonende te [woonplaats moeder].

Het procesverloop

Het procesverloop blijkt uit het verzoek met bijlagen van de GI van 4 oktober 2021, ingekomen bij de griffie op 05 oktober 2021.
Op 5 november 2021 heeft de kinderrechter de zaak ter zitting met gesloten deuren behandeld.
Gehoord zijn:
- de moeder,
- een tweetal vertegenwoordigsters van de GI, [naam 1] en [naam 2].

De feiten

Het ouderlijk gezag over [naam kind 1] en [naam kind 2] wordt uitgeoefend door de moeder.
Bij beschikking van 9 augustus 2021 zijn [naam kind 1] en [naam kind 2] onder toezicht gesteld tot
9 augustus 2022.
De GI heeft op 14 september 2021 een schriftelijke aanwijzing (hierna: SA) gegeven betreffende de verzorging en opvoeding van [naam kind 1] en [naam kind 2]. Hierin is het volgende opgenomen:
“U bent thuis aanwezig op dinsdag 21 september 2021 om 09:15 uur. Ik verwacht dat u de deur opendoet en dat u samen met [naam kind 1] en [naam kind 2] thuis aanwezig bent. U laat de jeugdzorgwerker binnen zodat er zicht komt op uw kinderen en uw thuissituatie.”

Het verzoek

De GI heeft bekrachtiging van de schriftelijke aanwijzing verzocht.
De GI heeft het verzoek ter zitting gehandhaafd en als volgt toegelicht. De GI is een keer op onverwachts huisbezoek geweest bij de moeder, maar wordt vervolgens niet meer binnengelaten. Daarnaast doet de moeder ook de deur niet open voor de hulpverlening die haar helpen bij de opvoeding en praktische zaken. Hierdoor is er geen zicht op de kinderen. Positief is wel dat [naam kind 1] sinds kort elke dag naar school gaat . Zonder medewerking van de moeder wordt het lastig om de ondertoezichtstelling uit te voeren. De volgende afspraak met de moeder staat gepland op 15 november 2021 om 09:00 uur. De moeder is hiervan per mail en per brief op de hoogte gebracht.

Het standpunt van de moeder

De moeder heeft ter zitting aangegeven dat de moeder al verschillende voogden heeft gehad, waar zij goed contact mee had. De moeder voelt geen klik met de huidige jeugdbeschermer. Er zijn al veel mensen bij de moeder thuis geweest, waardoor de moeder hulpverleningsmoe is geworden. Elke keer als de moeder iemand vertrouwt gaat degene weer weg. De moeder wil een vast persoon die haar helpt. De moeder was op 6 september 2021 niet op de afspraak gekomen, omdat zij geen oppas had voor de kinderen. Vervolgens kregen de kinderen krentenbaard en de moeder zelf ook. De moeder wil de jeugdbeschermer een kans geven en zal de deur voortaan voor haar open doen. Ook zal de moeder op de volgende afspraak verschijnen.

De beoordeling

Uit de overgelegde stukken en de behandeling ter zitting is gebleken dat [naam kind 1] en [naam kind 2] sinds 9 augustus 2021 onder toezicht staan van de GI. De moeder heeft tot op heden geen medewerking verleend aan de uitvoering van de ondertoezichtstelling. De jeugdbeschermer is meermalen aan de deur geweest, maar de moeder doet niet open. Ook komt de moeder afspraken met de hulpverlening niet na. Hierdoor is er onvoldoende zicht op de ontwikkeling van de kinderen. De GI heeft de moeder daarom een SA gegeven.
De kinderrechter kan de SA van 14 september 2021 niet bekrachtigen, aangezien het gaat om een specifieke datum in het verleden. Het verzoek van de GI zal daarom worden afgewezen. De kinderrechter begrijpt echter wel het nut en de noodzaak van de inhoud van de SA, namelijk dat de moeder de hulpverlening in haar woning moet binnenlaten en afspraken met de GI moet nakomen.
De kinderrechter legt daarom in deze beschikking vast wat ter zitting met de moeder en de jeugdbeschermer is afgesproken. De moeder zal vanaf nu alle afspraken met de jeugdbeschermer nakomen. Ook zal de moeder andere hulpverleners binnenlaten. Bovendien zal de moeder medewerking verlenen aan de uitvoering van de ondertoezichtstelling. Zij mag afspraken alleen afzeggen in uiterste noodgevallen. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de jeugdbeschermer en de moeder telefoonnummers hebben uitgewisseld. Zij zullen drie nieuwe afspraken met elkaar maken om vooruit te komen.

De beslissing

De kinderrechter:
wijst het verzoek van de GI af.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.J. van Dijk, kinderrechter, in tegenwoordigheid van mr. L.M. Ruijgrok als griffier en in het openbaar uitgesproken op 23 november 2021.