In deze zaak, die voor de Rechtbank Rotterdam is behandeld, gaat het om een geschil tussen de Italiaanse vennootschap O'S.R.L. en de Nederlandse besloten vennootschap Flavourz Menswear B.V. over een internationale handelskoop. O'S.R.L. heeft Flavourz in de periode van 9 december 2016 tot en met 16 februari 2017 verschillende facturen gestuurd voor geleverde goederen, maar Flavourz heeft een deel van deze facturen niet betaald. O'S.R.L. vordert betaling van een bedrag van € 73.988,01, vermeerderd met wettelijke handelsrente en buitengerechtelijke incassokosten. Flavourz betwist de vordering en stelt dat er geen koopovereenkomst is gesloten, en dat de geleverde goederen gebrekkig waren.
De rechtbank heeft allereerst de rechtsmacht beoordeeld. Aangezien O'S.R.L. in Italië is gevestigd en Flavourz in Nederland, is de vraag of de Nederlandse rechter bevoegd is om van de vordering kennis te nemen. De rechtbank concludeert dat de Nederlandse rechter bevoegd is op basis van de Brussel I bis-Verordening, omdat Flavourz in Nederland is gevestigd.
Vervolgens heeft de rechtbank het toepasselijke recht vastgesteld. Het geschil betreft een koopovereenkomst die onder het Weens Koopverdrag valt. De rechtbank oordeelt dat Flavourz de koopprijs van € 53.041,64 aan O'S.R.L. moet betalen, omdat Flavourz niet voldoende heeft onderbouwd dat de geleverde goederen gebrekkig waren. De vordering van O'S.R.L. wordt toegewezen, inclusief wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten. De reconventionele vordering van Flavourz wordt afgewezen, omdat deze niet voldoende onderbouwd is. De proceskosten worden aan Flavourz opgelegd.