ECLI:NL:RBROT:2021:13215

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
8 december 2021
Publicatiedatum
17 januari 2022
Zaaknummer
C/10/608995 / HA ZA 20-1154
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot terugbetaling van onverschuldigd betaalde bedragen in het kader van een factoringovereenkomst

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 8 december 2021 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen Helloprint B.V. en Freelancefactoring.com B.V., met Printlab B.V. als derde partij. Helloprint vorderde terugbetaling van een bedrag van € 129.092,94 dat zij onverschuldigd aan Freelancefactoring had betaald, omdat zij meende dat er dubbel en drievoudig gefactureerd was door Printlab. Freelancefactoring voerde aan dat de betalingen niet onverschuldigd waren, omdat deze waren gedaan op basis van facturen van Printlab. De rechtbank oordeelde dat Helloprint inderdaad onverschuldigd had betaald, omdat de facturen niet de rechtsgrond voor de betalingen vormden, aangezien deze meermaals waren gefactureerd zonder dat daar een opdracht aan ten grondslag lag. De rechtbank verwierp ook het verweer van Freelancefactoring dat Helloprint haar recht op terugbetaling had verwerkt door de facturen te betalen zonder deze vooraf te controleren. De rechtbank oordeelde dat de onzorgvuldigheid van Printlab bij het factureren niet aan Helloprint kon worden tegengeworpen. Uiteindelijk werd Freelancefactoring veroordeeld tot terugbetaling van het onverschuldigd betaalde bedrag, vermeerderd met wettelijke rente, en werden de proceskosten aan de zijde van Helloprint toegewezen.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK ROTTERDAM

Team handel en haven
zaaknummer / rolnummer: C/10/608995 / HA ZA 20-1154
Vonnis van 8 december 2021
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
HELLOPRINT B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
advocaat mr. C.J.M. Verheggen te Rotterdam,
tegen
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
FREELANCEFACTORING.COM B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
advocaat mr. H.W. ten Katen te Rotterdam,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
PRINTLAB B.V.,
gevestigd te Heerhugowaard,
gedaagde in conventie,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna Helloprint, Freelancefactoring en Printlab genoemd worden.

1..De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding, met producties;
  • de conclusie van antwoord in conventie tevens eis in reconventie van Freelancefactoring, met producties;
  • de brief van 9 februari 2021 van de rechtbank waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
  • de conclusie van antwoord in reconventie;
  • de nadere producties 16 en 17 van Freelancefactoring;
  • de comparitieaantekeningen van Helloprint;
  • de spreekaantekeningen van Freelancefactoring;
  • het proces-verbaal van mondelinge behandeling van 27 mei 2021.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2..De feiten

2.1.
Printlab heeft in opdracht van Helloprint (druk/print)werkzaamheden (verder “orders”) verricht. Printlab heeft die werkzaamheden aan Helloprint gefactureerd.
2.2.
Freelancefactoring is een factormaatschappij en heeft een factoroveenkomst met Printlab. Printlab heeft haar vorderingen uit hoofde van voor Helloprint verrichte en gefactureerde werkzaamheden aan Freelancefactoring gecedeerd. In totaal heeft Printlab 87 facturen voor een totaalbedrag van € 591.483,90 aan Freelancefactoring gecedeerd.
2.3.
Helloprint betaalde door Printlab aan haar gefactureerde bedragen aan Freelancefactoring.
2.4.
Helloprint heeft voor een bedrag van € 63.662,96 aan facturen van Printlab voor door Helloprint gegeven opdrachten onbetaald gelaten.

3..Het geschil

in conventie en in reconventie

3.1.
Helloprint vordert in conventie – samengevat – bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
Primair:
voor recht te verklaren dat Helloprint een aan Freelancefactoring verschuldigd bedrag van € 63.662,96 rechtsgeldig heeft verrekend met de vordering van € 129.092,94 van Helloprint op Freelancefactoring uit hoofde van onverschuldigde betaling, dan wel op Printlab uit hoofde van wanprestatie, onrechtmatige daad of ongerechtvaardigde verrijking;
Freelancefactoring en Printlab hoofdelijk, des dat de een betalend ook de ander zal zijn bevrijd, te veroordelen tot betaling van € 65.429,98 te vermeerderen met de wettelijke (handels)rente indien dit bedrag niet binnen 14 dagen na betekening van dit vonnis is voldaan;
Subsidiair:
3. Freelancefactoring en Printlab hoofdelijk, des dat de een betalend ook de ander zal zijn bevrijd, te veroordelen tot betaling van € 129.092,94 te vermeerderen met de wettelijke (handels)rente indien dit bedrag niet binnen 14 dagen na betekening van dit vonnis is voldaan;
alsmede om Freelancefactoring en Printlab te veroordelen in de (na)kosten van het geding, ten aanzien van Freelancefactoring te vermeerderen met de kosten van het gelegde conservatoire beslag.
3.2.
Helloprint stelt daartoe dat bij controle van de facturen van Printlab achteraf en de pas later verzonden daarbij behorende specificaties, is gebleken dat 1019 van de door Printlab uitgevoerde orders dubbel en 159 van die orders drie keer zijn gefactureerd. In totaal is op die manier een bedrag van € 129.092,94 te veel door Printlab gefactureerd. Dit bedrag is door Helloprint aan Freelancefactoring betaald. De controle kon niet anders dan achteraf plaatsvinden als gevolg van de korte betaaltermijn die Printlab hanteert en de omstandigheid dat voor veel facturen de specificaties pas veel later dan de facturen zelf zijn ontvangen.
3.3.
Helloprint voert verder aan dat Printlab hierdoor toerekenbaar tekortgeschoten is in haar verplichtingen jegens Helloprint, althans dat Printlab onrechtmatig jegens Helloprint heeft gehandeld en ten koste van Helloprint ongerechtvaardigd is verrijkt.
3.4.
Aan Freelancefactoring is het te veel betaalde bedrag van € 129.092,94 onverschuldigd betaald. Er bestond namelijk geen rechtsgrond voor deze betaling. Freelancefactoring dient het onverschuldigd betaalde bedrag aan Helloprint terug te betalen. Daar staat tegenover dat Helloprint uit hoofde van wel correct door Printlab gefactureerde (en ook weer aan Freelancefactoring gecedeerde) orders, nog een bedrag van € 63.662,96 aan Freelancefactoring verschuldigd is. Helloprint is bevoegd dit laatste bedrag met het onverschuldigd betaalde te verrekenen, zodat per saldo een nog door Freelancefactoring en Printlab terug te betalen bedrag van € 65.429,98 resteert, aldus Helloprint.
3.5.
Freelancefactoring voert verweer en concludeert tot afwijzing van de vorderingen in conventie. Zij voert daartoe aan dat niet onverschuldigd is betaald, omdat aan de betalingen steeds een factuur van Printlab ten grondslag lag. Voor zover wel onverschuldigd zou zijn betaald, heeft Helloprint geen vordering op Freelancefactoring. Freelancefactoring heeft de betalingen namelijk, deels al meer dan een jaar geleden, te goeder trouw ontvangen. Het had op de weg van Helloprint gelegen de facturen eerder op hun juistheid te controleren. Dit volgt ook uit de algemene voorwaarden van Printlab. Door de facturen stelselmatig te betalen heeft Helloprint bovendien het gerechtvaardigd vertrouwen gewekt dat de aan Freelancefactoring gecedeerde facturen correct waren. Daardoor heeft Helloprint in strijd gehandeld met artikel 6:2 BW en haar rechten jegens Freelancefactoring (mede in het licht van artikel 3:35 en 3:36 BW) verwerkt. Freelancefactoring beroept zich verder op de artikelen 6:204 en 6:207 BW.
3.6.
Ten aanzien van het beroep op verrekening van Helloprint voert Freelancefactoring aan dat Helloprint niet bevoegd is tot verrekening, omdat de vorderingen niet voortvloeien uit dezelfde rechtsverhouding.
3.7.
Op grond van de hiervoor onder 3.5 en 3.6 weergegeven standpunten van Freelancefactoring vordert zij in reconventie – samengevat – bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
Voor recht te verklaren dat Helloprint jegens Freelancefactoring onrechtmatig heeft gehandeld en Helloprint te veroordelen tot betaling van daardoor geleden schade, nader op te maken bij staat;
Helloprint te veroordelen tot betaling van € 63.662,96 te vermeerderen met de wettelijke handelsrente plus 2%, althans de wettelijke handelsrente vanaf de moment van verzuim;
Primair: voor recht te verklaren dat Helloprint aansprakelijk is voor de in artikel 7.5 van de algemene voorwaarden benoemde kosten en haar te veroordelen tot de betaling van deze kosten, nader op te maken bij staat;
Subsidiair: Helloprint te veroordelen in de incassokosten groot € 1.411,63, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente;
4. Helloprint te veroordelen in de proceskosten en de nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente.
3.8.
Helloprint voert verweer en concludeert tot afwijzing van de vorderingen in reconventie met veroordeling, uitvoerbaar bij voorraad, van Freelancefactoring in de proceskosten in reconventie.
3.9.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4..De beoordeling

in conventie
Ten aanzien van Freelancefactoring
Algemene voorwaarden
4.1.
Freelancefactoring beroept zich ter onderbouwing van verschillende weren op de algemene voorwaarden van Printlab. Freelancefactoring heeft gesteld dat deze in de relatie Helloprint – Printlab van toepassing zijn. Helloprint heeft weersproken dat de algemene voorwaarden van Printlab van toepassing zouden zijn.
4.2.
De rechtbank stelt in dat verband allereerst vast dat elk beroep van Freelancefactoring op de door Printlab gehanteerde algemene voorwaarden, een bevrijdend verweer is, waarvoor stelplicht en bewijslast op Freelancefactoring rusten.
4.3.
Freelancefactoring heeft ter onderbouwing niet meer aangevoerd dan dat Printlab met elke factuur haar algemene voorwaarden meestuurde en dat Helloprint nooit tegen de toepasselijkheid daarvan heeft geprotesteerd. Helloprint heeft betwist dat de algemene voorwaarden met elke factuur werden meegestuurd en er tevens op gewezen dat de facturen zelf bovendien geen enkele verwijzing naar die algemene voorwaarden bevatten. Freelancefactoring heeft niet weersproken. Dat de facturen van Printlab geen verwijzing naar de algemene voorwaarden bevatten staat daarmee in deze procedure vast.
4.4.
Volgens vaste jurisprudentie leidt het uitsluitend met een factuur meesturen van algemene voorwaarden, zonder dat op die factuur enige verwijzing naar die algemene voorwaarden is opgenomen, niet tot toepasselijkheid van de meegezonden algemene voorwaarden (zelfs niet als dat herhaaldelijk gebeurt en de wederpartij niet tegen die algemene voorwaarden protesteert). Gezien het voorgaande heeft Freelancefactoring ten aanzien van de toepasselijkheid van algemene voorwaarden onvoldoende gesteld. De rechtbank is van oordeel dat op de transacties tussen Helloprint en Printlab geen algemene voorwaarden van toepassing zijn en zal daarom de inhoudelijke stellingen van Freelancefactoring, voor zover deze op de algemene voorwaarden zijn gegrond onbesproken laten.
Onverschuldigde betaling
4.5.
Van onverschuldigde betaling is sprake indien de één (gever) zonder rechtsgrond aan een ander (ontvanger) een goed geeft (in dit geval een geldsom betaalt). In zo’n geval komt de gever een vordering tot teruggave toe (van in dit geval een gelijk bedrag; artikel 6:203 BW).
4.6.
Helloprint heeft gemotiveerd en (gedetailleerd) met stukken (producties 27 en 28 bij dagvaarding) onderbouwd gesteld dat een groot aantal uitgevoerde orders dubbel (1019) of zelfs drie keer (159) is gefactureerd. Volgens Helloprint is voor een totaalbedrag van € 129.092,94 meer dan een keer gefactureerd.
4.7.
Voor zover Freelancefactoring heeft beoogd te betwisten dat en hoeveel orders, of voor welk bedrag, dubbel of drie keer zijn/is gefactureerd (conclusie van antwoord randnummer 29: “
HP[Helloprint]
meent dat er dubbel en drievoudig gefactureerd zou zijn” en randnummer 31 “
Zouden vorderingen wel dubbel gefactureerd zijn”) is dit verweer onvoldoende concreet en bovendien gespeend van elke motivering. Daarmee staat naar het oordeel van de rechtbank in deze procedure vast dat voor een bedrag van € 129.092,94 orders meer dan één keer aan Helloprint zijn gefactureerd.
4.8.
Met betrekking tot het op de meermaals gefactureerde orders in totaal betaalde bedrag van € 129.092,94, heeft Helloprint gesteld dat dit bedrag onverschuldigd is betaald omdat aan die betalingen telkens geen verbintenis en dus geen rechtsgrond ten grondslag lag.
4.9.
Freelancefactoring heeft betwist dat dit bedrag onverschuldigd is betaald, omdat de betalingen zijn gedaan op basis van door Printlab uitgeschreven facturen en daarmee de rechtsgrond voor de betaling is gegeven.
4.10.
Freelancefactoring miskent met dit verweer dat de factuur waarop betaald wordt niet de rechtsgrond voor de betaling vormt. De rechtsgrond voor de betaling is de verbintenis tussen partijen waaruit de verplichting tot betaling voortvloeit. De factuur is niet meer dan de administratieve weerslag van die tot betaling verplichtende verbintenis. Opvallend is dat Freelancefactoring dit zelf ook onderkent in randnummer 30 van de conclusie van antwoord: “
HP heeft op facturen betaald, de facturenmet de aan PL[Printlab]
verstrekte losse opdrachten[onderstreping, rechtbank]
vormen de rechtsgrond”. Terecht memoreert Freelancefactoring hier dat er zonder opdracht geen rechtsgrond voor de betaling bestaat. Echter, waar een en dezelfde order twee, of zelfs drie keer wordt gefactureerd, ligt slechts één keer een opdracht aan de factuur ten grondslag. De tweede en derde factuur zijn zonder opdracht en dus zonder rechtsgrond. Betaling op zo’n factuur is een onverschuldigde betaling.
4.11.
Nu tussen partijen niet in geschil is dat Helloprint het bedrag van € 129.092,94 aan Freelancefactoring heeft betaald en hiervoor al is vastgesteld dat Helloprint dat bedrag heeft betaald op facturen van Printlab waarmee reeds eerder betaalde orders voor een tweede of zelfs derde keer in rekening werden gebracht, kan de conclusie geen andere zijn dan dat Helloprint € 129.092,94 onverschuldigd aan Freelancefactoring heeft betaald. Daarmee staat in beginsel vast dat Helloprint een vordering op Freelancefactoring heeft tot teruggave van € 129.092,94.
Rechtsverwerking
4.12.
Freelancefactoring heeft aangevoerd dat Helloprint haar recht op terugbetaling van het onverschuldigd betaalde bedrag jegens Freelancefactoring heeft verwerkt. Door de facturen van Printlab te betalen zonder deze steeds eerst voldoende op juistheid te controleren, heeft Helloprint het gerechtvaardigd vertrouwen bij Freelancefactoring gewekt dat de facturen correct, c.q. de factuurbedragen daadwerkelijk verschuldigd, waren, althans dat Helloprint, zo enig bedrag onverschuldigd betaald zou blijken te zijn, haar recht tot terugbetaling daarvan jegens Freelancefactoring niet meer zou uitoefenen en/of heeft Helloprint in strijd gehandeld met artikel 6:2 BW (en daarmee onrechtmatig jegens Freelancefactoring), zo begrijpt de rechtbank de stellingen van Freelancefactoring. Verder beroept Freelancefactoring zich in dit verband op de artikelen 3:35 en 3:36 BW.
4.13.
Ook dit zijn weer bevrijdende verweren. Bij de beoordeling daarvan gelden twee uitgangspunten.
4.14.
Het eerste uitgangspunt is dat het door Freelancefactoring geponeerde standpunt dat de met de enkele betaling (van een factuur) de vordering is erkend in die zin dat geen recht op terugbetaling meer zou bestaan, geen steun vindt in het recht. Als dat zo was zou de wettelijke regeling van onverschuldigde betaling (artikel 6:203 BW) zonder enige betekenis zijn.
4.15.
Het tweede uitgangspunt is dat overgang van een vordering (zoals in dit geval door cessie van Printlab op Freelancefactoring) de verweermiddelen van de schuldenaar onverlet laat (artikel 6:145 BW).
4.16.
Freelancefactoring heeft gesteld dat Helloprint door maar “klakkeloos” de facturen van Printlab te betalen in strijd heeft gehandeld met hetgeen in het maatschappelijk verkeer betamelijk is en daarmee ook in strijd met artikel 6:2 BW. Freelancefactoring miskent dat aan het “klakkeloos” betalen door Helloprint een nogal klakkeloos factureren door Printlab vooraf is gegaan. Tegenover de door Freelancefactoring bepleite gehoudenheid op grond van de maatschappelijke betamelijkheid en de redelijkheid en billijkheid van een debiteur om door hem te betalen facturen, alvorens die te betalen, gedetailleerd op hun juistheid te controleren, staat onmiskenbaar de verplichting van de crediteur om geen onjuiste, dubbele of zelfs driedubbele facturen de versturen. Een debiteur mag er redelijkerwijs en een sporadische fout of omissie daargelaten, op vertrouwen dat door zijn crediteur uitgeschreven facturen correct zijn. De verregaande onzorgvuldigheid van Printlab door in zeer grote mate orders meer dan een keer te factureren (zonder welke onzorgvuldigheid helemaal geen sprake van enige onverschuldigde betaling was geweest), staat eraan in de weg dat enige mate van onzorgvuldigheid aan de zijde van Helloprint door die facturen niet eerst te controleren (voor zover die al aangenomen zou kunnen worden) aan Helloprint kan worden tegengeworpen. De vergelijking met de figuur van schuldeisersverzuim dringt zich op. Deze door Printlab aan de dag gelegde onzorgvuldigheid bij het factureren, kan door Helloprint op de voet van artikel 6:145 BW zonder meer ook aan Freelancefactoring worden tegengeworpen.
4.17.
Dat Freelancefactoring zelf de facturen van Printlab niet op juistheid kon controleren, zoals zij stelt, maakt dit niet anders. Een dergelijk risico is immers inherent aan het verdienmodel van Freelancefactoring, dat bestaat uit het aankopen van facturen en/of vorderingen van derden, waarvan de juistheid voor Freelancefactoring in beginsel nooit te controleren is en zij maar heeft te vertrouwen op (haar eigen inschatting van) de zorgvuldigheid en betrouwbaarheid van de partij met wie zij een factorovereenkomst sluit. Dat risico neemt Freelancefactoring (naar mag worden aangenomen) bewust en weloverwogen en komt in haar relatie tot Helloprint enkel voor haar rekening. Zo’n risico kan niet op de debiteur worden afgewenteld. Het beroep van Freelancefactoring op artikel 6:2 BW faalt.
4.18.
Ten aanzien van de artikelen 3:35 en 3:36 BW overweegt de rechtbank
het volgende. Een betaling is geen verklaring in de zin van artikel 3:35 BW. Daarnaast is Freelancefactoring door de cessie (in elk geval ten aanzien van de betaling) de wederpartij van Helloprint geworden en daarmee geen derde in de zin van artikel 3:36 BW. Ook de artikelen 3:35 en 3:36 BW bieden Freelancefactoring daarom geen soelaas.
4.19.
Van rechtsverwerking aan de zijde van Helloprint is op grond van het voorgaande geen sprake.
Artikel 6:204 BW
4.20.
Freelancefactoring heeft aangevoerd dat, nu zij de ontvangen betalingen aan Printlab heeft doorbetaald, artikel 6:204 BW aan een terugbetalingsverplichting voor Freelancefactoring in de weg staat. Ook dit verweer, dat wederom een bevrijdend verweer is, faalt.
4.21.
Artikel 6:204 lid 1 BW ziet op de situatie dat de ontvanger niet zorgvuldig heeft zorggedragen voor een goed dat hij heeft ontvangen en dat moet worden teruggegeven; de situatie van artikel 6:203 lid 1 BW dus. Die situatie is hier echter niet aan de orde. Freelancefactoring heeft immers een geldsom ontvangen (de situatie als bedoeld in artikel 6:203 lid 2 BW) en hoeft niet hetzelfde geld terug te geven, maar een gelijk bedrag. Artikel 6:204 lid 1 BW is op dit geval dus niet van toepassing.
4.22.
Artikel 6:204 lid 2 BW beschermt degene die
namens een ander maar onbevoegdeen onverschuldigde betaalde geldsom heeft ontvangen. Als cedent heeft Freelancefactoring echter niet namens een ander de door Helloprint gedane betalingen ontvangen, zodat ook deze bepaling op dit geval niet van toepassing is.
Artikel 6:207 BW
4.23.
Tot slot heeft Freelancefactoring zich ter afwering van enige verplichting tot terugbetaling beroepen op artikel 6:207 BW. Ook dit is een bevrijdend verweer, waarvoor stelplicht en bewijslast op Freelancefactoring rusten. Freelancefactoring heeft daartoe gesteld dat zij, indien zij de betalingen van Helloprint niet zou hebben ontvangen, geen “
vervolgaankopen van facturen” zou hebben gedaan.
4.24.
Voor zover Freelancefactoring heeft beoogd daarmee een beroep te doen op het recht op vergoeding van kosten die zijn gemaakt voor het ontvangen en teruggeven van het onverschuldigd betaalde (artikel 6:207 BW, eerste deel), heeft Freelancefactoring onvoldoende gesteld dat dergelijke kosten zijn gemaakt en waaruit die zouden bestaan. De rechtbank begrijpt het verweer daarom als een beroep op het laatste zinsdeel van artikel 6:207 BW; vergoeding van uitgaven die zouden zijn uitgebleven als het onverschuldigd betaalde niet was ontvangen. Freelancefactoring heeft ter onderbouwing slechts gesteld dat zij, indien “
van de eerste factuur bijvoorbeeld 10% niet[zou]
zijn betaald” gestopt was met “factoren”. Helloprint heeft dit gemotiveerd betwist en gewezen op de door Freelancefactoring in de conclusie van antwoord zelf genoemde klantlimieten die zij hanteert. In het licht van deze betwisting door Helloprint, heeft Freelancefactoring, zeker gezien haar hiervoor onder 4.17 al besproken verdienmodel, onvoldoende gemotiveerd gehandhaafd.
Verrekening
4.25.
Gezien al het voorgaande stelt de rechtbank vast dat Helloprint een bedrag van € 129.092,94 onverschuldigd aan Freelancefactoring heeft betaald, op grond waarvan Helloprint een vordering tot terugbetaling van dit bedrag heeft op Freelancefactoring.
4.26.
Helloprint heeft zich ten aanzien van een bedrag van € 63.662,96 beroepen op verrekening met hetgeen zij zelf nog aan Freelancefactoring verschuldigd is.
4.27.
Freelancefactoring heeft betwist dat Helloprint bevoegd is tot verrekening, omdat de vorderingen niet voortvloeien uit dezelfde rechtsverhouding. Het zijn, aldus Freelancefactoring losse, opeenvolgende opdrachten, die elk steeds een op zichzelf staande rechtsverhouding zijn.
4.28.
Of tussen een vordering en tegenvordering een zodanige samenhang bestaat dat kan worden geconcludeerd dat zij uit dezelfde rechtsverhouding als bedoeld in artikel 6:130 BW voortvloeien, moet worden beantwoord aan de hand van alle omstandigheden van het geval. Daarvoor is voldoende, maar niet vereist, dat de vorderingen uit dezelfde overeenkomst voortvloeien. Zelfs als uitgegaan wordt van het standpunt van Freelancefactoring, dat met elke door Helloprint gegeven opdracht een separate overeenkomst tussen Helloprint en Printlab tot stand is gekomen, hoeft dat daarom niet in de weg te staan aan de conclusie dat wel sprake is van dezelfde rechtsverhouding.
4.29.
Tussen partijen is niet in geschil dat alle orders steeds eenzelfde strekking hadden, namelijk het leveren van print- en/of drukwerk door Printlab aan Helloprint. Ook niet in geschil is dat Helloprint gedurende langere periode een grote hoeveelheid orders aan Printlab heeft verstrekt. Gesteld noch gebleken is dat bij elke nieuwe order over (de) contractsvoorwaarden (zoals bijvoorbeeld de betalingstermijn) apart is onderhandeld. In deze procedure moet er daarom vanuit worden gegaan dat op alle orders dezelfde contractsvoorwaarden van toepassing waren.
4.30.
Op grond van deze omstandigheden is de rechtbank van oordeel dat alle door Helloprint aan Printlab gegeven orders deel uitmaakten van een en dezelfde rechtsverhouding. Dat brengt tevens mee dat tegenvorderingen van Helloprint op Printlab uit hoofde van meer dan een keer gefactureerde orders uit diezelfde rechtsverhouding voortvloeien, zodat Helloprint bevoegd is deze met het door haar nog uit die rechtsverhouding verschuldigde (de nog openstaande, aan Freelancefactoring gecedeerde, facturen van Printlab) te verrekenen.
4.31.
Op grond van al het voorgaande zullen de primaire vorderingen jegens Freelancefactoring op de hierna te formuleren wijze worden toegewezen.
Ten aanzien van Printlab
4.32.
Printlab is, hoewel op behoorlijke wijze gedagvaard, niet verschenen. Tegen haar wordt verstek verleend. Nu Freelancefactoring wel is verschenen, zal conform het bepaalde in artikel 140 lid 3 jo. artikel 140 lid 2 Rv één vonnis worden gewezen, dat ook ten aanzien van Printlab als een vonnis op tegenspraak zal gelden.
4.33.
De vorderingen jegens Printlab komen de rechtbank niet onrechtmatig of ongegrond voor en zullen daarom worden toegewezen als hierna opgenomen.
Ten aanzien van Freelancefactoring en Printlab
Proceskosten
4.34.
Freelancefactoring en Printlab zullen als de in het ongelijk gestelde partijen hoofdelijk in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Helloprint worden begroot op:
- dagvaarding € 87,99
- griffierecht 2.042,00
- salaris advocaat
2.228,00(2,0 punten × tarief € 1.114,00)
Totaal € 4.357,99
4.35.
De vordering jegens Freelancefactoring tot betaling van de beslagkosten zal worden afgewezen. Deze vordering is onvoldoende onderbouwd, omdat Helloprint heeft verzuimd de beslagstukken volledig in het geding te brengen.
4.36.
De gevorderde veroordeling in de nakosten is in het kader van deze procedure slechts toewijsbaar voor zover deze kosten op dit moment reeds kunnen worden begroot. De nakosten zullen dan ook worden toegewezen op de wijze zoals in de beslissing vermeld.
4.37.
Helloprint vordert betaling van de hoofdsom vermeerderd met wettelijke handelsrente. De verplichting tot terugbetaling van het eerder door Helloprint onverschuldigd betaalde vloeit niet voort uit een handelsovereenkomst in de zin van art. 6:119a BW, zodat de gevorderde handelsrente niet toewijsbaar is. In plaats daarvan zal de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW worden toegewezen. De wettelijke rente is over de proceskosten niet gevorderd.
in reconventie
4.38.
Uit het oordeel in conventie vloeit voort dat de vorderingen in reconventie worden afgewezen.
4.39.
Freelancefactoring zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten in reconventie worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Helloprint worden begroot op € 557,00 (1,0 punt × factor 0,5 × tarief € 1.114,00) aan salaris advocaat.
4.40.
De gevorderde veroordeling in de nakosten is in het kader van deze procedure slechts toewijsbaar voor zover deze kosten op dit moment reeds kunnen worden begroot. De nakosten zullen dan ook worden toegewezen op de wijze zoals in de beslissing vermeld.
4.41.
De wettelijke rente over de proceskosten en de nakosten wordt toegewezen, zoals in reconventie verzocht

5..De beslissing

De rechtbank
in conventie
5.1.
verklaart voor recht dat Helloprint een door haar aan Freelancefactoring verschuldigd bedrag van € 63.662,96 rechtsgeldig heeft verrekend met de vordering van € 129.092,94 van Helloprint op Freelancefactoring uit hoofde van onverschuldigde betaling als vastgesteld in r.o. 4.25 van dit vonnis,
5.2.
veroordeelt Freelancefactoring en Printlab hoofdelijk, zodat indien en voor zover de één betaalt ook de ander zal zijn bevrijd, om aan Helloprint te betalen een bedrag van € 65.429,98 (vijfenzestig duizendvierhonderdnegenentwintig euro en achtennegentig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW met ingang van de veertiende dag na dagtekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling,
5.3.
veroordeelt Freelancefactoring en Printlab hoofdelijk, zodat indien en voor zover de één betaalt ook de ander zal zijn bevrijd, in de proceskosten, aan de zijde van Helloprint tot op heden begroot op € 4.357,99,
5.4.
veroordeelt Printlab in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 163,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat Printlab niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 85,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van de uitspraak, met dien verstande dat voor zover Freelancefactoring aan de hierna onder 5.6 uit te spreken veroordeling heeft voldaan ook Printlab ter zake de nakosten gekweten is,
in reconventie
5.5.
veroordeelt Freelancefactoring in de proceskosten, aan de zijde van Helloprint tot op heden begroot op € 557,00, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW over dit bedrag met ingang van veertien dagen na dagtekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling,
in conventie en in reconventie
5.6.
veroordeelt Freelancefactoring in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 255,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat Freelancefactoring niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 85,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van de uitspraak, en te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW over de het bedrag van € 92,00 met ingang van veertien dagen na de betekening van dit vonnis tot aan de voldoening, met dien verstande dat voor zover Printlab aan de hiervoor onder 5.4 uitgesproken veroordeling heeft voldaan ook Freelancefactoring ter zake de nakosten gekweten is,
5.7.
verklaart dit vonnis ten aanzien van het onder 5.2, 5.3, 5.4, 5.5 en 5.6 bepaalde uitvoerbaar bij voorraad,
5.8.
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.B. Smits en in het openbaar uitgesproken op 8 december 2021.
[3195/1406]