Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- vrijspraak van het onder 1 impliciet primair ten laste gelegde;
- bewezenverklaring van het onder 1 impliciet subsidiair en 2 ten laste gelegde;
- vrijspraak van het primair ten laste gelegde;
- bewezenverklaring van het subsidiair ten laste gelegde;
4.Waardering van het bewijs
dietoebehoorde
naan [slachtoffer 1] , heeft weggenomen met het oogmerk om zich
diewederrechtelijk toe te eigenen
dieaan politie eenheid Rotterdam toebehoorde
n, heeft beschadigd;
5.Strafbaarheid feiten
1.poging tot doodslag
2.diefstal
1.handelen in strijd met artikel 27, eerste lid, van de Wet wapens en munitie
opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort beschadigen.
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf en maatregel
8.Vorderingen benadeelde partijen/ schadevergoedingsmaatregelen
- kleding ad € 194,-;
- ziekenhuisvergoeding ad € 150,-;
- eigen risico ad € 171,61;
- medicatie, wondverzorging en litteken crème ad € 56,60;
- medische verschotten ad € 89,65;
- verlies van verdienvermogen ad € 648,64;
- reiskosten ad € 267,70;
- parkeerkosten ad € 43,84.
[slachtoffer 1]een schadevergoeding betalen van
€ 12.620,22(€ 2.620,22 materiële schade en € 10.000,- immateriële schade), vermeerderd met de wettelijke rente en kosten als hieronder in de beslissing vermeld.
[benadeelde]geen inhoudelijke beslissing genomen.
[slachtoffer 2]een schadevergoeding betalen van € 506,44 (€ 6,44 materiële schade en € 500,- immateriële schade), vermeerderd met de wettelijke rente en kosten als hieronder in de beslissing vermeld.
Politie Eenheid Rotterdameen schadevergoeding betalen van € 202,22 aan materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente en kosten als hieronder in de beslissing vermeld.
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 30 (dertig) maanden,
ter beschikking wordt gesteld;
van overheidswege wordt verpleegd;
[benadeelde]in de kosten door de verdachte ter verdediging tegen de vordering gemaakt, en begroot deze kosten op nihil;
[slachtoffer 1]niet-ontvankelijk in het resterende deel van de vordering; bepaalt dat dit deel van de vordering slechts kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
[slachtoffer 1]gemaakt, tot op heden aan de zijde van de benadeelde partij begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
[slachtoffer 1]te betalen € 12.620,22 (hoofdsom, zegge: twaalfduizend zeshonderdtwintig euro en tweeëntwintig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 26 juli 2020 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien betaling uit blijft gijzeling kan worden toegepast voor maximaal 98 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
[slachtoffer 2], te betalen een bedrag van
€ 506,44(zegge: vijfhonderd en zes euro en vierenveertig eurocent), bestaande uit € 6,44 aan materiële schade en € 500,- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 6 maart 2020 tot aan de dag der algehele voldoening;
[slachtoffer 2]niet-ontvankelijk in het resterende deel van de vordering; bepaalt dat dit deel van de vordering slechts kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
[slachtoffer 2]gemaakt, tot op heden aan de zijde van de benadeelde partij begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
[slachtoffer 2]te betalen € 506,44 (hoofdsom, zegge: vijfhonderd en zes euro en vierenveertig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 6 maart 2020 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien betaling uitblijft gijzeling kan worden toegepast voor de duur van maximaal 10 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
[slachtoffer 2], tevens geldt als betaling aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij en omgekeerd
€ 202,22 (zegge: tweehonderdentwee euro en tweeëntwintig eurocent ), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 7 september 2018 tot aan de dag der algehele voldoening;
in de zaak met parketnummer 10/196558-20ten laste gelegd dat
Schiedam
Schiedam
Schiedam[slachtoffer 2] heeft mishandeld door met (een tas met daarin in) een kettingslot op het hoofd van die [slachtoffer 2] te slaan,