Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
2..De feiten
van standpunt is dat het bol staan mogelijk te wijten is aan zettingen in de fundering en/of het te zware gewicht van het (door partij 1(rechtbank: [naam eiser])
gekozen aangeleverde) badmeubel. Uit het schadebeeld blijkt echter dat deze aanname niet juist is. De dragende wanden onder de dakopbouw, de wand- en plafondverbindingen en de nieuwe dakopbouw, vertonen namelijk geen scheurvorming of andere schades die aan een verzakking gerelateerd kunnen worden. Er zijn weliswaar scheuren in de aansluiting van de tussenwand van de slaapkamer en het plafond aanwezig, echter dit zijn lichte scheuren die kunnen zijn ontstaan door krimp- en zettingsverschijnselen in de materialen zelf. Bovendien zouden zettingen van de algehele woning niet kunnen verklaren dat elke wandplaat een eigen bolling vertoont.
3..Het geschil
4..De beoordeling
5..De beslissing
14 april 2021voor het nemen van een akte door beide partijen over hetgeen is vermeld onder 4.14;