ECLI:NL:RBROT:2021:3061

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
12 februari 2021
Publicatiedatum
8 april 2021
Zaaknummer
10/960104-20
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor het vervoeren en in bezit hebben van 104 kilo cocaïne met verborgen ruimte in voertuig

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 12 februari 2021 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die op 7 augustus 2020 werd aangehouden met 104 kilo cocaïne in een verborgen ruimte van een bestelwagen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte, die zonder vaste woon- of verblijfplaats in Nederland was, het voertuig gebruikte voor verhuizingen en daarmee bekend was met de inrichting en uitrusting van het voertuig. De verborgen ruimte was speciaal geconstrueerd en niet origineel onderdeel van het voertuig, wat duidt op de intentie om verboden goederen te vervoeren. De rechtbank heeft de verklaring van de verdachte dat zijn vingerafdruk op de werkhandschoenen per ongeluk in de verborgen ruimte terecht was gekomen, als onaannemelijk afgewezen. De rechtbank concludeerde dat de verdachte zowel wetenschap als beschikkingsmacht had over de verdovende middelen. De verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 36 maanden en de in beslag genomen goederen, waaronder de Mercedes Benz Citan en de verdovende middelen, zijn onttrokken aan het verkeer. De rechtbank heeft daarbij de ernst van het feit en de impact op de volksgezondheid in overweging genomen.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 2
Parketnummer: 10/960104-20
Datum uitspraak: 12 februari 2021
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[naam verdachte] ,geboren te [geboorteplaats verdachte] ( [geboorteland verdachte] ) op [geboortedatum verdachte] ,
zonder vaste woon- of verblijfplaats in Nederland,
gemachtigd raadsman mr. A. Jhingoer, advocaat te Rotterdam.

1..Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzittingen van 18 november 2020 en 29 januari 2021.

2..Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3..Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. B. van Unnik heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 54 maanden met aftrek van voorarrest.

4..Waardering van het bewijs

4.1.
Bewijswaardering
4.1.1.
Vaststaande feiten
Op 7 augustus 2020 te 11:29 uur is een ANPR hit binnengekomen op de rijksweg A2 links ter hoogte van Vianen met betrekking tot een witte Mercedes-Benz Citan voorzien van kenteken [kentekennummer] . Dit kenteken staat op naam van verhuurbedrijf [naam autoverhuurbedrijf] , een bedrijf op naam waarvan al eerder een voertuig met een verborgen ruimte is aangetroffen. Bij het natrekken van het kenteken in de RDW blijkt voorts dat de APK van dit voertuig is verlopen.
Verbalisanten houden hierop het voertuig staande en treffen daarin [naam verdachte] als bestuurder aan. [naam verdachte] verklaart aan de verbalisanten dat hij het voertuig heeft geleend en net klaar is met verhuizen, maar wil niet zeggen waar hij vandaan komt. In de middenconsole van de auto wordt een encrypted telefoon aangetroffen. Deze blijkt later van [naam verdachte] te zijn.
Bovengenoemde omstandigheden geven de verbalisanten aanleiding om op grond van artikel 9 van de Opiumwet het voertuig nader te doorzoeken. De verbalisanten treffen vervolgens een verborgen ruimte aan met daarin 104 pakketten omwikkeld met bruin tape. Uit onderzoek door het NFI van 70 van de 104 pakketten blijkt dat deze zijn gevuld met cocaïne. Tevens worden bij nader onderzoek in de verborgen ruimte van het voertuig op de pakketten verdovende middelen twee paar ongebruikte werkhandschoenen aangetroffen, nog gehecht aan het kartonnen ophanglabel. De rechtbank neemt waar op foto 16 (opgenomen in fotobijlage bij het proces-verbaal [nummer proces-verbaal] ) dat deze handschoenen op de pakketten verdovende middelen liggen. Op het label van een van die paren is een vingerafdruk van verdachte [naam verdachte] aangetroffen.
4.1.2.
Standpunt verdediging
De verdediging heeft bepleit dat de verdachte moet worden vrijgesproken en heeft daartoe het volgende aangevoerd. De verdachte heeft verklaard dat zijn vingerafdruk op de verpakking van de werkhandschoenen moet zijn beland, omdat hij vaker helpt met verhuizen en daarvoor zulke werkhandschoenen gebruikt. De handschoenen hebben misschien al in de auto gelegen en moeten dan per ongeluk door een kier in de verborgen ruimte van de auto terecht zijn gekomen of daar misschien per ongeluk ingevallen zijn toen anderen dan de verdachte die ruimte hadden geopend.
Dat de handschoenen in de verborgen ruimte zijn aangetroffen betekent dus niet dat de verdachte ook af wist van de verborgen ruimte en wetenschap had van en beschikkingsmacht had over de verdovende middelen.
4.1.3.
Beoordeling
Om de verdachte strafrechtelijk verantwoordelijk te kunnen houden voor de aanwezigheid van de verdovende middelen in het voertuig, is vereist dat hij daarvan wetenschap heeft gehad en dat hij ook beschikkingsmacht daarover heeft gehad. De rechtbank overweegt het volgende.
[naam verdachte] verklaart het voertuig te gebruiken voor verhuizingen. Als gebruiker en bestuurder van het voertuig wordt hij geacht bekend te zijn met de aard, inrichting en uitrusting van zijn voertuig en ook met hetgeen zich in zijn voertuig bevindt. Dat op dit uitgangspunt voor het bestaan van de verborgen ruimte geen uitzondering moet worden gemaakt blijkt niet alleen uit het feit dat zich naast de bijrijdersstoel een bedieningspaneel bevindt, waarmee dat type voertuig fabrieksmatig niet wordt uitgerust, maar ook omdat zijn vingerafdruk is aangetroffen op de verpakking van een van de twee paar werkhandschoenen, die in die verborgen ruimte op de verpakkingen verdovende middelen lagen.
De rechtbank leidt hieruit af dat de verdachte niet alleen wist van die verborgen ruimte, maar dat hij deze ruimte ook daadwerkelijk heeft gebruikt om daarin de verdovende middelen te bewaren.
Daarbij passeert de rechtbank het verweer dat de handschoenen per ongeluk in de verborgen ruimte zouden zijn gevallen. Deze kans acht de rechtbank namelijk dermate klein dat zij die verklaring volstrekt onaannemelijk acht. Immers de verborgen ruimte was op het moment van de staande houding afgesloten en van een kier in de laadvloer, groot genoeg om een paar handschoenen naar binnen te laten vallen, is de rechtbank op basis van het dossier niet kunnen blijken. Evenmin is aannemelijk dat de handschoenen, die dan al op de laadvloer zouden hebben moeten liggen, per ongeluk bij het openen van de laadvloer door een ander dan de verdachte daarin zouden zijn gevallen. In dat geval zouden deze hooguit in een lege ruimte zijn gevallen en dus onder de pakketten en niet - zoals uit foto 16 blijkt - bovenop de 104 pakketten met verdovende middelen.
Dat de verdachte ook op de hoogte is geweest van het feit dat verdovende middelen betrof valt af te leiden uit het uiterlijk van pakketten, rechthoekige blokken die stuk voor stuk op de voor verdovende middelen gebruikelijke wijze waren getaped.
Verder neemt de rechtbank daarbij in overweging dat het hoogst onaannemelijk is dat een willekeurige derde het risico zou nemen om zomaar en buiten diens medeweten om aan de verdachte [naam verdachte] zo’n grote hoeveelheid verdovende middelen (met een handelswaarde die de rechtbank op grond van algemene ervaringsregels schat op tenminste 2,5 milioen euro) mee te geven. Gecombineerd met het feit dat de telefoon die onder verdachte [naam verdachte] is aangetroffen encrypted blijkt te zijn en algemeen bekend is dat dergelijke telefoons vaak worden aangetroffen bij verdachten van Opiumwetdelicten, brengt dit alles de rechtbank tot de conclusie dat de verdachte zowel de wetenschap van als de beschikkingsmacht over de verdovende middelen in de verborgen ruimte heeft gehad.
4.1.4.
Conclusie
Het ten laste gelegde feit is wettig en overtuigend bewezen.
4.2.
Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank de inhoud van wettige bewijsmiddelen opgenomen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Op grond daarvan, en op grond van de redengevende inhoud van het voorgaande, is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
hij,
op 7 augustus 2020 te Abcoude (gemeente De Ronde Venen),
opzettelijk heeft vervoerd en aanwezig heeft gehad, ongeveer 104 kilogram
cocaïne (bruto gewicht), zijnde cocaïne een middel als bedoeld in de bij de
Opiumwet behorende lijst 1
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet daarvan ook worden vrijgesproken.

5..Strafbaarheid feit

Het bewezen feit levert op:
Eendaadse samenloop van opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2 onder B en C van de Opiumwet gegeven verbod.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten. Het feit is dus strafbaar.

6..Strafbaarheid verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.

7..Motivering straf

7.1.
Algemene overweging
De straf die aan de verdachte wordt opgelegd, is gegrond op de ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit is begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
7.2.
Feiten waarop de straf is gebaseerd
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het vervoeren en het in bezit hebben van 104 kilo cocaïne, een aanzienlijke en bij (groot)handel passende hoeveelheid verdovende middelen. Hij heeft hiermee een wezenlijke bijdrage geleverd aan de instandhouding van het criminele drugscircuit. Door de verspreiding en het gebruik van de verdovende middelen wordt de volksgezondheid ernstig bedreigd. Feiten als deze brengen bovendien onrust voor de samenleving met zich mee en zijn maatschappelijk gezien onaanvaardbaar. Ten slotte leidt handel in en gebruik van drugs veelal, direct en indirect, tot vele andere vormen van criminaliteit, waaronder ernstige geweldscriminaliteit.
7.3.
Persoonlijke omstandigheden van de verdachte
7.3.1.
Strafblad
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van 7 januari 2021, waaruit blijkt dat de verdachte niet eerder is veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten.
7.4.
Conclusies van de rechtbank
Gelet op hetgeen de rechtbank hierboven heeft overwogen, komt zij tot de volgende conclusies.
Gezien de ernst van het feit kan niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een gevangenisstraf. Bij de bepaling van de duur van de gevangenisstraf heeft de rechtbank acht geslagen op straffen die in soortgelijke zaken plegen te worden opgelegd. Een onvoorwaardelijk gevangenisstraf gelijk aan de reeds ondergane voorlopige hechtenis en daarnaast een taakstraf, zoals door de verdediging is bepleit, doet evenmin recht aan de ernst van het feit.
Alles afwegend acht de rechtbank de hierna te noemen straffen, waaronder de hieronder besproken verbeurdverklaringen, passend en geboden.

8..In beslag genomen voorwerpen

8.1.
Standpunt officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd de in beslag genomen werkhandschoenen verbeurd te verklaren. Deze zijn gebruikt om het strafbare feit te plegen.
De Mercedes Benz Citan met kenteken [kentekennummer] en de telefoon moeten worden onttrokken aan het verkeer.
De encrypted telefoon wordt namelijk gebruikt voor criminele doeleinden en het ongecontroleerde bezit daarvan is gelet op artikel 36c Wetboek van Strafrecht in strijd met het algemeen belang. De Mercedes Citan heeft een verborgen ruimte. Dergelijke voertuigen worden gebruikt om illegale goederen aan het zicht te onttrekken en onzichtbaar te vervoeren. Ook hier geldt dat het ongecontroleerde bezit van zulke voertuigen in strijd is met de wet en het algemeen belang en derhalve moet het voertuig ook onttrokken worden aan het verkeer.
8.2.
Standpunt verdediging
Ten aanzien van de telefoon is niet uit het onderzoek gebleken dat deze daadwerkelijk is gebruikt voor criminele doeleinden. Het enkele aanwezig hebben van een encrypted telefoon is niet strafbaar en de telefoon moet daarom worden teruggegeven aan de verdachte.
8.3.
Beoordeling
Vooropgesteld wordt dat het in bezit hebben van een encrypted telefoon op zich nog niet meebrengt dat het ongecontroleerde bezit daarvan strijdig is met de wet of het openbaar belang. Immers, dergelijke telefoons worden ook door andere beroepsgroepen zoals journalisten gebruikt. De vordering tot ontrekking aan het verkeer wordt dan ook afgewezen.
Het feit dat de verdachte echter is aangetroffen met een aanzienlijke hoeveelheid harddrugs en communicatie met betrekking tot dergelijke hoeveelheden harddrugs doorgaans niet via een gewone telefoon, maar door middel van telefoons met encryptie plaatsvindt, brengt de rechtbank tot de conclusie dat het bewezen verklaarde feit met behulp van deze telefoon is gepleegd. Dat laatste geldt ook voor de aangetroffen werkhandschoenen. Deze werden volgens de verdachte bij zijn “verhuisactiviteiten” gebruikt. Daarom worden de in beslag genomen telefoon en de werkhandschoenen verbeurd verklaard.
De in beslag genomen Mercedes Benz Citan en de verdovende middelen worden onttrokken aan het verkeer. Vatbaar voor onttrekking aan het verkeer zijn onder meer goederen die ter gelegenheid van een onderzoek naar strafbare feiten in beslag zijn genomen, waarmee het feit is gepleegd en waarvan het ongecontroleerde bezit in strijd is met de wet of het algemeen belang.
Het ongecontroleerde bezit van de aangetroffen verdovende middelen is in strijd met de wet.
De verdovende middelen werden aangetroffen in een zogenaamde “verborgen ruimte” in dat voertuig, te weten een speciaal geconstrueerde bergplaats, die origineel niet thuishoort in een voertuig van dit merk en type en die (de naam impliceert het al) enkel tot doel kan hebben voorwerpen aan het oog van controlerende of met de opsporing van strafbare feiten belaste instanties te onttrekken. Bij teruggave van dit voertuig zou deze (opnieuw) kunnen worden gebruikt voor het vervoer van verboden goederen, en de belemmering van de opsporing daarvan. Dat maakt dat het ongecontroleerd bezit van een voertuig met een “verborgen ruimte” in ieder geval in strijd is met het algemeen belang.
De rechtsbank zal daarom bepalen dat de Mercedes Benz Citan en de aangetroffen verdovende middelen worden onttrokken aan het verkeer.
8.4.
Conclusie
De in beslag genomen telefoon en werkhandschoenen worden verbeurd verklaard. De Mercedes Citan en de verdovende middelen worden onttrokken aan het verkeer.

9..Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op de artikelen 33, 33a, 36b, 36c en 55 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 2 en 10 van de Opiumwet.

10..Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

11..Beslissing

De rechtbank:
verklaart bewezen, dat de verdachte het ten laste gelegde feit, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan ook vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert het hiervoor vermelde strafbare feit;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstraf voor de duur van 36 (zesendertig) maanden;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover deze tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht;
beslist ten aanzien van de voorwerpen, geplaatst op de lijst van inbeslaggenomen en nog niet teruggegeven voorwerpen, als volgt:
-
verklaart verbeurdals bijkomende straf voor het feit:
1. STK GSM zaktelefoon K1: zwart, APPLE, [serienummer]
1 STK kleding, [beslagnummer 1] , oranje/grijze werkhandschoenen
-
verklaart onttrokkenaan het verkeer:
104 STK Drugs, [beslagnummer 2] , 104 pakketten
1. STK Bestelauto [kentekennummer] , Mercedes Benz Cito 2017 Ki: wit.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. C.G. van de Grampel, voorzitter,
en mrs. W.H.J. Stemker Köster en F.J.E. van Rossum, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. E.L. den Dekker, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op de datum die in de kop van dit vonnis is vermeld.
De oudste en jongste rechter, alsmede de griffier zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
hij,
op of omstreeks 7 augustus 2020 te Abcoude (gemeente De Ronde Venen) althans
(elders) in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
opzettelijk heeft vervoerd en/of aanwezig heeft gehad, ongeveer 104 kilogram
cocaïne (bruto gewicht), in elk geval een hoeveelheid van een materiaal
bevattende cocaïne, zijnde cocaïne een middel als bedoeld in de bij de
Opiumwet behorende lijst 1, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van
artikel 3a van die wet.