ECLI:NL:RBROT:2021:3387

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
12 maart 2021
Publicatiedatum
16 april 2021
Zaaknummer
8803671 / CV EXPL 20-35283
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van boete en verwijdering van pdf-bestand in verband met onthoudingsverklaring

In deze zaak heeft de kantonrechter te Rotterdam op 12 maart 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen Goodway Benelux B.V. en [gedaagde 1] c.s. Goodway vorderde een boete van € 20.000,00 van [gedaagde 1] wegens vermeende schending van een onthoudingsverklaring die op 13 mei 2019 was getekend. Goodway stelde dat [gedaagde 1] in strijd met deze verklaring het merk GOODWAY had gebruikt op haar LinkedIn-pagina en in Google-zoekresultaten. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er geen sprake was van een overtreding van de onthoudingsverklaring, omdat de naam GOODWAY niet op de LinkedIn-pagina van [gedaagde 1] werd gebruikt en de afbeeldingen in Google niet als een schending konden worden aangemerkt. Daarnaast was er een pdf-bestand met het leveringsprogramma van Goodway dat via Google te vinden was, maar dit bestand was verouderd en niet meer zichtbaar op de website van [gedaagde 1]. De kantonrechter oordeelde dat het eisen van een boete in deze omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar was. De vordering van Goodway werd afgewezen, en de proceskosten werden gecompenseerd, zodat iedere partij haar eigen kosten droeg.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

zaaknummer: 8803671 / CV EXPL 20-35283
uitspraak: 12 maart 2021
vonnis van de kantonrechter, zitting houdende te Rotterdam,
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Goodway Benelux B.V.,
gevestigd te Werkendam,
eiseres,
gemachtigde: mr. A.H.F. Kluwen, te Dordrecht,
tegen

1..de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[gedaagde 1] ,
gevestigd te [vestigingsplaats gedaagde 1] ,
2. [gedaagde 2] ,en
3. [gedaagde 3],
beiden wonende te [woonplaats] ,
gedaagden,
gemachtigde: mr. M.H.L. Weststrate, te Vlaardingen.
Partijen worden hierna aangeduid als ‘Goodway’ respectievelijk ‘ [gedaagde 1] ’, ‘ [gedaagde 2] ’ en ‘ [gedaagde 3] ’. Partijen gezamenlijk zullen worden aangeduid als ‘ [gedaagde 1] c.s.’.

1..Het verloop van de procedure

1.1.
Het verloop van de procedure volgt uit de volgende processtukken, waarvan de kantonrechter kennis heeft genomen:
  • het exploot van dagvaarding van 23 september 2020, met producties;
  • de akte tot eiswijziging (vermindering van eis) van Goodway;
  • de conclusie van antwoord, met producties;
  • het tussenvonnis van 16 december 2020, waarin de kantonrechter een mondelinge behandeling heeft bepaald;
  • de brief van 2 februari 2021, met de ten behoeve van de mondelinge behandeling toegezonden aanvullende producties van Goodway;
  • de akte tot eiswijziging (vermeerdering van eis) van Goodway;
  • de brief van 9 februari 2021, met de ten behoeve van de mondelinge behandeling toegezonden aanvullende producties van [gedaagde 1] c.s.;
  • de brief van 22 februari 2021 van Goodway
1.2.
De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 15 februari 2021. Namens Goodway zijn dhr [naam persoon 1] en dhr. [naam persoon 2] verschenen, bijgestaan door mr. A.H.F. Kluwen als gemachtigde. Namens [gedaagde 1] c.s. zijn dhr. [gedaagde 2] en dhr. [gedaagde 3] verschenen, bijgestaan door mr. M.H.L. Weststrate als gemachtigde.
1.3.
Beide partijen hebben hun standpunten nader toegelicht, waarbij beide gemachtigden gebruik hebben gemaakt van pleitaantekeningen. Deze pleitaantekening zijn aan het procesdossier toegevoegd. Van hetgeen (verder) ter zitting is besproken heeft de griffier aantekeningen gemaakt.
1.4.
De kantonrechter heeft de uitspraak van dit vonnis bepaald op heden.

2..De vaststaande feiten

Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend, dan wel niet of onvoldoende gemotiveerd weersproken, staat tussen partijen, voor zover van belang, het volgende vast.
2.1.
Goodway is leverancier van reinigingsproducten onder de merknaam GOODWAY voor Nederland.
2.2.
[gedaagde 1] (en destijds [naam bedrijf] ) verkoopt eveneens reinigingsproducten.
2.3.
[gedaagde 1] heeft in het verleden gebruik gemaakt van het merknaam GOODWAY en het teken GOOD WAY in reclame uitingen.
2.4.
[gedaagde 1] en [naam bedrijf] hebben op 13 mei 2019 respectievelijk 14 mei 2019 een onthoudingsverklaring getekend. De onthoudingsverklaring luidt als volgt:
2.5.
In mei 2019 heeft Goodway ingevolge de onthoudingsverklaring aanspraak gemaakt op een boete van in totaal € 20.000,00, omdat [gedaagde 1] en [naam bedrijf] volgens Goodway in strijd met de onthoudingsverklaring gebruik hebben gemaakt van het merk GOODWAY c.q. het teken GOOD WAY op de facebookpagina van [gedaagde 1] en de LinkedIn pagina van [naam bedrijf] Bij exploot van 25 juni 2019 heeft Goodway ter verkrijging van voornoemd bedrag [gedaagde 1] en [naam bedrijf] gedagvaard.
2.6.
Bij vonnis van 6 maart 2020 onder zaaknummer 8172609 / CV EXPL 19-49944 van de kantonrechter te Rotterdam is de vordering jegens [gedaagde 1] afgewezen en is [naam bedrijf] veroordeeld tot betaling aan Goodway van een bedrag van € 10.875,00, te vermeerderen met de wettelijke rente over € 10.000,00 en de proceskosten.
2.7.
Onder meer omdat volledige betaling van [naam bedrijf] na betekening van voornoemd vonnis uitbleef, is Goodway de onderhavige procedure gestart. Na het uitbrengen van de dagvaarding is [naam bedrijf] alsnog overgegaan tot volledige betaling van het thans ingevolge het vonnis van 6 maart 2020 verschuldigde bedrag.

3..De vordering

3.1.
Goodway heeft – na wijziging van eis – gevorderd bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
I. [gedaagde 1] te veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan Goodway te betalen: een bedrag van € 20.000,00, althans een door de kantonrechter in goede justitie te bepalen (boete) bedrag, nog te vermeerderen met de wettelijke rente over een bedrag van € 10.000,00 vanaf 2 september 2020 en over een bedrag van € 10.000,00 vanaf de dag van indiening van de akte van eiswijziging, tot aan de dag der algehele voldoening;
II. [gedaagde 1] te veroordelen om binnen 5 dagen na betekening van dit vonnis het pdf-bestand houdende het complete leveringsprogramma c.q. de producten van Goodway, althans de link naar dit bestand, welk bestand Goodway als productie 27 in deze procedure heeft overgelegd, te (laten) verwijderen van haar website c.q. uit de zoekresultaten van Google, zulks op straffe van een dwangsom van € 5.000,00 per dag, althans een door de kantonrechter te bepalen dwangsom, dat [gedaagde 1] hiermee in gebreke blijft;
III. [gedaagde 1] te veroordelen om aan Goodway te betalen een bedrag van € 875,00 aan buitengerechtelijke kosten, althans een door de kantonrechter in goede justitie te bepalen bedrag aan buitengerechtelijke incassokosten;
IV. [gedaagde 1] te veroordelen in de kosten van de onderhavige procedure.
Bij akte heeft Goodway de vorderingen jegens [gedaagde 2] en [gedaagde 3] . geheel en jegens [gedaagde 1] gedeeltelijk ingetrokken.
3.2.
Aan haar vordering heeft Goodway – zakelijk weergegeven en voor zover thans van belang – het volgende ten grondslag gelegd.
3.2.1.
Op de LinkedIn-pagina van [gedaagde 1] , althans de verwijzing naar deze pagina, stond eind augustus 2020 dat [gedaagde 1] dealer is van GOODWAY Tube Cleaning Tools. Ook heeft Goodway op Google een tweetal afbeeldingen van [gedaagde 1] gevonden waarop het merk GOODWAY wordt gebruikt. Door het merk GOODWAY c.q. het teken GOOD WAY te blijven gebruiken, is in strijd gehandeld met artikel 1 van de onthoudingsverklaring. Hierdoor heeft [gedaagde 1] een boete van € 10.000,00 verbeurd. Voorts kan via Google een link worden gevonden die verwijst naar een pdf-bestand dat afkomstig is van de website van [gedaagde 1] , welk pdf-bestand het complete leveringsprogramma en alle producten van Goodway omvat. Dit is eveneens in strijd met de onthoudingsverklaring, waardoor [gedaagde 1] nogmaals een boete van € 10.000,00 heeft verbeurd. [gedaagde 1] heeft derhalve in totaal een boete van € 20.000,00 verbeurd.
3.2.2.
Goodway maakt aanspraak op de wettelijke rente ex artikel 6:119 BW, vanaf het moment dat [gedaagde 1] in verzuim zijn geraakt, te weten vanaf 2 september 2020 en 2 februari 2021. Voorts maakt Goodway aanspraak op een vergoeding van de buitengerechtelijke incassokosten. Deze kosten van € 875,00 komen voor rekening van [gedaagde 1] .

4..Het verweer

4.1.
Het verweer strekt tot afwijzing van de vordering, met veroordeling van Goodway in de proceskosten.
Primair heeft [gedaagde 1] zich op het standpunt gesteld dat geen sprake is van een (nieuwe) schending van de onthoudingsverklaring. [gedaagde 1] heeft ten tijde van het tekenen van de onthoudingsverklaring alle haar bekende uitingen die met de onthoudingsverklaring in strijd zouden kunnen zijn verwijderd. [gedaagde 1] betwist dat zij de naam Goodway op haar LinkedIn pagina gebruikte eind augustus 2020. De link waarnaar Goodway heeft verwezen is verouderd en stond nog op een server opgeslagen. De afbeeldingen in Google zijn op 28 juni 2019 al aangepast, maar is nog ergens in de cache van Google of op de computer van (de raadsman van) Goodway blijven hangen. Ook het pdf-bestand is een oud bestand dat nog in de root directory van de website van [gedaagde 1] stond. Bij een bezoek aan de site zelf is dat pdf-bestand niet zichtbaar. [gedaagde 1] betwist dan ook dat in strijd gehandeld is met de onthoudingsverklaring.
Subsidiair heeft [gedaagde 1] betwist dat de verwijzing naar de LinkedIn-pagina van [gedaagde 1] dateert uit een periode na het ondertekenen van de onthoudingsverklaring en dat de afbeelding afkomstig is van de website van [gedaagde 1] Tube Cleaning Tools.
Meer subsidiair heeft [gedaagde 1] een beroep gedaan op de redelijkheid en billijkheid.

5..De beoordeling

5.1.
Vast staat dat [gedaagde 1] de onthoudingsverklaring heeft getekend op 13 mei 2019. In de onthoudingsverklaring is – kort samengevat – geregeld dat [gedaagde 1] met onmiddellijke ingang iedere inbreuk op het merk GOODWAY dient te staken en gestaakt dient te houden. Bij overtreding hiervan is een direct opeisbare boete van € 10.000,00 aan Goodway verschuldigd.
5.2.
Beoordeelt dient thans te worden of sprake is van een of meerdere overtredingen van de onthoudingsverklaring door [gedaagde 1] als gevolg waarvan zij per overtreding een boete van € 10.000,00 aan Goodway verschuldigd is.
5.3.
Vooropgesteld wordt dat de vraag of de registratie van het merk Goodway binnen de Europese Unie inmiddels is beëindigd, zoals [gedaagde 1] ter zitting heeft aangevoerd, in het midden kan blijven. Immers zijn partijen middels de onthoudingsverklaring overeengekomen dat bij iedere inbreuk op het merk GOODWAY, waaronder het gebruik van de naam GOODWAY en/of de woorden GOOD en WAY, sprake is van een overtreding van de onthoudingsverklaring. Of het merk Goodway binnen de Europese Unie al dan niet is geregistreerd, doet aan het voorgaande niets af, omdat ook bij het gebruik van de naam GOODWAY al sprake is van een schending van de onthoudingsverklaring.
LinkedIn-pagina/verwijzing naar LinkedIn-pagina en afbeeldingen in Google zoekmachine
5.4.
Goodway heeft ter onderbouwing van haar stelling dat [gedaagde 1] de naam GOODWAY gebruikt op haar LinkedIn-pagina c.q. in de verwijzing naar die pagina een screenshot en een video-opname in het geding gebracht. Hierop is te zien dat in de zoekresultaten van Google bij de verwijzing naar de LinkedIn-pagina van [gedaagde 1] de naam Goodway staat vermeld. Niet gebleken is echter dat de naam Goodway ook op de LinkedIn-pagina van [gedaagde 1] gebruikt wordt. Datzelfde geldt voor de afbeeldingen in de zoekmachine van Google. [gedaagde 1] heeft gemotiveerd betoogd dat de verwijzing naar de LinkedIn-pagina verouderd is en alleen nog te vinden is in de ‘cache’ van Google.
5.5.
De kantonrechter is van oordeel dat het bovenstaande geen overtreding van de onthoudingsverklaring oplevert. Het enkele feit dat de naam Goodway nog te zien is in de verwijzing bij de link naar de LinkedIn-pagina van [gedaagde 1] en in afbeeldingen in zoekresultaten van Google terwijl vast is komen te staan dat zowel de link als de afbeeldingen niet leiden tot een landingspagina waarop de naam Goodway wordt gebruikt, betekent niet dat kan worden gezegd dat [gedaagde 1] nog gebruik maakt, zoals bedoeld in de onthoudingsverklaring, van de naam Goodway.
5.6.
Het voorgaande leidt tot de conclusie dat [gedaagde 1] terzake geen boete van € 10.000,00 aan Goodway is verschuldigd en dat gedeelte van de vordering zal worden afgewezen.
Pdf-bestand
5.7.
Niet in geschil is dat het pdf-bestand, met daarop het leveringsprogramma en de producten van Goodway, via Google gevonden kan worden. Weliswaar is het pdf-bestand oorspronkelijk afkomstig van de website van [gedaagde 1] , maar op de website van [gedaagde 1] wordt thans niet meer verwezen naar het pdf-bestand. Het betreft dus een oud bestand. Uit hetgeen partijen over en weer hebben verklaard en met stukken hebben onderbouwd, blijkt dat het pdf-bestand te vinden is als een specifieke zoekterm wordt gebruikt. Voorts gaat het om een specifieke URL, waardoor niet te verwachten is dat klanten van Goodway danwel [gedaagde 1] ‘zomaar’ in het pdf-bestand terecht zullen komen. [gedaagde 1] heeft onweersproken gesteld dat zij vergeten was het pdf-bestand te verwijderen en dat zij ook niet meer wist dat het pdf-bestand (op die manier) nog te bereiken was.
5.8.
Onder voornoemde omstandigheden acht de kantonrechter het direct opeisen van de boete wegens het verschijnen van een verouderd pdf-bestand waarin de naam Goodway wordt gebruikt naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar. Daarbij wil de kantonrechter tevens aannemen dat [gedaagde 1] zich zal houden aan de door haar ter zitting gedane toezegging om het pdf-bestand alsnog te verwijderen. De vordering terzake zal dan ook worden afgewezen.
5.9.
Voorts heeft Goodway gevorderd [gedaagde 1] op straffe van een dwangsom te veroordelen het pdf-bestand, althans de link naar dit bestand, te (laten) verwijderen van haar website c.q. de zoekresultaten van Google. Nu vast is komen te staan dat het pdf-bestand c.q. de link naar het bestand niet op de website van [gedaagde 1] staat vermeld, kan zij ook niet veroordeeld worden voornoemde te verwijderen. Tevens is de kantonrechter van oordeel dat, mede gelet op hetgeen onder 5.5. is overwogen, het enkele feit dat de naam Goodway nog voorkomt in specifieke zoekresultaten van Google niet valt onder een schending van de onthoudingsverklaring. Voor het veroordelen van [gedaagde 1] tot verwijdering van het pdf-bestand uit de zoekresultaten van Google is dan ook geen grond. Dit betekent dat de vordering terzake eveneens zal worden afgewezen.
Rente en buitengerechtelijke incassokosten
5.10.
Nu [gedaagde 1] niets aan Goodway verschuldigd is, is zij ook geen rente en vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten verschuldigd. De vorderingen terzake zullen dan ook worden afgewezen.
Proceskosten
5.11.
Onder genoemde omstandigheden, waaronder de omstandigheid dat Goodway de procedure in eerste instantie op goede gronden is gestart, ziet de kantonrechter aanleiding om de proceskosten te compenseren, in die zin dat ieder de eigen proceskosten draagt.

6..De beslissing

De kantonrechter:
wijst de vordering af;
compenseert de proceskosten in die zin dat ieder der partijen de eigen proceskosten draagt.
Dit vonnis is gewezen door mr. D.L. Spierings en uitgesproken ter openbare terechtzitting.
37555