ECLI:NL:RBROT:2021:4486

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
4 mei 2021
Publicatiedatum
25 mei 2021
Zaaknummer
C/10/612595 / JE RK 21-269
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ambtshalve benoeming van een bijzondere curator in een zorgwekkende situatie van een minderjarige

In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam op 4 mei 2021 een beschikking gegeven met betrekking tot de ambtshalve benoeming van een bijzondere curator voor de minderjarige [voornaam minderjarige]. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de moeder van de minderjarige, die in Brazilië verblijft, het ouderlijk gezag uitoefent, maar dat er onduidelijkheid bestaat over de situatie van de minderjarige. De moeder heeft geen overleg gehad met de gecertificeerde instelling (GI) en er zijn zorgen over de huidige situatie van de minderjarige, die nog nooit in Brazilië is geweest en graag terug naar Nederland wil. De GI heeft een zorgmelding gedaan bij de centrale autoriteiten in Brazilië, maar er is geen zicht op de situatie van de minderjarige. De kinderrechter heeft geconcludeerd dat de belangen van de moeder in strijd zijn met die van de vader en de minderjarige, en heeft daarom besloten een bijzondere curator te benoemen. Mr. R.A.A.H. van Leur is benoemd tot bijzondere curator, met de taak om de minderjarige te vertegenwoordigen en te zorgen voor zijn belangen. De benoeming geldt van 7 mei 2021 tot 31 juli 2021. De beschikking is openbaar uitgesproken op 10 mei 2021, en er is een mogelijkheid tot hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK ROTTERDAM

Team Jeugd
zaakgegevens: C/10/612595 / JE RK 21-269
datum uitspraak: 4 mei 2021

beschikking ambtshalve benoeming bijzondere curator

in de zaak van

de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond,

hierna te noemen de GI, gevestigd te Rotterdam,
betreffende

[naam minderjarige] ,

geboren op [geboortedatum minderjarige] 2010 te [geboorteplaats minderjarige] , hierna te noemen [voornaam minderjarige] .
De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:

[naam moeder] ,

hierna te noemen de moeder, wonende te [woonplaats] ,

[naam vader] ,

hierna te noemen de vader, wonende te [woonplaats] .

Het procesverloop

Het procesverloop blijkt uit de volgende stukken:
- de beschikking van de kinderrechter in deze rechtbank van 17 maart 2021 en de daaraan ten grondslag liggende stukken;
- de briefrapportage van de GI van 20 april 2021, ingekomen bij de griffie op 23 april 2021;
- het e-mailbericht van de GI van 29 april 2021, ingekomen bij de griffie op diezelfde datum.
Op 4 mei 2021 heeft de kinderrechter de zaak ter zitting met gesloten deuren behandeld.
Gehoord zijn:
- de vader,
- een vertegenwoordiger van de GI, mevrouw [naam vertegenwoordiger] .
De kinderrechter heeft bijzondere toegang tot de zitting verleend aan mevrouw [naam vertrouwenspersoon] als vertrouwenspersoon voor de vader.
Aangezien de vader de Nederlandse taal niet of onvoldoende machtig is, maar wel de Portugese taal, heeft de kinderrechter het verhoor doen plaatsvinden met bijstand van mevrouw [naam tolk] , tolk in de taal Portugees.
De tolk heeft, alvorens haar taak aan te vangen, op de bij wet voorgeschreven wijze, de eed afgelegd dat zij haar taak naar haar geweten zal vervullen.

De feiten

Het ouderlijk gezag over [voornaam minderjarige] wordt uitgeoefend door de moeder.
[voornaam minderjarige] verblijft bij de moeder in Brazilië.
Bij beschikking van 17 maart 2021 is de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige] verlengd tot 31 juli 2021.

De beoordeling

Ingevolge artikel 1:250 van het Burgerlijk Wetboek kan de kinderrechter, wanneer in aangelegenheden betreffende de verzorging en opvoeding van de minderjarige, dan wel diens vermogen, de belangen van de met het gezag belaste ouder of één van hen, dan wel de voogd, in strijd zijn met die van de minderjarige, ambtshalve een bijzondere curator benoemen om de minderjarige ter zake zowel in als buiten rechte te vertegenwoordigen indien de rechtbank dit in het belang van de minderjarige noodzakelijk acht, daarbij in het bijzonder de aard van deze belangenstrijd in aanmerking genomen.
Uit de overgelegde stukken en de behandeling ter zitting is gebleken dat de moeder en [voornaam minderjarige] nog steeds in Brazilië verblijven. Vermoedelijk is alleen de moeder met het ouderlijk gezag over [voornaam minderjarige] belast, maar hierover bestaat onduidelijkheid. Hieraan voorafgaand heeft de moeder geen overleg gehad met de GI. De grootmoeder moederszijde, die woonachtig is in Brazilië, heeft een beroerte gehad. Sinds de moeder bij de GI heeft aangegeven dat zij naar Brazilië is gegaan om voor haar ouders te zorgen, is door de GI niets meer van haar vernomen. Op dit moment heeft de GI dan ook geen zicht op zijn situatie en onduidelijk is hoe het met [voornaam minderjarige] gaat. De huidige situatie rondom [voornaam minderjarige] is dan ook zeer zorgelijk. Door de GI is een zorgmelding gedaan bij de centrale autoriteiten in Brazilië. Binnen twee of drie maanden zal hier hoogstwaarschijnlijk een reactie op volgen. Volgens de vader en mevrouw [naam vertrouwenspersoon] is de moeder niet voornemens om terug naar Nederland te komen. Ondanks dat [voornaam minderjarige] nog nooit in Brazilië is geweest en heeft verteld dat hij graag terug naar Nederland wil komen, weigert de moeder hem terug te laten gaan.
Gelet op het voorgaande lijkt het belang van de moeder op essentiële punten in strijd te zijn met die van de vader en [voornaam minderjarige] . De kinderrechter vindt het daarom noodzakelijk dat een bijzondere curator wordt benoemd om [voornaam minderjarige] in en buiten rechte te vertegenwoordigen en al het nodige te doen wat in de huidige situatie in het belang van [voornaam minderjarige] is. Met name is van belang dat duidelijk wordt hoe het met [voornaam minderjarige] in Brazilië gaat, maar ook of en zo ja welke mogelijkheden er zijn voor [voornaam minderjarige] om terug te keren naar Nederland, zijn school en zijn vader.
Mr. R.A.A.H. van Leur heeft zich bereid verklaard de benoeming tot bijzondere curator te aanvaarden.

De beslissing

De kinderrechter:
benoemt tot bijzondere curator teneinde [voornaam minderjarige] te vertegenwoordigen:
mr. R.A.A.H. van Leur, kantoorhoudende aan de Dudokplein 224, 3315 KH Dordrecht:
bepaalt dat deze benoeming geldt met ingang van 7 mei 2021 tot 31 juli 2021.

en alvorens verder te beslissen:

houdt in afwachting van het verslag van de bijzondere curator aan tot
16 juli 2021 PRO FORMA.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.C. Enkelaar, kinderrechter, in tegenwoordigheid van mr. M.J.A. Batenburg als griffier en in het openbaar uitgesproken op 10 mei 2021.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
- door de verzoekers en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend ter griffie van het gerechtshof
Den Haag.