ECLI:NL:RBROT:2021:4697
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot betaling en ontbinding koopovereenkomst in verband met non-conformiteit van een compressorinstallatie
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 21 mei 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen Maconet B.V. en [persoon A] over een compressorinstallatie. Maconet, de eiseres in conventie, vorderde betaling van een factuur van € 1.725,84, vermeerderd met rente en kosten, terwijl [persoon A] in reconventie ontbinding van de koopovereenkomst en schadevergoeding eiste. De feiten van de zaak tonen aan dat [persoon A] in augustus 2017 een complete compressorinstallatie bij Maconet heeft aangeschaft, maar dat deze installatie niet naar behoren functioneerde. Na meerdere reparaties en storingen heeft [persoon A] Maconet in gebreke gesteld en de betaling van de factuur geweigerd, stellende dat de installatie non-conform was en dat hij recht had op kosteloos herstel.
De kantonrechter heeft geoordeeld dat er sprake was van non-conformiteit, omdat de compressorinstallatie niet voldeed aan de verwachtingen die [persoon A] op basis van de koopovereenkomst mocht hebben. De rechter heeft vastgesteld dat Maconet tekort is geschoten in haar verplichtingen en dat [persoon A] niet gehouden was de factuur te betalen. De vordering van Maconet is afgewezen, terwijl in reconventie Maconet is veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 1.940,63 aan [persoon A], vermeerderd met wettelijke rente. Tevens is Maconet in de proceskosten veroordeeld, aangezien zij grotendeels in het ongelijk is gesteld.
De uitspraak benadrukt de verplichtingen van verkopers bij de levering van goederen en de rechten van kopers in geval van non-conformiteit, zoals vastgelegd in het Burgerlijk Wetboek. De rechter heeft ook de substantiëringsplicht van partijen besproken en geconcludeerd dat Maconet niet aan deze verplichting heeft voldaan, maar dat dit geen gevolgen had voor de beoordeling van de vorderingen.