[eiser] vordert bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
I. een verklaring voor recht dat [gedaagde 1] jegens [eiser] onrechtmatig heeft gehandeld;
II. een verklaring voor recht dat [gedaagde 2] jegens [eiser] onrechtmatig heeft gehandeld;
III. een verklaring voor recht dat [gedaagde 3] jegens [eiser] onrechtmatig heeft gehandeld;
IV. [gedaagde 1] te veroordelen om op eigen kosten binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis over te gaan tot rectificatie van de aan het adres van [eiser] geuite beschuldigingen, door middel van het versturen van een brief aan de werkgever van [eiser] (BENU Apotheek [plaats] ) en aan mr. T.C. Cooman. De door [gedaagde 1] ondertekende brief bevat de volgende tekst, zonder verdere toevoegingen of commentaar:
In mijn e-mail van 11 juni 2019 heb ik u aangeschreven over apotheker [eiser] . Aan laatstgenoemde wordt toegang tot medisch dossier ontzegd vanwege het gebrek aan vertrouwen in professionaliteit van apotheker [eiser] .
Bij vonnis van datum (zaak- en rolnummer xxx) heeft de rechtbank Rotterdam, sector Kanton, vastgesteld dat mijn beschuldigingen en uitlatingen niet op feiten zijn gebaseerd. Bij deze verzoek ik u dan ook de door mij jegens apotheker [eiser] geuite beschuldigingen als niet geschreven te beschouwen.
V. [eiser] te veroordelen om op eigen kosten binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis over te gaan tot rectificatie van de aan het adres van [eiser] geuite beschuldigingen, door middel van het versturen van een brief aan de werkgever van [eiser] (BENU Apotheek [plaats] ) en aan mr. T.C. Cooman. De door [gedaagde 1] ondertekende brief bevat de volgende tekst, zonder verdere toevoegingen of commentaar:
In mijn brief van 11 juni 2019 heb ik u aangeschreven over apotheker [eiser] . Ik heb gemeld dat apotheker [eiser] informatie over mij verspreidt aan mensen die ik ken, over welke medicatie en dat ik een uitkering heb. [eiser] is zijn geheimhoudingsplicht niet nagekomen.
Bij vonnis van datum (zaak- en rolnummer xxx) heeft de rechtbank Rotterdam, sector Kanton, vastgesteld dat mijn beschuldigingen en uitlatingen niet op feiten zijn gebaseerd. Bij deze verzoek ik u dan ook de door mij jegens apotheker [eiser] geuite beschuldigingen als niet geschreven te beschouwen.
VI. [gedaagde 3] te veroordelen om op eigen kosten binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis over te gaan tot rectificatie van de aan het adres van [eiser] geuite beschuldigingen, door middel van het versturen van een brief aan de werkgever van [eiser] (BENU Apotheek [plaats] ) als ook aan BENU Apotheek [naam filiaal] en aan mr. T.C. Cooman. De door [gedaagde 1] ondertekende brief bevat de volgende tekst, zonder verdere toevoegingen of commentaar:
In mijn brief van 25 juni 2019 heb ik u aangeschreven over apotheker [eiser] . Een klacht heb ik ingediend tegen apotheker [eiser] in verband met het niet houden aan zijn geheimhoudingsplicht.
Bij vonnis van datum (zaak- en rolnummer xxx) heeft de rechtbank Rotterdam, sector Kanton, vastgesteld dat mijn beschuldigingen en uitlatingen niet op feiten zijn gebaseerd. Bij deze verzoek ik u dan ook de door mij jegens apotheker [eiser] geuite beschuldigingen als niet geschreven te beschouwen.
VII. te bepalen dat ieder der gedaagden afzonderlijk voor iedere dag dat hij nalaat geheel aan de veroordeling tot het sturen van een rectificatie voldoet aan [eiser] een dwangsom verbeurt van € 250,-, met een maximum van € 5.000,-;
VIII. gedaagden, hoofdelijk, te veroordelen om aan [eiser] te voldoen als schadevergoeding een bedrag van € 1.500,- vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf de datum van de onrechtmatige uitlating tot de dag der algehele voldoening;
IX. gedaagden, hoofdelijk, te veroordelen in de kosten van deze procedure als ook in de nakosten.