Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
[naam gedaagde 2],
[naam gedaagde 3],
1..De procedure
- de dagvaarding van 7 mei 2020,
- de akte overlegging producties van VGZ, met producties 1 tot en met 139,
- de conclusie van antwoord, met producties 1 tot en met 47,
- de brief van de rechtbank aan partijen van 21 september 2020, waarbij een mondelinge behandeling is bepaald,
- de conclusie van repliek, met producties 140 tot en met 143,
- de conclusie van dupliek, met producties 48 tot en met 54,
- de nadere productie 144 van VGZ
- de nadere producties 55 en 56 van [gedaagden]
- de mondelinge behandeling van 16 maart 2021,
- de spreekaantekeningen van VGZ,
- de spreekaantekeningen van [gedaagden] ,
- de berichten van de advocaten van beide zijden dat de rechtbank wordt verzocht om vonnis te wijzen.
2..De feiten
[naam gedaagde 1] heeft in de periode van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2014 de pgb’s van de budgethouders van Zorgkantoor Waardenland die daar in deze periode woonachtig waren beheerd en heeft zich daarbij niet gehouden aan de verplichtingen die de budgethouders zijn opgelegd in de Regeling Subsidies AWBZ;
Uit de bevindingen is gebleken dat de pgb-administratie niet overeenkomstig de wettelijke vereisten, zoals neergelegd in de Regeling Subsidies AWBZ, is samengesteld;
Uit onderzoek is gebleken dat de voorschotten, onder aftrek van het vrij besteedbare bedrag, zijn doorgestort naar het rekeningnummer van [naam gedaagde 1] , zonder dat hier de levering van (kwalitatief verantwoorde) AWBZ-zorg tegenover stond;
Uit het onderzoek is naar voren gekomen dat de facturen geen juiste weergave zijn van daadwerkelijk geleverde zorg. Er worden functies vermeld die niet geleverd zijn en er worden tevens uren vermeld op momenten waarop in het geheel geen zorg geleverd kan zijn;
Uit het onderzoek is naar voren gekomen dat door [naam gedaagde 1] aan de budgethouders werd verteld dat het gehele pakket, met daarin ook niet geleverde uren/functies, mocht worden gefactureerd. Door deze handelswijze zijn de budgethouders misleid door [naam gedaagde 1] ;
Uit het onderzoek is gebleken dat zorgovereenkomsten zijn geantedateerd en vervalst. Tevens is gebleken dat roosters zijn opgemaakt en aan het Zorgkantoor/Veiligheidszaken verstrekt die geen juiste weergave zijn van de daadwerkelijke dagbesteding en de eventueel geleverde zorg. Er is derhalve valsheid in geschrifte gepleegd;
Tijdens het onderzoek is, ondanks meerdere mogelijkheden hiertoe, geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om op onze bevindingen en vragen te reageren dan wel de door ons verzochte informatie aan te leveren;
3..Het geschil
4..De beoordeling
“(…) In mei 2017 zijn wij aangesteld als bewindvoerder van [naam 7] . In oktober werden wij benaderd over de zaak rondom Stichting [naam gedaagde 1] . Omdat dit speelde voor onze tijd als bewindvoerder en wij inhoudelijk niet precies weten wat er speelt/speelde is destijds de cessie akte ‘voor gezien getekend’. Dit met enige voorzichtigheid omdat wij de zaak niet kennen.
- er werd niet conform de pgb-systematiek achteraf betaald voor de geleverde en gefactureerde zorg. [naam gedaagde 1] liet het door het zorgkantoor uitbetaalde voorschot, verminderd met het vrij besteedbare bedrag, binnen enkele dagen naar haar overmaken.
- het volledige voorschot dat de budgethouder ontving van het zorgkantoor (minus het vrij besteedbare bedrag) werd aan de budgethouder in rekening gebracht en niet het totaal aan zorg geleverde bedrag.
- de gefactureerde begeleiding groep bestond volgens de weekroosters (weekrooster 1.37) uit activiteiten die niet gekwalificeerd zijn als AWBZ-zorg, zoals zegenen en bidden, Bijbelstudie, bezinning, dankbaarheidsbord, kerkdienst, zwemmen, groepsgesprekken en gezamenlijk eten. Begeleiding groep vond plaats op het thuisadres. Er is dan ook geen sprake geweest van vervoer.
- van de individuele begeleiding kan niet worden bepaald in welke mate deze geleverd zou zijn en of deze kan worden aangemerkt als AWBZ-zorg. Juiste urenspecificaties ontbreken om te bepalen in welke mate begeleiding individueel is geboden. De urenspecificaties zijn gemiddelde tijden en geven geen realistisch beeld van de geleverde zorg. Tevens staat niet vermeld op welke tijden de zorg geleverd is, het is hierdoor niet mogelijk om na te gaan of zorg tegelijkertijd is geleverd.
- er is geen sprake van een nacalculatie van de vooraf betaalde zorg. Ongeacht of er gebruik gemaakt is van de oproepdienst wordt het volledige bedrag voor begeleiding toezicht gefactureerd.
- naast de inzet van vaste begeleiders, werd de zorg gedeeltelijk geleverd door vrijwilligers. Zorg die door vrijwilligers wordt geboden mag niet ten laste komen van het pgb.
- er zijn geantedateerde zorgovereenkomsten en geantedateerde documenten met zorgafspraken aangeleverd.
- [naam 1] : € 14.241,01
- [naam 2] € 39.341,17
- [naam 3] : € 26.166,83
- [naam 4] : € 10.652,50
- [naam 5] : € 44.451,15
- [naam 6] : € 49.305,70
- [naam 7] : € 29.931,06 en € 50.653,62
- [naam 8] : € 7.595,18.
“(…) [naam gedaagde 3] was verantwoordelijk voor de Organisatie van [naam gedaagde 1] (t.a.v. de Organisatie van zorg en de verantwoording daarvan alsmede voor het reilen en zeilen van de stichting). Uiteindelijk nam hij dan ook de verantwoordelijkheid voor de invulling van de functies van [naam gedaagde 2] en [naam 10] op zich (…)”, kan naar het oordeel van de rechtbank als onvoldoende gemotiveerd weersproken worden vastgesteld dat [naam gedaagde 3] degene was die binnen [naam gedaagde 1] feitelijk de touwtjes in handen had, zodat hij als feitelijke leidinggevende binnen [naam gedaagde 1] kan worden aangemerkt.
7.206,00(3,0 punten × tarief € 2.402,00)