In deze beschikking van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 27 mei 2021, wordt de kinderalimentatie vastgesteld in een zaak tussen een man en een vrouw, die ouders zijn van een minderjarig kind. De man, vertegenwoordigd door advocaat mr. F.J.M. Hamers, en de vrouw, vertegenwoordigd door advocaat mr. N. Schuerman, hebben een procedure doorlopen waarin de vrouw verzoekt om wijziging van de eerder vastgestelde alimentatie. De rechtbank heeft vastgesteld dat de behoefte van het kind in 2021 € 557,- per maand bedraagt, en dat de draagkracht van de man, na beoordeling van zijn inkomen en uitgaven, € 769,- per maand is. De vrouw heeft een draagkracht van € 135,- per maand. De rechtbank heeft de alimentatie vastgesteld op € 279,- per maand, rekening houdend met een zorgkorting van 35% die de man kan toepassen. De rechtbank heeft geoordeeld dat de man geen aflossingen op schulden in mindering kan brengen op zijn draagkracht, omdat deze schulden verwijtbaar zijn. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en de proceskosten worden gecompenseerd, zodat elke partij zijn eigen kosten draagt. De beschikking is openbaar uitgesproken door mr. J.J. Klomp, rechter en kinderrechter.