In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 23 juni 2021 uitspraak gedaan in een aansprakelijkheidskwestie naar aanleiding van een verkeersongeval dat plaatsvond op 9 februari 2018. Eiser, een bestuurder van een BMW, was betrokken bij een aanrijding met een Kia Picanto, bestuurd door mevrouw [persoon A]. De kern van het geschil was de vraag wie aansprakelijk was voor de schade die eiser had geleden als gevolg van het ongeval. Eiser stelde dat hij door oranje licht reed, terwijl de bestuurder van de Kia, [persoon A], door rood licht zou zijn gereden. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verkeerslichten op het kruispunt waar het ongeval plaatsvond, niet gelijktijdig groen konden zijn, wat de stelling van eiser ondersteunt. De rechtbank oordeelde dat Vivat, de WAM-verzekeraar van [persoon A], aansprakelijk was voor de schade van eiser, omdat [persoon A] onrechtmatig had gehandeld door door rood licht te rijden. De rechtbank heeft de vorderingen van eiser toegewezen, inclusief de schadevergoeding, die nader opgemaakt moet worden bij staat, en de proceskosten zijn aan Vivat opgelegd. Dit vonnis benadrukt de rol van verkeerslichtsignalen in aansprakelijkheidskwesties en de noodzaak voor verzekeraars om adequaat te reageren op claims van slachtoffers van verkeersongevallen.