ECLI:NL:RBROT:2021:6096
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Last onder dwangsom opgelegd wegens overtreding van de APV Dordrecht met betrekking tot inbrekerswerktuigen
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 25 juni 2021 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure tussen een eiser en het college van burgemeester en wethouders van Dordrecht. De eiser had een last onder dwangsom opgelegd gekregen vanwege het vervoeren van inbrekerswerktuigen, zoals vastgelegd in artikel 2:44 van de Algemene plaatselijke verordening (APV) van Dordrecht. De rechtbank heeft vastgesteld dat de eiser op 23 november 2019 door de politie is aangehouden voor inbraak, waarbij inbrekerswerktuigen zijn aangetroffen in een voertuig dat aan de eiser toebehoorde. De rechtbank heeft het beroep van de eiser ongegrond verklaard, omdat de aangetroffen voorwerpen en de omstandigheden van de aanhouding voldoende bewijs vormden voor de overtreding van de APV. De rechtbank oordeelde dat de eiser terecht als overtreder is aangemerkt en dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep binnen zes weken na verzending van het proces-verbaal.