6.4.Hetgeen in 6.1 tot en met 6.3 is overwogen leidt tot de conclusie dat verweerders onderzoek onvoldoende gedegen is geweest, zodat niet buiten twijfel staat dat eiseres niet langer op het adres verblijft. Het beroep tegen de bestreden besluiten I en II is daarom gegrond.
7. De bestreden besluiten dient te worden vernietigd wegens strijd met artikel 3:2 van de Algemene wet bestuursrecht. Door het verstrijken van de tijd en het gegeven dat eiseres sedert 25 september 2020 weer op het adres is ingeschreven, moet het ervoor worden gehouden dat verweerder geen nader onderzoek meer zal kunnen doen. In het belang van finale geschilbeslechting zal de rechtbank daarom zelf in de zaak voorzien door de primaire besluiten te herroepen en te bepalen dat deze uitspraak in de plaats treedt van de vernietigde bestreden besluiten. Dit betekent dat de inschrijving van eiseres in de brp vanaf 22 maart 2019 moet worden hersteld.
8. Omdat de rechtbank de beroepen gegrond verklaart, bepaalt de rechtbank dat verweerder aan eiseres de door haar betaalde griffierechten vergoedt.
9. De rechtbank veroordeelt verweerder in de door eiseres gemaakte proceskosten. Deze kosten stelt de rechtbank, nu sprake is van samenhangende zaken in de zin van artikel 3, tweede lid, van het Besluit proceskosten bestuursrecht, voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vast op € 2.136,- (1 punt voor het indienen van de bezwaarschriften, 1 punt voor het verschijnen ter hoorzitting, 1 punt voor het indienen van de beroepschriften, en 1 punt voor het verschijnen ter zitting, met een waarde per punt van
€ 534,- en wegingsfactor 1).
Beslissing
- verklaart de beroepen gegrond;
- vernietigt de bestreden besluiten I en II;
- herroept de primaire besluiten I en II;
- bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van de vernietigde bestreden besluiten;
- bepaalt dat verweerder de door eiseres betaalde griffierechten van in totaal € 356,- aan haar vergoedt;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiseres tot een bedrag van € 2.136,-;
Deze uitspraak is gedaan door mr. H. Bedee, rechter, in aanwezigheid van mr. T. Dijkhoff, griffier
.De uitspraak is in het openbaar gedaan op 23 juni 2021.
De griffier is buiten staat De rechter is verhinderd te tekenen
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op: