ECLI:NL:RBROT:2021:6753

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
1 juni 2021
Publicatiedatum
14 juli 2021
Zaaknummer
C/10/619211 / JE RK 21-1437
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot uithuisplaatsing in een accommodatie voor gesloten jeugdzorg betreffende jeugdige van 11 jaar

In deze zaak heeft de kinderrechter op 1 juni 2021 een beschikking gegeven met betrekking tot de machtiging tot gesloten jeugdhulp voor een jeugdige, hierna te noemen [naam kind], geboren in 2009. De gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond heeft een spoedverzoek ingediend om [naam kind] voor de duur van zes maanden in een gesloten accommodatie te plaatsen, omdat hij hulp nodig heeft die de huidige groep bij ’s Heeren Loo niet kan bieden. [naam kind] heeft een belast verleden met verwaarlozing en uithuisplaatsingen, en kampt met een reactieve hechtingsstoornis. Tijdens de mondelinge behandeling heeft [naam kind] aangegeven dat hij graag een kans wil om te bewijzen dat hij op een open groep kan verblijven, maar de kinderrechter oordeelt dat de gesloten plaatsing noodzakelijk is om zijn veiligheid te waarborgen en om hem te helpen omgaan met zijn boosheid en agressie.

De kinderrechter heeft het spoedverzoek toegewezen voor de duur van drie maanden, tot 1 september 2021, en het reguliere verzoek voor een langere periode afgewezen. De kinderrechter heeft de GI verzocht om twee weken voor de volgende zitting te rapporteren over de voortgang van [naam kind]. De beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met een schriftelijke uitwerking die op 18 juni 2021 is vastgesteld. Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld binnen drie maanden na de uitspraak.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK ROTTERDAM

Team Jeugd
Zaakgegevens: C/10/619211 / JE RK 21-1437 en C/10/618866 / 21-1378
Datum uitspraak: 1 juni 2021

Beschikking machtiging gesloten jeugdhulp

in de zaak van

de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond,

hierna te noemen de GI, gevestigd te Rotterdam,
betreffende

[naam kind],

geboren op [geboortedatum kind] 2009 te [geboorteplaats kind], hierna te noemen [naam kind].

Het procesverloopHet procesverloop blijkt uit de volgende stukken:

- het spoedverzoek met bijlagen van de GI van 28 mei 2021, ingekomen bij de griffie op 28 mei 2021,
- het verzoekschrift met bijlagen van de GI van 19 mei 2021, ingekomen bij de griffie op 19 mei 2021.
Op 1 juni 2021 heeft de kinderrechter de zaak tijdens de mondelinge behandeling met gesloten deuren behandeld.
Gehoord zijn:
- [naam kind] is gehoord via een telefonische verbinding, bijgestaan door mr. W.H. Klein Meuleman,
- een vertegenwoordigster van de GI, [naam].

De feiten

Bij beschikking van 17 mei 2019 is de GI belast met de voogdij over [naam kind].
[naam kind] verblijft op een gesloten groep bij Schakenbosch.
Bij beschikking van 28 mei 2021 is een spoedmachtiging gesloten jeugdhulp van [naam kind] verleend voor de duur van vier weken. De beslissing is voor het overige aangehouden.

De (aangehouden) verzoeken

Het verzoek ingeschreven onder het zaaknummer: C/10/619211 (spoedverzoek)
De GI heeft door middel van een spoedverzoek een machtiging verzocht om [naam kind] in een gesloten accommodatie te doen verblijven voor de duur van zes maanden.
Het verzoek ingeschreven onder het zaaknummer: C/10/618866 (regulier verzoek)
De GI heeft een machtiging verzocht om [naam kind] in een gesloten accommodatie te doen verblijven voor de duur van negen maanden.
De GI heeft de verzoeken tijdens de mondelinge behandeling gehandhaafd en als volgt toegelicht. [naam kind] heeft hulp nodig die de groep bij ’s Heeren Loo hem op dit moment niet kan aanbieden. [naam kind] is meerdere malen weggelopen van ’s Heeren Loo. De gesloten plaatsing is noodzakelijk om de veiligheid te kunnen waarborgen en om begrenzing aan te kunnen bieden. Het reguliere verzoek is besproken op 18 mei 2021. Vanuit ’s Heeren Loo werd aangegeven dat [naam kind] niet langer op de groep kan blijven. [naam kind] heeft zijn kamer daar vernield en kreeg een slot op zijn kamerdeur. Het is gezien de traumatische ervaringen die [naam kind] heeft meegemaakt geen goed idee om [naam kind] op die manier op de groep te houden. Toen de groep aangaf dat het echt niet meer mogelijk is om [naam kind] bij ’s Heeren Loo te laten verblijven, is er een spoedverzoek ingediend door de GI. Hierbij speelt mee dat op een open groep [naam kind] niet mag worden gefixeerd. Als [naam kind] wegloopt mag hij niet tegen worden gehouden. Het is van belang dat [naam kind] met behulp van behandelingen leert omgaan met zijn boosheid en agressie en dat hij kan worden tegengehouden wanneer hij probeert weg te lopen. Het reguliere verzoek is niet ingetrokken omdat de GI in de veronderstelling was dat dit vanzelf zou gebeuren bij het indienen van het spoedverzoek.

De standpunten

Door [naam kind] is tijdens de mondelinge behandeling niet ingestemd met de verzoeken van de GI. [naam kind] zou graag een nieuwe kans willen om te bewijzen dat hij op een open groep kan verblijven. Daarnaast geeft [naam kind] aan te willen werken aan zijn boosheid en zijn best te willen doen om hiermee op een andere manier om te leren gaan. [naam kind] heeft zelf het idee bedacht om een lijstje met voorwaarden op te stellen waaraan hij zou moeten voldoen bij een plaatsing in een open groep.
Namens [naam kind] is tijdens de mondelinge behandeling door mr. W.H. Klein Meulenman verweer gevoerd tegen de verzoeken van de GI. [naam kind] is een jongen die veel heeft meegemaakt. Hij kampt door zijn verleden met een hechtingsstoornis. Juridisch gezien kan een minderjarige gesloten worden geplaatst indien de onmiddellijke verlening van jeugdhulp noodzakelijk is. Deze verlening van jeugdhulp was al beschikbaar. De vorige instelling waar [naam kind] verbleef was ook voor kinderen met hechtingsstoornissen en verstandelijke beperkingen. De agressie en woede die [naam kind] laat zien komen voort uit eenzaamheid. Het is van belang dat [naam kind] affectie en hulp krijgt. [naam kind] heeft laten zien dat hij zelfinzicht heeft doordat hij zelf met het idee is gekomen om een lijst met voorwaarden op te stellen. Dit voorstel is de moeite waard om te bekijken.

De beoordeling

Ten aanzien van het verzoek ingeschreven onder het zaaknummer: C/10/619211 (spoedverzoek)
Gelet op het bepaalde in artikel 6.1.2, tweede lid, van de Jeugdwet kan een machtiging gesloten jeugdhulp slechts worden verleend indien naar het oordeel van de kinderrechter deze jeugdhulp noodzakelijk is in verband met ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen die de ontwikkeling van de jeugdige naar volwassenheid ernstig belemmeren. Bovendien dient de opneming en het verblijf noodzakelijk te zijn om te voorkomen dat de jeugdige zich aan deze jeugdhulp onttrekt of daaraan door anderen wordt onttrokken. De kinderrechter is van oordeel dat hiervan sprake is.
[naam kind] heeft een belast verleden (onder andere verwaarlozing, uithuisplaatsing, overlijden van zijn moeder, veel wisselingen in woonplekken) en kampt met een reactieve hechtingsstoornis. Er is bij [naam kind] sprake van chronische traumatisering. Hij zit door zijn continue gevoel van onveiligheid in een vicieuze cirkel die moeilijk te doorbreken is. Zijn onveilige gevoel maakt dat hij probleemgedrag laat zien en zeer onveilige situaties creëert voor zichzelf en anderen en ook forse fysieke agressie kan laten zien. In de week van 27 mei 2021 is de situatie uit de hand gelopen op de groep waar [naam kind] verblijft bij ’s Heeren Loo. [naam kind] heeft hierbij zijn eigen kamer, de ramen, de sloten en twee deuren van de woning vernield. Bovendien stelde hij zich onbegeleidbaar op en riep zijn gedrag angstgevoelens op bij de andere kinderen op de groep. Hierop heeft de kinderrechter een spoedmachtiging verleend,
Het is van belang dat [naam kind] leert omgaan met zijn boosheid. Hier heeft hij hulp en begeleiding bij nodig. In de komende periode zal [naam kind] aan zichzelf moeten werken bij Schakenbosch. Als dit goed gaat, kan hij stapsgewijs binnen Schakenbosch doorstromen van een gesloten plaatsing naar een open plaatsing. Daarna is het, mede gelet op wat de gedragswetenschapper heeft geschreven, van belang dat [naam kind] doorstroomt naar een perspectiefbiedende plek.
De kinderrechter zal het verzoek voor de duur van drie maanden toewijzen en het overige verzochte aanhouden teneinde een vinger aan de pols te houden en om te kunnen bezien wat de stand van zaken is met betrekking tot de ontwikkelingen in het gedrag van [naam kind].
De kinderrechter verzoekt de GI om twee weken voorafgaand aan de hierna genoemde zittingsdatum te rapporteren over de laatste stand van zaken (met afschrift aan de belanghebbenden).
Ten aanzien van het verzoek ingeschreven onder het zaaknummer: C/10/618866 (regulier verzoek)
Omdat het verzoek met zaaknummer C/10/619211 is toegewezen zal het verzoek met zaaknummer C/10/618866 worden afgewezen.

De beslissing

De kinderrechter:
verleent een machtiging gesloten jeugdhulp met ingang van 1 juni 2021 tot 1 september 2021 betreffende [naam kind];
wijst af het verzoek met zaaknummer C/10/618866 betreffende de machtiging gesloten jeugdhulp voor de duur van negen maanden;
verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad;

en alvorens verder te beslissen:

houdt de beslissing voor het overige aan en bepaalt dat het verhoor van de GI en de belanghebbende in deze zaak zal plaatsvinden op
31 augustus te 14:15uur in het gerechtsgebouw te Rotterdam, Wilhelminaplein 100/125;
de zaak zal op genoemde datum en tijdstip, behoudens onvoorziene omstandigheden, worden behandeld door mr. A.J. van Dijk, kinderrechter;
bepaalt dat een afschrift van deze beschikking geldt als oproeping van de GI, [naam kind] en mr. W.H. Klein Meuleman;
verzoekt de GI uiterlijk twee weken voor de genoemde datum de kinderrechter (met afschrift aan de belanghebbenden) de verzochte rapportage te doen toekomen.
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 1 juni 2021 door mr. A.J. van Dijk, kinderrechter, in tegenwoordigheid van D. Moghaddam Charkari als griffier.
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 18 juni 2021.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
- door de verzoekers en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend ter griffie van het gerechtshof
Den Haag.