Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
- de dagvaarding van 31 juli 2020, met producties 1 tot en met 3;
- de conclusie van antwoord, met producties 1 tot en met 20;
- de pleitaantekeningen tevens akte overlegging producties van [naam eiser], met producties 4 tot en met 7;
- de spreekaantekeningen van [naam gedaagde];
- aanvullende productie 8 van [naam eiser];
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 20 april 2021.
2..De feiten
(…)”
OVEREENKOMST
vijftien oktober tweeduizend twaalfvoor rekening van koper zijn;
Ter zake zijn partijen het volgende overeengekomen:
[naam eiser] verklaart middels ondertekening van deze overeenkomst onvoorwaardelijk dat alle vorderingen op [naam gedaagde] in privé zijn voldaan casu quo afgewikkeld. [naam eiser] geeft middels ondertekening van deze overeenkomst te kennen niets meer te vorderen te hebben op [naam gedaagde] in privé en verleent hiervoor – mits noodzakelijk – volledige en finale kwijting.”
Dit kassaldo was feitelijk niet meer aanwezig.
Zoals je weet had hij altijd zeer veel contant geld op zak.
- “een vordering ten bedrage van EUR 19.498 met betrekking tot de kasopnamen die [naam eiser] in de periode oktober-december 2012 met de bankpas van [naam bedrijf 3] heeft verricht;
- een vordering ten bedrage van EUR 9.137 met betrekking tot de door [naam eiser] ten laste van [naam bedrijf 3] gemaakte (buitenlandse) telefoonkosten in de periode oktober tot en met december 2012 (EUR 3.432) en in 2013 (EUR 5.705);
- een vordering ten bedrage van EUR 2.108 met betrekking tot de door [naam eiser] gemaakte reiskosten (buitenlandse vluchten/reizen) met gebruikmaking van de creditcard van [naam bedrijf 3];”
3..Het geschil
- € 155.500,-, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum van het eerste verzoek om terugbetaling, namelijk 28 februari 2017, subsidiair vanaf de datum van de betekening van de dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening, althans (subsidiair) een door de rechtbank vast te stellen bedrag, welk bedrag vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf een door de rechtbank vast te stellen datum tot aan de dag der algehele voldoening;
- € 179,42, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 25 juni 2009 tot aan de dag der algehele voldoening, althans (subsidiair) een door de rechtbank vast te stellen bedrag, welk bedrag vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf een door de rechtbank vast te stellen datum tot de dag der algehele voldoening;
- € 7.500,-, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 10 augustus 2012 tot aan de dag der algehele voldoening, althans (subsidiair) een door de rechtbank vast te stellen bedrag, welk bedrag vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf een door de rechtbank vast te stellen datum tot aan de dag der algehele voldoening;
4..De beoordeling
Vordering tot betaling van € 155.500,-
€ 29.500,-.
€ 15.000,-, naar haar inhoud niet als een stuitingshandeling worden beschouwd. In de e-mail informeert mr. De Wit-Facchetti [naam gedaagde] over onder meer het feit dat [naam eiser] de terugbetaling van het bedrag van € 15.000,- niet heeft kunnen terugvinden, dat [naam gedaagde] van de betaling van € 15.000,- ten tijde van het ondertekenen van de akte van aandelenoverdracht niet op de hoogte was en dat ook mr. De Wit-Facchetti de post niet heeft kunnen terugvinden op de aan de vaststelling van de koopprijs voor de aandelen ten grondslag liggende “Materiaalstaat en verrekeningen tot en met 15-10-2012”, waarna zij de e-mail afsluit met de woorden: “Ik verneem dan ook graag van u zodat deze punten definitief afgewikkeld kunnen worden”, zonder dat zij namens [naam eiser] expliciet aanspraak maakt op terugbetaling van het genoemde bedrag of dit recht ondubbelzinnig voorbehoudt. Daarnaast had van [naam eiser] mogen worden verwacht dat hij met bewijsstukken zou hebben gestaafd dat de e-mail [naam gedaagde] moet hebben bereikt (bewijs van adressering van de e-mail; uitdraai van verzonden e-mails etc.). Nu deze onderbouwing achterwege is gebleven, kan er niet van worden uitgegaan dat de e-mail van 28 februari 2017 [naam gedaagde] ook daadwerkelijk heeft bereikt. De vordering tot terugbetaling van € 15.000,- is op of omstreeks 10 augustus 2017 verjaard.