Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
- de dagvaarding van 23 november 2020 en de akte overlegging producties 1 tot en met 9;
- de conclusie van antwoord in conventie, tevens conclusie van eis in reconventie, met producties 1 tot en met 14;
- de oproepingsbrieven van de rechtbank van 9 februari 2021, waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
- de brieven van de rechtbank van 29 april 2021, met daarin een zittingsagenda;
- de conclusie van antwoord in reconventie, tevens akte houdende vermeerdering van eis in conventie, met producties 9 tot en met 14;
- de antwoordakte, tevens akte houdende uitlaten producties, tevens overleggen producties, tevens vermeerdering van eis in reconventie, met producties 15 tot en met 19;
- de akte eiswijziging van [naam eiseres];
- de spreeknotities van [naam eiseres];
- het op 25 mei 2021 tijdens de online zitting via Skype verhandelde, waarvan de griffier aantekening heeft gehouden.
2..De feiten
Zullen onderaannemer(s) zich conformeren aan de besproken inzet van het verschillende personeel / materieel gerelateerd aan de zware industriële reiniging (onder SIR regelgeving).
Zullen onderaannemers invulling geven aan de besproken calamiteitendienst (…).
Zullen onderaannemers niet buiten de hoofdaannemer om, direct voor de klant of voor andere partijen (actief op het terrein van de klant) werkzaamheden uitvoeren of personeel / materieel ter beschikking stellen.
Zullen partners alle informatie over de andere partner, de intenties en de samenwerking strikt vertrouwelijk behandelen en deze informatie niet met derden delen. Partners zullen zich ook onthouden van het benutten van deze informatie voor individueel gewin. Deze bepaling is geldig voor een onbepaalde tijd, ook na de contracttermijn.
[naam eiseres] heeft de intentie om personeel / materieel van de onderaannemers af te nemen conform de beoogde contractprijzen, in lijn met de prijzen bepaald in de tender. Tarieven zijn conform beoogde afspraken met Tata Steel inclusief PBM’s, klein materiaal, reistijd en mobilisatie. Betaling van de onderaannemers door [naam eiseres] zal hierbij geschieden met een betalingstermijn van 60 dagen.
[naam eiseres] heeft de intentie om de contractuele bepalingen (onder andere betrekking hebbend op de aansprakelijkheid) voortvloeiend uit de overeenkomst met Tata Steel, back-to-back af te stemmen met de onderaannemers. (…)”
3..Het geschil
in conventie
4..De beoordeling
in conventie en in reconventie
“Er blijven zaken in staan waar ik niet mee kan leven”.
- e-mail van [naam 1] van EID aan [naam 2] van Mourik om 12:52 uur:
- e-mail van [naam 3] van [naam eiseres] aan [naam 2] van Mourik om 13:07 uur:
“De installatie moet 24 uur per dag voor iedereen te gebruiken zijn”. Gelet op hetgeen hiervoor onder 4.16 is overwogen, rechtvaardigt die e-mail echter niet de conclusie dat - ondanks de geldende en tussen partijen van toepassing verklaarde SIR-regelgeving en de e-mailwisseling van 1 juli 2020 - door EID het tarief voor operator in rekening moest worden gebracht. Datzelfde geldt voor de ter zitting door [naam eiseres] ingenomen stelling dat in het verleden door Mourik het tarief voor een operator werd gefactureerd en dat Tata Steel om die reden ook van [naam eiseres] verlangde dat zij het operator-tarief (en dus niet het machinisten-tarief) doorberekende. Hoewel, zoals hiervoor onder 4.7 is overwogen, in beginsel heeft te gelden dat de afspraken tussen [naam eiseres] en Tata Steel back-to-back moeten worden toegepast op de relatie tussen [naam eiseres] en EID, is in dit concrete geval sprake van andersluidende afspraken tussen partijen die moeten worden gevolgd.
(…) Graag willen wij de slangen in week 25 gaan op lijnen, kun jullie voor zorgen dat wij eind volgende week de slangen hier op terrein hebben. (…)”. In het bij de e-mail gevoegde Excelbestand staat onder meer: “slangen oplijnen tbv stilstand week 26”. Gelet hierop ziet de rechtbank - zonder nadere toelichting van [naam eiseres], die ontbreekt - niet in waarom EID de huur van de slangen over week 26 niet bij [naam eiseres] in rekening zou mogen brengen. Genoegzaam gebleken is dat de slangen conform de opdracht van [naam eiseres] (ook) in week 26 zijn opgelijnd. Ter zitting heeft EID toegelicht dat boven het Excelbestand weliswaar staat “Stilstand week 37 2019”, maar dat het document een kopie van een eerdere bestelling betreft en daadwerkelijk betrekking heeft op week 26 van 2020. [naam eiseres] heeft dat niet betwist en uit de inhoud van het Excelbestand blijkt ook onmiskenbaar dat deze betrekking heeft op week 26. [naam eiseres] heeft ter zitting weliswaar nog gesteld dat de langere huur van de slangen volgens Tata Steel is inbegrepen in de vergoeding, maar bij gebreke van enige onderbouwing van die stelling moet daaraan voorbij worden gegaan. Het voorgaande brengt mee dat [naam eiseres] wat betreft factuur 562 niet kan worden gevolgd in haar standpunt dat zij recht heeft op creditering.
- e-mail van [naam 3] van [naam eiseres] aan [naam 5] van EID op 8 juli 2020: “
- e-mail van [naam 5] van EID aan [naam 3] van [naam eiseres] op 9 juli 2020 om 08:46 uur: “
- e-mail van [naam 3] van [naam eiseres] aan [naam 5] van EID op 9 juli 2020 om 13:52 uur: “
- e-mail van [naam 3] van [naam eiseres] aan [naam 1] van EID op 28 juli 2020: “
- e-mail van [naam 1] van EID aan [naam 3] van [naam eiseres] op 30 juli 2020: “
- e-mail van [naam 1] van EID aan [naam 3] van [naam eiseres] op 24 juli 2020 om 14:43 uur: “
- e-mail van [naam 3] van [naam eiseres] aan [naam 1] van EID op 24 juli 2020 om 16:55 uur: “
5..De beslissing
4 augustus 2021voor het nemen van een akte door beide partijen over hetgeen is vermeld onder 4.39, waarna de wederpartij op de rol van vier weken daarna een antwoordakte kan nemen,