In deze zaak heeft de kinderrechter op 29 juni 2021 uitspraak gedaan over de verlenging van de ondertoezichtstelling van een minderjarige, hierna te noemen [voornaam minderjarige]. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de gecertificeerde instelling (GI) onvoldoende heeft gedaan met de punten die in een eerdere beschikking zijn opgeschreven. De ouders van [voornaam minderjarige] zijn niet in staat om de noodzakelijke hulpverlening te aanvaarden, omdat de GI deze niet aanbiedt. De ouders hebben aangegeven dat zij meer betrokken willen worden bij de hulpverlening en dat er een gebrek aan communicatie is vanuit de GI. De kinderrechter heeft in eerdere beschikkingen benadrukt dat het van groot belang is dat de ouders betrokken worden bij het hulpverleningstraject. De GI heeft echter geen gehoor gegeven aan deze oproep en heeft onvoldoende rapportage geleverd over de situatie van [voornaam minderjarige]. De kinderrechter heeft geconcludeerd dat er nog geen positieve ontwikkeling is en dat de zorgen over de schoolgang en sociale contacten van [voornaam minderjarige] blijven bestaan. Daarom heeft de kinderrechter besloten om de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige] te verlengen tot 1 oktober 2021, met de nadruk dat dit in overleg met de ouders dient te gebeuren. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, en de schriftelijke uitwerking is vastgesteld op 16 juli 2021.