Op 7 juni 2021 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende de verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige, hierna te noemen [voornaam minderjarige]. De kinderrechter heeft de verzoeken van de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond (GI) gehonoreerd, waarbij de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige] is verlengd tot 20 juni 2022 en de machtiging tot uithuisplaatsing is verleend tot dezelfde datum. De kinderrechter heeft ook toestemming gegeven voor wijziging van het verblijf van [voornaam minderjarige] naar Horizon Rijnhove in Alphen aan den Rijn.
De zaak is gestart met verzoekschriften van de GI, ingediend op 6 mei 2021, waarin werd verzocht om verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing. De kinderrechter heeft de mondelinge behandeling op 7 juni 2021 gehouden, waarbij [voornaam minderjarige], de moeder, de vader, de grootmoeder en de bijzondere curator aanwezig waren. Tijdens de behandeling is naar voren gekomen dat [voornaam minderjarige] suïcidaal gedrag vertoonde en dat er zorgen waren over haar welzijn. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de opvoedsituatie bij de grootouders onder druk stond en dat er behoefte was aan een stabiele en veilige omgeving voor [voornaam minderjarige].
De kinderrechter heeft in zijn beoordeling de wettelijke criteria uit het Burgerlijk Wetboek toegepast en geconcludeerd dat de verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing noodzakelijk is in het belang van de verzorging en opvoeding van [voornaam minderjarige]. De beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de mogelijkheid voor hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.