ECLI:NL:RBROT:2021:8025

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
23 juli 2021
Publicatiedatum
16 augustus 2021
Zaaknummer
C/10/621012 / JE RK 21-1734
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wijziging omgangsregeling in het belang van de kinderen met begeleide omgang

In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam op 23 juli 2021 een beschikking gegeven met betrekking tot de wijziging van de omgangsregeling tussen de vader en zijn kinderen, [naam kind 1] en [naam kind 2]. De gecertificeerde instelling Jeugdbescherming West heeft verzocht om de omgangsregeling te wijzigen, omdat de huidige regeling als belastend voor de kinderen werd ervaren. De vader was niet verschenen op de zitting en had zijn verweer niet toegelicht, terwijl de moeder het verzoek van de GI steunde. De kinderrechter heeft vastgesteld dat er sprake is van gewijzigde omstandigheden, waarbij de kinderen angstig zijn en zich onder druk gezet voelen door de vader. De omgangsregeling is daarom gewijzigd naar een begeleide omgang van een uur per vier weken, op dinsdag van 16:30 uur tot 17:30 uur, met uitzondering van vakanties. De kinderrechter heeft benadrukt dat het belangrijk is om de kinderen duidelijkheid te bieden over de omgangsregeling. De beschikking is mondeling gegeven en uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Hoger beroep kan worden ingesteld door de verzoekers en belanghebbenden binnen drie maanden na de uitspraak.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK ROTTERDAM

Team Jeugd
zaakgegevens: C/10/621012 / JE RK 21-1734
datum uitspraak: 23 juli 2021

beschikking wijzigen omgangsregeling

in de zaak van

de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming west,

hierna te noemen de GI, gevestigd te Dordrecht,
betreffende

[naam kind 1],

geboren op [geboortedatum kind 1] 2007 te [geboorteplaats kind 1], hierna te noemen [naam kind 1],
[naam kind 2],
geboren op [geboortedatum kind 2] 2011 te [geboorteplaats kind 2], hierna te noemen [naam kind 2].
De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:

[naam moeder],

hierna te noemen de moeder, wonende te [woonplaats moeder],

[naam vader],

hierna te noemen de vader, wonende te [woonplaats vader].

Het procesverloop

Het procesverloop blijkt uit de volgende stukken:
- het verzoek met bijlagen van de GI van 25 juni 2021, ingekomen bij de griffie op 28 juni 2021;
- het e-mailbericht van de vader van 16 juli 2021;
- het e-mailbericht van de vader van 19 juli 2021;
- de antwoordbrief van [naam kind 1], ingekomen bij de griffie op 20 juli 2021.
Op 23 juli 2021 heeft de kinderrechter de zaak ter zitting met gesloten deuren behandeld.
Gehoord zijn:
- de moeder,
- een vertegenwoordigster van de GI, [naam].
Opgeroepen en niet verschenen is de vader.

De feiten

Het ouderlijk gezag over [naam kind 1] en [naam kind 2] wordt uitgeoefend door de moeder.
Bij beschikking van 29 september 2020 heeft de kinderrechter de ondertoezichtstelling van [naam kind 1] en [naam kind 2] verlengd tot 18 augustus 2021.
De kinderrechter heeft bij beschikking van 3 mei 2019 de volgende omgangsregeling
vastgesteld:
 [naam kind 1] en [naam kind 2] zijn één keer per drie weken een weekend bij de vader, van
vrijdagmiddag tot zondagavond na het avondeten;
 [naam kind 1] en [naam kind 2] zijn op woensdagmiddag tot en met het avondeten (uiterlijk
19:15 uur) bij de vader.
De kinderrechter heeft bij beschikkingen van 19 december 2019 en 18 februari 2020 de omgangsregeling gewijzigd en uiteindelijk als volgt bepaald:
  • de omgangsregeling tussen [naam kind 1] en [naam kind 2] en de vader wordt voorlopig stopgezet;
  • de GI heeft de bevoegdheid deze omgangsregeling te hervatten als zij meent dat er met
de vader voldoende veiligheidsafspraken zijn gemaakt die door hem zullen worden
nageleefd. Die omgangsregeling komt neer op een weekendomgangsregeling van
eenmaal per vier weken, van vrijdag 17:00 uur tot zondag 17:00 uur, in de oneven
weken.

Het verzoek

De GI heeft verzocht de voornoemde omgangsregeling te wijzigen, in die zin dat een uur begeleide omgang in de vier weken plaatsvindt.
De GI heeft het verzoek ter zitting gehandhaafd en als volgt toegelicht. De communicatie met de vader verloopt moeizaam. De vader staat niet open voor hulpverlening, is niet leerbaar gebleken en ziet niet in hoe zijn handelen belastend is voor de kinderen. Er is sprake van begeleide omgang. De omgang is voor [naam kind 1] en [naam kind 2] erg belastend. Het geeft hen stress en gevoelens van onveiligheid. De vader doet belastende uitspraken naar de kinderen, waaronder dat zij niet naar de GI en de moeder hoeven te luisteren. De bedoeling is dat de bezoeken een keer een uur per vier weken plaatsvinden onder begeleiding van CoachPoint. De vader wil deze begeleiding niet. De kinderen geven duidelijk aan dat zij de vader enkel onder begeleiding willen zien. Om de opvoedvaardigheden van vader in kaart te brengen is hulpverlening vanuit Assist ingezet, maar ook hiervoor stond de vader niet open. De omgang vindt momenteel plaats op dinsdag van 16:30 uur tot 17:30 uur. Het is wenselijk als dat zo blijft, mede vanwege de duidelijkheid voor de kinderen.

De standpunten

De vader heeft per e-mail van 16 juli 2021 medegedeeld het niet eens te zijn met het verzoek, maar heeft zijn verweer niet ter zitting toegelicht en evenmin met het in behandeling nemen van het verzoek door de kinderrechter.
De moeder is het eens met het verzoek. De vader heeft meerdere kansen gekregen om de omgang zo fijn en prettig mogelijk te maken, waaronder de inzet van videotraining, maar hij weigert iedere vorm van hulp. Toch staat de moeder achter de omgang, omdat zij het voor de kinderen belangrijk vindt dat zij contact hebben met hun vader.

De beoordeling

Ter voorlichting van de vader overweegt de kinderrechter allereerst dat wanneer de GI een verzoek doet aan de rechtbank, zij dat verzoek in behandeling moet nemen en de zaak op zitting dient te plannen. Anders dan de vader suggereert kan de kinderrechter een dergelijk verzoek niet laten liggen. Het is jammer dat de vader niet op zitting is verschenen om zijn standpunt toe te lichten.
De kinderrechter kan een omgangsregeling wijzigen op de grond dat sprake is van gewijzigde omstandigheden, of dat bij het nemen van de beslissing van onjuiste of onvolledige gegevens is uitgegaan. De kinderrechter is van oordeel dat sprake is van gewijzigde omstandigheden.
Uit de overgelegde stukken en de behandeling ter zitting is gebleken dat in december 2019 respectievelijk februari 2020 de omgang tussen de vader en [naam kind 1] en [naam kind 2] is stopgezet, totdat er met de vader voldoende veiligheidsafspraken zijn gemaakt. Hierop is een aantal veiligheidsafspraken gemaakt, waarna tussen maart en juni 2020 de omgang geleidelijk is opgebouwd naar een keer per vier weken gedurende zeven uur. De kinderen – met name [naam kind 1] – zijn in een loyaliteitsconflict terecht gekomen. [naam kind 1] is in juli 2020 naar de vader gevlucht, maar heeft enkele weken later aangegeven alleen nog begeleid naar de vader toe te willen. Ook [naam kind 2] heeft de wens alleen nog onder begeleiding naar de vader te gaan. De kinderen zijn angstig en voelen zich onder druk gezet door de vader. Eerder is gebleken dat het volledig stopzetten van de omgang niet positief is verlopen. Een te intensieve omgangsregeling is evenmin in het belang van de kinderen. Om de omgang zo veilig en prettig mogelijk te laten verlopen is de vader verschillende vormen van hulpverlening geboden, die hij allemaal heeft geweigerd. De vader staat ook niet open voor begeleide omgang. Onbegeleide omgang is, gelet op de uitspraken van de vader en de druk die hij op de kinderen uitoefent, geen optie. De vader praat negatief over de moeder, bespreekt volwassen zaken met de kinderen, doet belastende uitspraken en frustreert de inzet van de GI. Geconcludeerd kan worden dat de vader zich niet aan de veiligheidsafspraken heeft gehouden en niet bereid is hulpverlening te accepteren. Het is betreurenswaardig dat het de vader nog steeds niet lukt om naar zijn eigen rol te kijken en niet in te zien hoe schadelijk deze situatie is voor [naam kind 1] en [naam kind 2]. De kinderrechter zal daarom de omgangsregeling wijzigen, in die zin dat tussen de vader en [naam kind 1] en [naam kind 2] een keer in de vier weken begeleide omgang plaatsvindt.
Hoewel dit niet door de GI schriftelijk is verzocht, brengt het belang van [naam kind 1] en [naam kind 2] met zich dat concreet wordt vastgesteld wanneer deze omgang plaatsvindt, zodat de kinderen duidelijkheid hebben. De kinderrechter oordeelt dat de omgang zal plaatsvinden op dinsdag van 16:30 uur tot 17:30 uur, met uitzondering van de vakanties. Wanneer het omgangsmoment in een schoolvakantie valt, kan in overleg met de GI worden afgeweken van de dag en het tijdstip waarop de omgang plaatsvindt. Deze dag en dit tijdstip komen overeen met de omgangsmomenten zoals die de afgelopen maanden hebben plaatsgevonden.

De beslissing

De kinderrechter:
wijzigt de omgangsregeling en bepaalt deze als volgt:
 tussen de vader en [naam kind 1] en [naam kind 2] vindt een keer in de vier weken begeleide omgang plaats op dinsdag van 16:30 uur tot 17:30 uur, met uitzondering van de vakanties;
 wanneer het omgangsmoment in een schoolvakantie valt, kan in overleg met de GI worden afgeweken van de dag en het tijdstip waarop de omgang plaatsvindt;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 23 juli 2021 door mr. A. Verweij, kinderrechter, in tegenwoordigheid van mr. M.C.J. Holierhoek als griffier.
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 5 augustus 2021.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
- door de verzoekers en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend ter griffie van het gerechtshof
Den Haag.