ECLI:NL:RBROT:2021:811

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
5 januari 2021
Publicatiedatum
5 februari 2021
Zaaknummer
C/10/610259 / FA RK 20-10024
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot rechterlijke machtiging op grond van de Wet zorg en dwang

Op 5 januari 2021 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in een zaak betreffende een verzoek tot rechterlijke machtiging op basis van de Wet zorg en dwang (Wzd). Het verzoek is ingediend door het CIZ met betrekking tot een cliënt die verblijft in Careyn, locatie de Torenhoeve te Hellevoetsluis. De procedure is gestart met een verzoekschrift dat op 22 december 2020 is ingekomen. Bij dit verzoekschrift zijn verschillende bijlagen gevoegd, waaronder een indicatiebesluit en een medische verklaring.

Tijdens de mondelinge behandeling op 5 januari 2021 zijn verschillende betrokkenen gehoord, waaronder de cliënt zelf, zijn advocaat mr. S. Lodder, en familieleden van de cliënt. De cliënt heeft aangegeven naar huis te willen, maar toonde verder geen verzet tegen zijn verblijf in het verpleeghuis. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen sprake is van verzet, wat betekent dat niet voldaan is aan de voorwaarden voor verplichte zorg volgens de Wzd.

De rechtbank heeft het verzoek tot rechterlijke machtiging afgewezen. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open. De mondelinge uitspraak is gedaan door mr. P. Vrolijk, rechter, in aanwezigheid van M. Streefland, griffier, en is op 6 januari 2021 schriftelijk uitgewerkt en getekend.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team familie
Zaak-/rekestnummer: C/10/610259 / FA RK 20-10024
Schriftelijke uitwerking van de mondelinge beslissing van 5 januari 2021 betreffende een rechterlijke machtiging tot voortzetting van het verblijf als bedoeld in artikel 24 van de Wet zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten (hierna: Wzd)
op verzoek van:
het CIZ,
met betrekking tot:
[naam cliënt],
geboren op [geboortedatum cliënt] , [geboorteplaats cliënt]
hierna: cliënt,
verblijvende in Careyn, locatie de Torenhoeve te Hellevoetsluis,
advocaat mr. S. Lodder te Rotterdam.

1..Procesverloop

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit het verzoekschrift van het CIZ, ingekomen ter griffie op 22 december 2020.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
  • het indicatiebesluit op grond van artikel 3.2.3 van de Wet langdurige zorg van 17 oktober 2019;
  • de medische verklaring, opgesteld en ondertekend door [naam 1] , arts, van 27 november 2020;
  • de aanvraag voor een rechterlijke machtiging van 26 november 2020;
  • een afschrift van het zorgplan van 27 november 2020.
1.2.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 5 januari 2021. Bij die gelegenheid zijn (overeenkomstig artikel 2 lid 1 van de Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid) via beeld- en geluidverbinding gehoord:
  • cliënt met zijn hiervoor genoemde advocaat;
  • [naam 2] en [naam 3] , dochters van betrokkene;
- [naam 4] , specialist ouderengeneeskunde en [naam 5] , kwaliteitsverpleegkundige, beiden verbonden aan Careyn.

2..Beoordeling

Tijdens de mondelinge behandeling is besproken dat cliënt, als je het hem vraagt, aangeeft naar huis te willen, maar verder geen verzet toont. Cliënt staat niet bij de deur en geeft niet op eigen initiatief aan weg te willen uit het verpleeghuis. Er is gelet hierop geen verzet en daarom niet voldaan aan de voorwaarden voor verplichte zorg. Het verzoek wordt afgewezen.

3..Beslissing

De rechtbank wijst het verzoek af.
Deze beschikking is op 5 januari 2021 mondeling gegeven door mr. P. Vrolijk, rechter, in tegenwoordigheid van M. Streefland, griffier en op 6 januari 2021 schriftelijk uitgewerkt en getekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.