11..Beslissing
verklaart bewezen, dat de verdachte het primair ten laste gelegde feit, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert het hiervoor vermelde strafbare feit;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstraf voor de duur van 141 dagen;
bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte, groot 120 dagen niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
verbindt hieraan een proeftijd, die wordt gesteld op 2 jaren;
tenuitvoerlegging kan worden gelast als de veroordeelde de algemene voorwaarde niet naleeft en ook als de veroordeelde de bijzondere voorwaarde niet naleeft of een voorwaarde die daaraan van rechtswege is verbonden;
stelt als algemene voorwaarde:
- de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken;
stelt als bijzondere voorwaarde:
de veroordeelde zal op geen enkele wijze contact (laten) opnemen, zoeken of hebben met
aangever [naam slachtoffer] , geboren [geboortedatum] ;
bepaalt dat deze bijzondere voorwaarde direct uitvoerbaar is;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover deze tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht;
veroordeelt de verdachte tot een taakstraf voor de duur van
150 (honderdvijftig) uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
beveelt dat, voor het geval de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
75 dagen;
heft op het bevel tot voorlopige hechtenis van de verdachte;
veroordeelt de verdachte, hoofdelijk met diens mededaders [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 2] zo, dat als de één betaalt de ander zal zijn bevrijd, om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij [naam slachtoffer] , te betalen een bedrag van
€ 1.926,29, bestaande uit € 426,29 aan materiële schade en € 1.500 aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 6 maart 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;
verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in het resterende deel van de vordering; bepaalt dat dit deel van de vordering slechts kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
veroordeelt de verdachte in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
legt aan de verdachte
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van benadeelde [naam slachtoffer] te betalen
€ 1.926,29(hoofdsom), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 6 maart 2021 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 1.926,29 niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van maximaal
29 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
verstaat dat betaling aan de benadeelde partij, waaronder begrepen betaling door zijn mededaders, tevens geldt als betaling aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij en omgekeerd.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. A.M.G. van de Kragt, voorzitter,
en mrs. J.M.L. van Mulbregt en B. Vaz, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. C. van Wingerden, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op de datum die in de kop van dit vonnis is vermeld.
De griffier is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
hij op of omstreeks 6 maart 2021 te Rotterdam
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
een geldbedrag (van ongeveer 915 euro) en/of een of meer sleutels, in elk geval enig
goed, dat geheel of ten dele aan een ander dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s) toebehoorde, te weten aan [naam slachtoffer] ,
heeft weggenomen
met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
terwijl deze diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of
bedreiging met geweld tegen die [naam slachtoffer] , gepleegd met het oogmerk om die
diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op
heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht
mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door die
[naam slachtoffer]
- meermalen tegen het hoofd en/of het lichaam te slaan en/of
- meermalen met een ijzeren pijp en/of metalen buis, althans een hard voorwerp, te
- in een hoek te drukken en/of
- een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, te tonen en/of
tegen het hoofd te zetten en/of
- dreigend de woorden toe te voegen: "Als ik je in Zevenkamp zie, pak ik je geld
totdat je alles terugbetaald hebt", althans woorden van gelijke dreigende aard en/of
strekking en/of
(art 310 Wetboek van Strafrecht, art 312 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 312 lid 2
ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht)
[naam medeverdachte 1] en/of [naam medeverdachte 2] en/of een of meer onbekend gebleven personen op of
omstreeks 6 maart 2021 te Rotterdam,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
een geldbedrag (van ongeveer 915 euro) en/of een of meer sleutels, in elk geval enig
goed, dat geheel of ten dele aan een ander dan aan verdachte en/of zijn/haar
mededader(s) toebehoorde, te weten aan [naam slachtoffer] ,
heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld of bedreiging
met geweld tegen die [naam slachtoffer] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te
bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om, bij betrapping op heterdaad, aan
zichzelf en/of andere deelnemers aan dat misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken,
hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren door die [naam slachtoffer]
- meermalen tegen het hoofd en/of het lichaam te slaan en/of
- meermalen met een ijzeren pijp en/of metalen buis, althans een hard voorwerp, te
- in een hoek te drukken en/of
- een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, te tonen en/of
tegen het hoofd te zetten en/of
- dreigend de woorden toe te voegen: "Als ik je in Zevenkamp zie, pak ik je geld
totdat je alles terugbetaald hebt", althans woorden van gelijke dreigende aard en/of
strekking en/of
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte in of omstreeks de periode van 5
maart 2021 tot en met 6 maart 2021 te Rotterdam
opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of
inlichtingen heeft verschaft, door
- met die [naam slachtoffer] een afspraak te maken om de scooter van hem, verdachte, te
- deze afspraak te laten plaatsvinden op/aan de [adres verdachte] te
Rotterdam op of omstreeks 6 maart 2021 en/of
- die [naam medeverdachte 1] en/of die [naam medeverdachte 2] te informeren over deze afspraak en/of
- ( vervolgens) die [naam slachtoffer] tijdens deze afspraak mee te nemen naar een kelderbox;
(art 310 Wetboek van Strafrecht, art 312 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 312 lid 2
ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht, art 48 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht, art 48
ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht)
hij op of omstreeks 6 maart 2021 te Rotterdam
openlijk, te weten, op/aan de Zevenkampsering, in elk geval op of aan de openbare
weg en/of op een voor het publiek toegankelijke plaats,
in vereniging
geweld heeft gepleegd tegen een persoon te weten [naam slachtoffer]
door die [naam slachtoffer]
- meermalen tegen het hoofd en/of het lichaam te slaan en/of
- meermalen met een ijzeren pijp en/of metalen buis, althans een hard voorwerp, te
- in een hoek te drukken en/of
- een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, te tonen en/of
tegen het hoofd te zetten en/of
- dreigend de woorden toe te voegen: "Als ik je in Zevenkamp zie, pak ik je geld
totdat je alles terugbetaald hebt", althans woorden van gelijke dreigende aard en/of
strekking en/of
- ( een deel van) voornoemd incident te filmen;
(Artikel art 141 lid 1 Wetboek van Strafrecht)
[naam medeverdachte 1] en/of [naam medeverdachte 2] en/of een of meer onbekend gebleven personen op of
omstreeks 6 maart 2021 te Rotterdam,
openlijk, te weten, op/aan de Zevenkampsering, in elk geval op of aan de openbare
weg en/of op een voor het publiek toegankelijke plaats,
in vereniging
geweld heeft gepleegd tegen een persoon te weten [naam slachtoffer]
door die [naam slachtoffer]
- meermalen tegen het hoofd en/of het lichaam te slaan en/of
- meermalen met een ijzeren pijp en/of metalen buis, althans een hard voorwerp, te
- in een hoek te drukken en/of
- een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, te tonen en/of
tegen het hoofd te zetten en/of
- dreigend de woorden toe te voegen: "Als ik je in Zevenkamp zie, pak ik je geld
totdat je alles terugbetaald hebt", althans woorden van gelijke dreigende aard en/of
strekking en/of
- ( een deel van) voornoemd incident te filmen
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte in of omstreeks de periode van 5
maart 2021 tot en met 6 maart 2021 te Rotterdam
opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of
inlichtingen heeft verschaft, door
- met die [naam slachtoffer] een afspraak te maken om de scooter van hem, verdachte, te
- deze afspraak te laten plaatsvinden op/aan de [adres verdachte]
Rotterdam op of omstreeks 6 maart 2021 en/of
- die [naam medeverdachte 1] en/of die [naam medeverdachte 2] te informeren over deze afspraak en/of
- ( vervolgens) die [naam slachtoffer] tijdens deze afspraak mee te nemen naar een kelderbox;
(art 141 lid 1 Wetboek van Strafrecht)
hij op of omstreeks 6 maart 2021 te Rotterdam,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
met voorbedachten rade
[naam slachtoffer] heeft mishandeld door die [naam slachtoffer]
- meermalen tegen het hoofd en/of het lichaam te slaan en/of
- meermalen met een ijzeren pijp en/of metalen buis, althans een hard voorwerp, te
- in een hoek te drukken en/of
(Artikel art 301 lid 1 Wetboek van Strafrecht)
[naam medeverdachte 1] en/of [naam medeverdachte 2] en/of een of meer onbekend gebleven personen op of
omstreeks 6 maart 2021 te Rotterdam,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
met voorbedachten rade
[naam slachtoffer] heeft mishandeld door die [naam slachtoffer]
- meermalen tegen het hoofd en/of het lichaam te slaan en/of
- meermalen met een ijzeren pijp en/of metalen buis, althans een hard voorwerp, te
- in een hoek te drukken en/of
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte in of omstreeks de periode van 5
maart 2021 tot en met 6 maart 2021 te Rotterdam
opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of
inlichtingen heeft verschaft, door
- met die [naam slachtoffer] een afspraak te maken om de scooter van hem, verdachte, te
- deze afspraak te laten plaatsvinden op/aan de [adres verdachte] te
Rotterdam op of omstreeks 6 maart 2021 en/of
- die [naam medeverdachte 1] en/of die [naam medeverdachte 2] te informeren over deze afspraak en/of
- ( vervolgens) die [naam slachtoffer] tijdens deze afspraak mee te nemen naar een kelderbox;
(art 301 lid 1 Wetboek van Strafrecht)