Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..Het verloop van de procedure
2..De vaststaande feiten
3..Het geschil
4..De beoordeling
5..De beslissing
:
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 9 september 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen Unigarant N.V., handelend onder de naam ANWB Verzekeren, en een gedaagde die zelf procedeert. De eiseres, ANWB, vorderde een bedrag van € 292,45 van de gedaagde, vermeerderd met wettelijke rente, op basis van een (annulerings)verzekeringsovereenkomst die volgens haar tot stand was gekomen tijdens een telefonisch contact op 10 februari 2020. ANWB stelde dat zij de gedaagde een polis aanvraagformulier en bevestigingsbrief had toegestuurd, waaruit zou blijken dat er een overeenkomst was gesloten.
De gedaagde betwistte echter het bestaan van een annuleringsverzekering en stelde dat hij slechts een offerte had aangevraagd. De kantonrechter oordeelde dat ANWB haar vordering onvoldoende had onderbouwd. De rechter merkte op dat ANWB had kunnen onderbouwen dat er een overeenkomst was door bijvoorbeeld een geluidsopname van het telefoongesprek of een ondertekende overeenkomst te overleggen. Aangezien ANWB hierin niet was geslaagd, werd de vordering afgewezen.
De kantonrechter heeft ANWB als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van de gedaagde op nihil zijn vastgesteld. Dit vonnis benadrukt het belang van voldoende bewijs bij het stellen van vorderingen in civiele zaken.