In deze zaak heeft de kinderrechter op 17 juni 2021 uitspraak gedaan over de ondertoezichtstelling en de verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige, aangeduid als [naam kind]. De kinderrechter heeft vastgesteld dat [naam kind] ernstig in zijn ontwikkeling wordt bedreigd door de omstandigheden waarin hij zich bevindt. De ouders van [naam kind] hebben beiden te maken met problematiek die hun vermogen om voor hem te zorgen beïnvloedt. De moeder kampt met psychische problemen en middelengebruik, terwijl de vader, die fulltime werkt, niet in staat is om de zorg voor [naam kind] volledig op zich te nemen. De kinderrechter heeft eerder al een voorlopige ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing verleend, die nu verlengd worden. De Raad voor de Kinderbescherming heeft verzocht om de ondertoezichtstelling van [naam kind] voor een periode van twaalf maanden en om de uithuisplaatsing te verlengen voor zes maanden. De kinderrechter heeft de zaak mondeling behandeld met gesloten deuren, waarbij de standpunten van de betrokken partijen zijn gehoord. De kinderrechter heeft geconcludeerd dat de moeder eerst een detox-behandeling en gespecialiseerde behandeling moet ondergaan voordat er kan worden overwogen of [naam kind] bij haar kan worden geplaatst. De kinderrechter heeft de verzoeken van de Raad toegewezen en de ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing verlengd, met de beslissing dat deze uitvoerbaar bij voorraad is verklaard.