In deze beschikking van de Rechtbank Rotterdam, uitgesproken op 14 september 2021, is de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige, hierna te noemen [naam kind], verlengd. [naam kind], geboren in 2014, verblijft bij haar grootouders aan vaderszijde. De kinderrechter heeft de zaak behandeld met gesloten deuren, waarbij de ouders, vertegenwoordigers van de gecertificeerde instelling William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering (GI), en de pleegouders aanwezig waren. De kinderrechter heeft vastgesteld dat [naam kind] sinds oktober 2016 bij haar grootouders verblijft en dat deze een stabiele opvoedomgeving bieden. Echter, de situatie rondom [naam kind] is complex, met onduidelijkheid over haar toekomst en de wensen van de ouders om haar bij hen te laten wonen. De GI heeft verzocht om de machtiging tot uithuisplaatsing te verlengen voor een jaar, terwijl de ouders verschillende standpunten hebben ingenomen over de terugplaatsing van [naam kind]. De kinderrechter heeft geconcludeerd dat het in het belang van [naam kind] is om haar plaatsing bij de grootouders voort te zetten en dat de GI moet toewerken naar een terugplaatsing bij de moeder, waarbij de ontwikkeling en veiligheid van [naam kind] nauwlettend in de gaten gehouden moeten worden. De beschikking is mondeling gegeven en uitvoerbaar bij voorraad verklaard.