Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
Stichting Woonplus Schiedam,
1..Het verloop van de procedure
2..De vaststaande feiten
3..Het geschil
4..De beoordeling
5..De beslissing
:
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de kantonrechter te Rotterdam op 1 oktober 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen Stichting Woonplus Schiedam en een gedaagde huurder. De eiseres, Woonplus Schiedam, vorderde ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning vanwege een huurachterstand. De gedaagde, die zelf procedeerde, was niet verschenen op de mondelinge behandeling en had de huurachterstand van € 3.619,56 tot en met mei 2021 niet betwist. De huurprijs bedroeg € 547,24 per maand en de achterstand was opgelopen tot € 5.323,65. De kantonrechter oordeelde dat de huurachterstand, die meer dan zes maanden bedroeg, voldoende grond vormde voor ontbinding van de huurovereenkomst. De rechter wees de vorderingen van Woonplus Schiedam toe, inclusief de betaling van de huurachterstand en de proceskosten. De gedaagde werd veroordeeld om de woning binnen veertien dagen na betekening van het vonnis te ontruimen. Tevens werd overwogen dat er mogelijkheden waren voor een betalingsregeling, maar dit was aan de gedaagde om te bespreken met de gemachtigde van Woonplus Schiedam.