Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..Het verloop van de procedure
2..De vaststaande feiten
3..Het geschil
4..De beoordeling
5..De beslissing
:
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak vordert de naamloze vennootschap AnderZorg N.V. betaling van een openstaande zorgpremie van € 375,22 van gedaagde, die naar India is verhuisd maar niet tijdig uitgeschreven was uit de gemeente Rotterdam. De kantonrechter heeft op 10 september 2021 uitspraak gedaan in deze zaak, waarbij de gedaagde in persoon procedeerde zonder bekende woon- of verblijfplaats in Nederland. De procedure volgde na een dagvaarding van 15 april 2021 en verschillende processtukken, waaronder conclusies van antwoord, repliek en dupliek.
AnderZorg heeft gesteld dat gedaagde verplicht was de kwartaalpremies bij vooruitbetaling te voldoen, maar dat zij dit niet heeft gedaan. Gedaagde heeft erkend dat zij de premie niet heeft betaald en heeft geprobeerd de verzekering eerder te beëindigen, maar AnderZorg heeft hieraan geen medewerking verleend. De kantonrechter oordeelde dat gedaagde, ondanks haar financiële situatie, verplicht was de verschuldigde premie te betalen, aangezien de verzekeringsplicht gold zolang zij ingezetene van Nederland was.
De kantonrechter heeft de vordering van AnderZorg toegewezen, inclusief de wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten. Gedaagde werd veroordeeld in de proceskosten, en het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De uitspraak benadrukt de verplichtingen van ingezetenen onder de Zorgverzekeringswet en de gevolgen van het niet tijdig beëindigen van een zorgverzekering na verhuizing naar het buitenland.