Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
- de inleidende dagvaarding van 24 juni 2003, met producties,
- het verstekvonnis met zaak-/rolnummer 199000/HA ZA 03-1588 van 23 juli 2003,
- de verzetdagvaarding van 10 augustus 2020, met producties,
- het vonnis van de kantonrechter van 25 september 2020, waarbij de zaak is verwezen naar de rolzitting van de handelskamer van de rechtbank,
- de conclusie van antwoord in oppositie van [naam eiser 1] , met producties,
- de conclusie van dupliek in oppositie van [naam gedaagde 1] ,
- de zittingsagenda van 31 maart 2021,
- de brief van de zijde van [naam eiser 1] van 6 april 2021,
- het proces-verbaal van mondelinge behandeling van 15 april 2021,
- de brief van de rechtbank met bijgevoegd het op 24 juni 2003 betekende exploot van dagvaarding, met producties,
- de akte uitlating van [naam eiser 1] ,
- de akte uitlating van [naam gedaagde 1] ,
- de antwoordakte van [naam eiser 1] .
2..De feiten
€ 11.729,73
€ 99,16