Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
- de dagvaarding van 17 december 2021;
- de akte houdende overlegging producties van [eiseres] , met 4 producties;
- de akte houdende overlegging aanvullende producties van [eiseres] , met 2 producties;
- de 3 producties van [gedaagde] ;
- de mondelinge behandeling op 1 februari 2022;
- de pleitnota van [eiseres] ;
- de pleitnota van [gedaagde] .
2..De feiten
[afbeelding gunningscriterium met gegevens van eiser en gedaagde]
3..Het geschil
- [gedaagde] te verbieden de Opdracht te gunnen aan [naam architecten] ;
- [gedaagde] te gebieden, voor zover zij nog tot gunning van de Opdracht wenst over te gaan, de Opdracht te gunnen aan [eiseres] , althans de inschrijving van [eiseres] opnieuw te beoordelen met inachtneming van het in dezen te wijzen vonnis;
- [gedaagde] te verbieden de opdracht te gunnen aan [naam architecten] ;
- [gedaagde] te gebieden de inschrijvingen opnieuw te beoordelen door een geheel nieuwe beoordelingscommissie, althans opnieuw te beoordelen en een nieuwe gunningsbeslissing te nemen, een en ander met inachtneming van het in dezen te wijzen vonnis;
4..De beoordeling
“zo bijzonder goed dat het opvalt, voortreffelijk”. Het door [eiseres] ingenomen uitgangspunt dat alleen het benoemen van positieve aspecten moet leiden tot een score van 100 en dat negatieve aspecten leiden tot puntenaftrek, is dan ook onjuist.
€ 1.016,00