Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
- de dagvaarding van 30 april 2021, met bijlagen 1 tot en met 7;
- de conclusie van antwoord met eis in reconventie, met bijlagen 1 tot en met 4;
- het tussenvonnis van 2 augustus 2021, waarbij een mondelinge behandeling is bepaald;
- de conclusie van antwoord in reconventie, met bijlagen 8 tot en met 10;
- de mail van 29 oktober 2021 namens URV, met bijlagen 5 tot en met 7;
- de mail van 5 november 2021 namens Stone Company, met bijlagen 10 en 11;
- de mail van 12 september 2022 namens Stone Company, met bijlagen 12 tot en met 17;
- de mail van 29 september 2022 namens URV, met bijlagen 5 tot en met 9.
- van de kant van Stone Company de heren [naam01] (directeur) en [naam02] (boekhouder), bijgestaan door mr. Van Straten;
- van de kant van URV de heren [naam03] (partner) en [naam04] (beheerder), bijgestaan door mr. [naam05] .
2..De feiten
nietex artikel 7A: 124 B.W.)”
nietex artikel 7A: 1624 BW van toepassing verklaard. In artikel 4.6 van die algemene bepalingen staat over huurprijswijziging:
3..Het geschil
- URV te veroordelen € 15.687,90 met rente aan haar te betalen;
- URV te veroordelen in de proceskosten met rente;
- het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
- Stone Company te veroordelen om een deskundige te benoemen en Stone Company te veroordelen de kosten van die deskundige te dragen, op straffe van een dwangsom;
- deze deskundige op te dragen samen met de deskundige van URV een derde deskundige te benoemen, waarvan iedere partij de helft van de kosten draagt en deze drie deskundigen op te dragen om gezamenlijk overeenkomstig de in artikel 4.6 van de algemene bepalingen voorgeschreven wijze de markthuurprijs vast te stellen per 1 november 2021;
- Stone Company te veroordelen om de te achteraf gezien te weinig betaalde huur alsnog te betalen met rente;
- Stone Company te veroordelen in de proceskosten met rente.
gezamenlijkbenoemde deskundige(en). Bovendien is het niet mogelijk om in een dagvaardingsprocedure nadere huurprijsaanpassing te vorderen én benoeming van een deskundige te verzoeken, omdat dit laatste een verzoekschriftprocedure betreft en moet gebeuren voorafgaand aan het instellen van een vordering tot nadere huurprijsaanpassing. Ten derde geldt dat pas vanaf 1 april 2024 huurprijsaanpassing kan worden gevraagd, omdat partijen met het sluiten van de allonge de huurprijs hebben vastgesteld voor een periode van vijf jaar vanaf 1 april 2019 en die wachtperiode is nog niet voorbij. Tot slot is er geen redelijke termijn gegund aan Stone Company om inhoudelijk te reageren op het voorstel van URV.
4..De beoordeling
5..De beslissing
donderdag 19 januari 2023 om 13:30 uurbij akte een voorstel te doen voor een op haar kosten te benoemen deskundige;