Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
die handelt onder de naam [handelsnaam01],
1..De procedure
- de dagvaarding van 30 november 2021, met bijlagen 1 tot en met 21;
- het antwoord, met bijlagen 1 tot en met 6;
- het vonnis waarin een mondelinge behandeling is bepaald.
2..De feiten
3..Het geschil
- [gedaagde01] te veroordelen tot het storten van € 22.650,00 op de rekening van de notaris, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 29 juni 2020;
- [gedaagde01] te veroordelen tot vergoeding van de buitengerechtelijke kosten van € 1.001,50, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 29 juni 2020 tot de dag van algehele voldoening;
- [gedaagde01] te veroordelen in de proceskosten en nakosten met rente;
- het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
primaireen beroep op verrekening, zodat hij niets meer aan Steengoed verschuldigd is.
Subsidiairdoet [gedaagde01] een beroep op opschorting. [gedaagde01] heeft een 43-tal gebreken aan Steengoed kenbaar gemaakt, welke voor het overgrote deel niet hersteld zijn.
Meer subsidiairvoert [gedaagde01] aan dat hij geen vergoeding van buitengerechtelijke kosten aan Steengoed verschuldigd is, nu hij heeft gehandeld als natuurlijk persoon en hij geen schriftelijke aanmaning als bedoeld in artikel 6:96 lid 6 BW heeft ontvangen.