In deze zaak heeft de kantonrechter te Rotterdam op 1 juli 2022 uitspraak gedaan in een verzoekschriftprocedure tussen [verzoeker01] en Maas & Kleiberg Subsidieadvies B.V. [verzoeker01] had een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd bij Maas & Kleiberg en verzocht om een transitievergoeding van € 774,76 bruto, na beëindiging van zijn arbeidsovereenkomst per 31 december 2021. Maas & Kleiberg heeft geen verweer gevoerd en is niet verschenen tijdens de mondelinge behandeling. De kantonrechter heeft vastgesteld dat Maas & Kleiberg rechtsgeldig was opgeroepen en dat zij op de hoogte was van het verzoek. De gemachtigde van [verzoeker01] heeft later aangegeven dat de transitievergoeding inclusief wettelijke rente inmiddels door Maas & Kleiberg was voldaan, waardoor het verzoek om de transitievergoeding werd afgewezen. Echter, [verzoeker01] handhaafde zijn verzoek tot proceskostenveroordeling, aangezien hij kosten had gemaakt die bijna gelijk waren aan de verzochte transitievergoeding. De kantonrechter heeft geoordeeld dat Maas & Kleiberg als de in het ongelijk gestelde partij moet worden aangemerkt en heeft de proceskosten aan de zijde van [verzoeker01] vastgesteld op € 812,27. De beschikking is openbaar uitgesproken door mr. E.I. Mentink.